Multatuli.online

Volledige Werken. Deel 8. Brieven en dokumenten uit de jaren 1820-1846

Voorbericht

Nota

Dekkers afkomst

De familie Douwes Dekker

Kwartierstaat van Eduard Douwes Dekker

Aantekeningen en dokumenten

Amsterdam 1820-1838

Dekkers jeugd

Brieven en dokumenten

[2 maart 1820 Geboorte van Eduard (Douwes) Dekker]

[Bijlage betreffende het huis Korsjespoortsteeg 10]

[28 augustus 1823 Geboorte van Willem (Douwes) Dekker]

[Bijlage betreffende de huizen Korsjespoortsteeg 10 en Haarlemmerdijk 94]

[7 mei 1827 Eduards vader koopt het huis Haarlemmerdijk]

[maart 1832 Inschrijving van Eduard in het Album van de Latijnse school]

[20 juli 1832 Huwelijk van Eduards zuster Catharina]

[1832 Eduards broer Pieter Engel wordt student]

[Bijlage betreffende Abraham van de Velde en zijn gezin]

[1838 Gedicht: Mijn Schaatsen]

[8 maart 1838 Eduard voorgesteld als lid van het Nut]

[26 april 1838 Eduard lid van het Nut]

[1838 Lidmaatschapskaart van het Nut]

[20 juni 1838 Gedicht: In den Vriendenrol van A.C. Kruseman]

[21 juni 1838 Gedicht van Abr. des Amorie van der Hoeven]

[28 juni 1838 Eduard draagt voor bij het Nut]

[26 juli 1838 Eduard neemt een spreekbeurt aan]

[30 augustus 1838 Eduards spreekbeurt wordt afgeschreven]

[22 september 1838 Afscheidsgroet van Eduard aan P.G. te Winkel]

Batavia 1839-1842

Dekkers eerste Indische jaren

Brieven en dokumenten

[4 januari 1839 Aankomst van Dekker te Batavia]

[Bijlage betreffende Batavia en omgeving]

[Bijlage betreffende de bevolking van Batavia]

[14 februari 1839 Dekker werkzaam bij de Rekenkamer]

[1 maart 1839 Dekker klerk bij de Rekenkamer]

[28 maart 1839 Akte van toelating in Ned.-Indië]

[10 april 1839 Missive van de Rekenkamer aan de G.-G.]

[11 april 1839 Staat van dienst van Dekker]

[17 april 1839 Dekker benoemd tot klerk]

[17 april 1839 Akte van benoeming]

[26 april 1839 Akte van eedaflegging]

[31 januari 1840 Missive van de Rekenkamer aan de G.-G]

[6 februari 1840 Dekker benoemd tot tweede kommies]

[6 februari 1840 Akte van benoeming]

[21 februari 1840 Dekkers broer Willem verdrinkt bij Ierland]

[1841 Losse bladen uit het dagboek van een oud man: Het Schoone, Geluk]

[20 januari 1841 Brief van Caroline Versteegh]

[voorjaar 1841 Brief van Caroline Versteegh; fragment]

[voorjaar 1841 Brief van Caroline Versteegh; fragment]

[voorjaar 1841 Brief van pastoor Scholten]

[15 april 1841 Brief van de heer Versteegh; fragment]

[april 1841 Brief van Caroline Versteegh; fragment]

[29 april 1841 Brief van de heer Versteegh; fragment]

[mei 1841 Gedicht van Dekker voor Caroline Versteegh]

[14 juni 1841 Brief van Caroline Versteegh]

[16 juni 1841 Brief van Dekker aan Caroline Versteegh]

[4 juli 1841 Brief van Caroline Versteegh; fragment]

[22 juli 1841 Huwelijk van Dekkers broer Pieter]

[2 augustus 1841 Brief van Caroline Versteegh; fragment]

[28 augustus 1841 Dekker te Batavia katholiek gedoopt]

[28 augustus 1841 Dekker ontvangt het H. Vormsel]

[3 september 1841 Brief van Caroline Versteegh]

[8 oktober 1841 Brief van Caroline Versteegh; fragment]

[23 juni 1842 Rekest van Dekker aan de G.-G.]

