Multatuli.online

Artikelen in Volledige Werken

[17 mei 1867
Van den Rijn (XXXIII)]

17 mei 1867

Bijdrage van Multatuli in de Opregte Vrijdagsche Haarlemsche Courant, no. 116.

kanaal: in 1866 werd het Kanaal door Zuidbeveland gegraven.

Van den Rijn, 15 Mei.

Volgens de Kölnische-Zeitung van heden, heeft de heer Hagen, hoofdarchitect en pruissisch commissaris in de Schelde-kwestie, in de zitting der Architecten-vereeniging te Berlijn, den 11den dezer eene voordragt gehouden over de vermoedelijke gevolgen van de afdamming der Ooster-Schelde. De hoofd-inhoud dier verhandeling komt, volgens genoemd blad, neder op de volgende punten: De heer Hagen was van meening: ‘1o Dat door eene meer regelmatige terugvloeijing van het zeewater uit de Wester-Schelde (die vroeger bij elken vloed één derde gedeelte van het opgestuwde zeewater langs de Ooster-Schelde verloor), een gunstiger toestand der bevaarbare bedding zal verkregen worden; - 2o Dat de afdamming der Ooster-Schelde geenszins eene belemmering van de scheepvaart daarstelt, en alzoo niet in strijd is met het tractaat van 1839, dewijl Nederland vooraf een beteren en veiligen weg heeft gereed gemaakt, en derhalve alles heeft gedaan, waartoe het volgens de tractaten verpligt was. De vaart op de Ooster-Schelde was slechts bij vloedtij mogelijk (bij ebbe kon die rivierarm soms droogvoets gepasseerd worden), terwijl de scheepvaart langs het nieuwe, zeer doelmatig (sehr solide) aangelegde kanaal aan geenen tijd gebonden is. Ook baart het passeren van dien nieuwen weg noch oponthoud, noch geldverlies.’


Uit: Volledige Werken. Deel 12. Brieven en dokumenten uit de jaren 1867-1868, (1979)