[23 juni 1842 Dienststaat, bijlage bij het rekest]

[9 juli 1842 Dekker benoemd tot controleur tweede klasse]

[9 juli 1842 Akte van benoeming]

[15 juli 1842 Rekest van Dekker aan de G.-G.]

[19 juli 1842 Beslissing van de Dir.-Gen. van Financiën]

[19 juli 1842 Missive van de Inspecteur van Financiën aan Michiels]

[24 augustus 1842 Brief van de heer Versteegh]

Natal 1842-1843

Dekker als bestuursambtenaar op Sumatra

Brieven en dokumenten

[7 oktober 1842 Aankomst van Dekker te Padang]

[10 oktober 1842 Advies van Michiels aan Weddik]

[7 november 1842 Weddik plaatst Dekker te Natal]

[10 november 1842 Missive van Weddik aan Michiels]

[24 november 1842 Missive van Michiels aan de G.-G.]

[25 november 1842 Dekker dient een declaratie in]

[30 november 1842 Overdracht functie van vendumeester]

[30 november 1842 Missive aan Weddik inzake overdracht functie]

[Bijlage betreffende Natal, door E. Francis]

[1 december 1842 Dekkers eerste dienstbrief te Natal]

[5 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake buskruit]

[5 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake terugzending van stukken]

[5 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake vervoer van bannelingen]

[5 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake zout]

[5 december 1842 Missive van Dekker aan Pakhuismeester te Aijer Bangies inzake zout]

[5 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake papier en pennen]

[6 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake geldkistjes]

[7 december 1842 Missive van Dekker aan Ass.-Res. van Mandheling inzake deurhengsels]

[7 december 1842 Missive van Dekker aan Goldie inzake een wissel]

[11 december 1842 Missive van Dekker aan Mil. commandant]

[14 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake een proces-verbaal]

[14 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake een circulaire]

[14 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake boekwerken]

[14 december 1842 Weddik vraagt inlichtingen over geld uit 1835]

[15 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake rijst]

[20 december 1842 Weddik zendt Dekker papier en pennen]

[23 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake geld uit 1835]

[23 december 1842 Missive van Dekker aan de Kapitein te Loender inzake rijst en zout]

[23 december 1842 Missive van Dekker aan de Ass.-Res. van Mandheling inzake tamarinde-pitten]

[23 december 1842 Agent NHM. te Padang vraagt opzending adviesbrief]

[25 december 1842 Missive van Dekker aan Ass.-Res. van Mandheling inzake godsdienstoefeningen]

[25 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik]

[25 december 1842 Missive van Dekker aan Weddik inzake beboeting van fuselier Spiess]

[27 december 1842 Missive van Dekker aan de Ass-Res. van Mandheling inzake zout]

[27 december 1842 Missive van Dekker aan de Ass-Res. van Mandheling inzake gevluchte pandelingen]

[29 december 1842 Antwoord van Weddik inzake geldkistjes]

[2 januari 1843 Dekker zendt Weddik een wissel]

[4 januari 1843 Huwelijk van Caroline Versteegh]

[6 januari 1843 Weddik vraagt Dekker inlichtingen inzake zout]

[6 januari 1843 Weddik keurt rijstverkoop goed]

[7 januari 1843 Weddik vraagt rapporten inzake gevangenen]

[7 januari 1843 Weddik geeft opdracht de zoutmaten te verifiëren]

[9 januari 1843 Missive van de Ass.-Res. van Mandheling inzake godsdienst]

[10 januari 1843 Antwoord van de Ass.-Res. van Mandheling inzake pandelingen]

[14 januari 1843 Weddik vraagt Dekker inzending van beantwoording]

[15 januari 1843 Weddik antwoordt Dekker inzake boete]

[15 januari 1843 Weddik vraagt Dekker opzending van een wissel]

[16 januari 1843 Weddik vraagt Dekker verantwoordingsstukken]

[18 januari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake zout]

[18 januari 1843 Missive van Weddik inzake godsdienst]

[21 januari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake verantwoordingsstukken]

[21 januari 1843 Ass.-Res. van Mandheling vraagt bezending zout]

[23 januari 1843 Missive van Weddik inzake amfioenpacht]

[25 januari 1843 Weddik vraagt opsporing van Jan Potan]

[28 januari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake zout]

[31 januari 1843 Secr. van Aijer Bangies bericht dat er stukken zoek zijn]

[3 februari 1843 Missive van Dekker aan Godin inzake vrijheidsberoving]

[4 februari 1843 Missive van Dekker aan de Ass.-Res. van Mandheling inzake zout]

[4 februari 1843 Ass.-Res. van Mandheling vraagt kopergeld]

[6 februari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake verantwoordingsstukken]

[7 februari 1843 Secr. Van der Ven zendt zout en wenst stipte meting]

[10 februari 1843 Weddik vraagt inlichtingen over gevangenen]

[14 februari 1843 Missive van Weddik inzake pepertuinen]

[14-15 februari 1843 Michiels te Natal wegens de zaak-Si Pamaga]

[15 februari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake verantwoordingsstukken]

[15 februari 1843 Van der Pool vraagt Dekker inlichtingen inzake post]

[17 februari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake zout]

[17 februari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake de reis van Michiels]

[19 februari 1843 Missive van Dekker aan de Ass.-Res. van Mandheling inzake geld]

[19 februari 1843 Missive van Dekker aan Van der Pool inzake post]

[20 februari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake een verzoekschrift]

[22 februari 1843 Weddik vraagt opgave inzake vagebondage]

[25 februari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake ziekte]

[25 februari 1843 Missive van Weddik inzake verzoekschrift]

[25 februari 1843 Missive van Weddik inzake verantwoordingsstukken]

[26 februari 1843 Antwoord van Godin inzake vrijheidsberoving]

[27 februari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake gevangenen]

[28 februari 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake het zoutpakhuis]

[28 februari 1843 Wissel van Dekker inzake amfioenpacht]

[28 februari 1843 Kwitantie van Dekker inzake amfioenpacht]

[2 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake zoutmeting]

[3 maart 1843 Weddik vraagt naar inkomsten en uitgaven uit 1840]

[3 maart 1843 Weddik zendt acht zilveren knoppen]

[4 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake prauwhuur]

[4 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake rijst]

[4 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake verantwoordingsstukken]

[4 maart 1843 Weddik vraagt opzending van kettinggangers]

[5 maart 1843 Weddik geeft Dekker machtiging betreffende klerk Hesselink]

[6 maart 1843 Missive van Weddik inzake het zoutpakhuis]

[7 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake verzoekschrift]

[7 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake Inkomende en Uitgaande rechten]

[7 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake zoutvervoer]

[7 maart 1843 Missive van Dekker aan Agent NHM. te Padang inzake een wissel]

[7 maart 1843 Missive van Dekker aan Ass.-Res. van Padang inzake een wissel]

[8 maart 1843 Missive van Weddik inzake kasrekening over februari]

[8 maart 1843 Weddik vraagt opzending rapport zoutmeting]

[8 maart 1843 Missive van Weddik inzake prauwhuur]

[9 maart 1843 Weddik zal Dekker rijst zenden]

[9 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake inkomsten en uitgaven 1840]

[10 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake kettinggangers]

[10 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake herstel na ziekte]

[10 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake gewenst ontslag van een datoe]

[10 maart 1843 Weddik geeft opdracht betreffende kapitein Langkap]

[11 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake zoutmaten]

[12 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake vagebondage]

[12 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake vagebondage betreffende klerk Hesselink]

[12 maart 1843 Missive van Weddik inzake ontslag van een datoe]

[13 maart 1843 Missive van Dekker van Weddik inzake scheepspapieren]

[13 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake verantwoordingsstukken]

[15 maart 1843 Dekker vraagt Weddik instructies betreffende Hesselink]

[15 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake zilveren knoppen]

[15 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake prauwhuur]

[16 maart 1843 Missive van Dekker aan Ass.-Res. van Tapanoeli betreffende onderhorigen]

[16 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake pepertuinen]

[16 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake toezicht zoutpakhuis]

[16 maart 1843 Weddik zendt model proces-verbaal inzake zoutmaten]

[17 maart 1843 Weddik zendt rijst]

[18 maart 1843 Rapport van Michiels aan de G.-G. betreffende Si Pamaga]

[20 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik betreffende kapitein Langkap]

[20 maart 1843 Missive van Weddik inzake zoutpakhuis]

[20 maart 1843 Missive van Weddik inzake prauwhuur]

[21 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake zoutmaten]

[21 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake de pepertuinen]

[21 maart 1843 Missive van Dekker aan Weddik inzake de pepertuinen]

[22 maart 1843 Agent NHM. te Padang meldt het terugvinden van een adviesbrief]

[24 maart 1843 Resident Weddik door Michiels geschorst]

[26 maart 1843 Weddik vraagt opzending van de zoutmaten]

[27 maart 1843 Missive van Dekker aan de Ass.-Res. van Mandheling inzake zout]

[28 maart 1843 Missive van Weddik inzake pepertuinen]

[30 maart 1843 Missive van Dekker aan de Ass.-Res. van Mandheling inzake gelden]

[3 april 1843 Dekker ontvangt nieuwe zoutmaten]

[3 april 1843 Missive van Weddik inzake lijfstraf]

[4 april 1843 Ass.-Res. van Padang vraagt opzending inlander]

[10 april 1843 Van der Ven neemt het ambt van Weddik over]

[13 april 1843 Van der Van vraagt opzending van een betalingsbewijs]

[14 april 1843 Missive van Dekker aan Michiels betreffende inlandse Hoofden]

[15 april 1843 Beslissing van Michiels inzake prauwhuur]

[16 april 1843 Missive van Dekker aan de Ass.-Res. van Mandheling inzake geld]

[18 april 1843 Van der Ven vraagt opzending van verantwoordingsstukken]

[20 april 1843 Klerk Hesselink komt te Natal aan]

[20 april 1843 Van der Ven vraagt opgave van kosteloze leveringen]

[21 april 1843 Van der Ven vraagt opgave van kosteloze leveringen inzake zegelstaten]

[21 april 1843 Missive van Van der Ven inzake opsporingen]

[22 april 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven betreffende Krijgsman en Hesselink]

[25 april 1843 Missive van Dekker aan de controleur te Baros betreffende een inlandse vrouw]

[25 april 1843 Missive van Dekker aan de Ass.-Res. te Pontjang inzake gelden]

[26 april 1843 Missive van Dekker aan de Ass.-Res. van Mandheling inzake gelden]

[26 april 1843 Missive van Van der Ven aan Dekker betreffende Hesselink]

[28 april 1843 Kwitantie van Dekker inzake amfioenpacht]

[1 mei 1843 Van der Ven vraagt opnieuw opzending van de zoutmaten]

[1 mei 1843 Missive van Van der Ven inzake verantwoordingsstukken]

[1 mei 1843 Missive van Van der Ven inzake lijfstraf]

[2 mei 1843 Van der Ven vraagt inlichtingen over gelden uit 1840]

[3 mei 1843 Dekker schrijft een wissel van f 8931.92 en boekt f 6825,92]

[Facsimile A. De berekening]

[Facsimile B. De wissel]

[Facsimile C. Het wisselregister]

[5 mei 1843 Missive van Van der Ven inzake amfioenpacht]

[6 mei 1843 Missive van Michiels aan Van der Ven over Dekker]

[11 mei 1843 De controleur van Baros antwoordt betreffende inlandse vrouw]

[14 mei 1843 Missive van Van der Ven inzake verantwoordingsstukken]

[16 mei 1843 Dekker zendt geld naar Mandheling]

[17 mei 1843 Ass.-Res. van Mandheling antwoordt inzake gelden]

[22 mei 1843 Van der Ven geeft opdracht inzake verstrekkingen aan militairen]

[22 mei 1843 Missive van Van der Ven betreffende Gout]

[23 mei 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake een wissel]

[25 mei 1843 Missive van Van der Ven inzake verantwoordingsstukken]

[29 mei 1843 Ass.-Res. van Mandheling meldt dat f75 zoek is]

[31 mei 1843 Kas-memoriaal van Dekker over de maand mei]

[3 juni 1843 Van der Ven te Natal]

[6 juni 1843 Ass.-Res. van Mandheling vraagt opsporing van kinderen]

[9 juni 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels over Dekker]

[12 juni 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven betreffende Gout]

[12 juni 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven betreffende Hesselink]

[13 juni 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven betreffende Hesselink inzake rijst]

[14 juni 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven betreffende inzake vogelnestjes]

[15 juni 1843 Van der Ven vraagt storting van geld voor schoten]

[16 juni 1843 Missive van Van der Ven inzake verantwoordingsstukken]

[17 juni 1843 Hesselink overlijdt ten huize van Dekker]

[1843 Prozatekst van Dekker: Nog eens ‘Graven’]

[17 juni 1843 Van der Ven zendt declaratie terug]

[17 juni 1843 Ontvanger geeft inlichtingen inzake vogelnestjes]

[17 juni 1843 Van der Ven meldt zending van rijst]

[18 juni 1843 Missive van Dekker aan Postkommies te Padang]

[21 juni 1843 Van der Ven zendt instructies inzake nalatenschap]

[24 juni 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels betreffende Dekker]

[24 juni 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake verantwoordingsstukken over mei]

[24 juni 1843 Missive van Van der Ven inzake verantwoordingsstukken]

[25 juni 1843 Natal verzendt f 3750 naar Mandheling]

[26 juni 1843 Aan Van der Ven wordt een wissel gezonden]

[26 juni 1843 Bericht aan Van der Ven inzake wissels]

[26 juni 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake transportloon]

[26 juni 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake herstelkosten]

[26 juni 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake prauwhuur]

[26 juni 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake verantwoordingsstukken]

[26 juni 1843 Verzoekschrift van de Hoofden van Natal aan Michiels]

[28 juni 1843 Aan Van der Ven worden gedrukte stukken gevraagd]

[30 juni 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels betreffende Dekker]

[2 juli 1843 De Militaire Commandant vraagt arrestantenlokaal]

[2 juli 1843 Dekker stelt civiel arrestantenlokaal ter beschikking]

[3 juli 1843 Beslissing van Michiels betreffende Dekker]

[3 juli 1843 Antwoord van Van der Ven inzake transportloon]

[3 juli 1843 Antwoord van Van der Ven inzake herstelkosten]

[4 juli 1843 Van der Ven geeft opdracht inzake zoekgeraakt geld]

[6 juli 1843 Van der Ven vraagt opnieuw inlichtingen inzake gelden uit 1840]

[6 juli 1843 Verantwoordingsstukken eerste halfjaar 1843 worden ingezonden]

[8 juli 1843 Verantwoordingsstukken eerste halfjaar 1843 worden ingezonden over juni 1843]

[10 juli 1843 Missive van Dekker aan Ass.-Res. van Mandheling inzake geld]

[11 juli 1843 Betalingsbewijzen worden ingezonden]

[11 juli 1843 Verzoek aan Van der Ven inzake postgelden]

[11 juli 1843 Missive van Dekker aan de Wees- en Boedelkamer te Padang]

[13 juli 1843 Missive van Van der Ven inzake verantwoordingsstukken]

[13 juli 1843 Missive van Van der Ven inzake verantwoordingsstukken betreffende Jan Potan]

[15 juli 1843 Rapport van Michiels aan de G.-G.]

[18 juli 1843 Missive van Dekker aan Burg. Stand Aijer Bangies]

[18 juli 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake de boedel-Hesselink, met bijlage]

[18 juli 1843 Missive van Dekker aan Van der inzake gelden uit 1840]

[18 juli 1843 Missive van Dekker aan Ass.-Res. van Mandheling betreffende kinderen]

[18 juli 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels betreffende Dekker, met bijlage]

[21 juli 1843 Dekker ontvangt posttarieven]

[22 juli 1843 Missive van Van der Ven inzake zoutmaten]

[22 juli 1843 Van der Ven vraagt boedelstaten uit 1836-1838]

[22 juli 1843 Besluit van Michiels tot overplaatsing van Dekker]

[27 juli 1843 Voor Natal worden twee pakhuisbedienden toegestaan]

[27 juli 1843 Van der Ven vraagt verantwoordingsstukken eerste en tweede kwartaal]

[27 juli 1843 Missive van Dekker aan Ass.-Res. Mandheling betreffende inlandse kinderen]

[27 juli 1843 Opzending van een proces-verbaal inzake zoutvervoer]

[28 juli 1843 Mil. Commandant vraagt inlichtingen inzake vervoer]

[28 juli 1843 Antwoord van Dekker aan de Mil. Commandant]

[28 juli 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven betreffende Jan Potan]

[31 juli 1843 Verzending van zout naar Mandheling]

[2 augustus 1843 De aangifte van Hesselinks overlijden wordt geretourneerd]

[2 augustus 1843 De bijlagen inzake Hesselinks boedel worden geretourneerd]

[4 augustus 1843 Huwelijk van Dekkers broer Jan]

[4 augustus 1843 De verantwoordingsstukken over juli worden ingezonden]

[4 augustus 1843 Bericht aan Van der Ven inzake een wissel]

[7 augustus 1843 Bericht aan Van der Ven inzake een wissel]

[9 augustus 1843 De zoutmaten worden aan Van der Ven gezonden]

[9 augustus 1843 Verzoek aan Van der Ven om schrijfbenodigdheden]

[9 augustus 1843 Opgave aan Van der Ven inzake boedelstaten]

[11 augustus 1843 Missive van Dekker aan de Mil. Commandant inzake stormschade]

[12 augustus 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake stormschade]

[15 augustus 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake afschrijvingen]

[17 augustus 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake pakhuisrekening 1842]

[17 augustus 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake verantwoordingsstukken]

[17 augustus 1843 Missive van Dekker aan Mil. Commandant inzake post]

[20 augustus 1843 Missive van Dekker aan Ass.-Res. van Mandheling inzake geld]

[20 augustus 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake geld]

[20 augustus 1843 Missive van Dekker aan Ass.-Res. van Mandheling inzake geldkist en zadels]

[22 augustus 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake declaraties]

[23 augustus 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake verantwoordingsstukken]

[23 augustus 1843 Missive van Michiels aan Van der Ven inzake amfioenpacht]

[24 augustus 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake prauwhuur]

[24 augustus 1843 Inzending van de beantwoording betreffende maart-juni]

[24 augustus 1843 Van der Ven zendt papier enz.]

[25 augustus 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake stempels]

[27 augustus 1843 Schuldbekentenis van Dekker aan de Toeankoe Bezaar]

[28 augustus 1843 Vendutie van Dekker]

[28 augustus 1843 Vendutie-bewijs van Dekker aan zichzelf]

[28 augustus 1843 Ontvangstbewijs inzake vendutie]

[31 augustus 1843 Proces-verbaal van overdracht van functie]

[2 september 1843 Certificaat van ophouding van betaling]

[2 september 1843 Missive van Dekker aan Van der Ven inzake rijst]

[september 1843 Gedicht van Dekker: Vaarwel aan Natal]

Padang 1843-1844

Dekkers kastekort en zijn schorsing

Brieven en dokumenten

[3 september 1843 Klacht van Tin Aijon tegen Dekker]

[13 september 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels inzake amfioenpacht]

[14 september 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels inzake Dekkers particuliere schulden]

[15 september 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels inzake Dekkers verantwoordingsstukken]

[15 september 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels inzake posten ten laste van Dekker]

[15 september 1843 Aantoning van posten]

[Bijlage betreffende Padang en omgeving]

[25 september 1843 Missive van Michiels aan Van der Ven inzake kastekort]

[25 september 1843 Missive van Michiels aan de G.-G. inzake ambtelijke verhoudingen]

[25 september 1843 Missive van Diepenhorst aan Van der Ven inzake pakhuis]

[26 september 1843 Michiels vraagt Van der Ven inlichtingen inzake klacht]

[29 september 1843 Michiels zendt de Resident van de Padangse Bovenlanden inlichtingen betreffende Dekker]

[2 oktober 1843 Michiels vraagt Van der Ven inlichtingen inzake wissels]

[2 oktober 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels inzake pakhuis]

[2 oktober 1843 Missive van Michiels aan Dekker, hem verplichtende te Padang te blijven]

[2 oktober 1843 Besluit van Michiels betreffende Dekker]

[3 oktober 1843 Missive van Dekker aan Michiels inzake verantwoordingsstukken]

[3 oktober 1843 Beantwoording van Dekker inzake verantwoordingsstukken]

[3 oktober 1843 Resident van de Padangse Bovenlanden verzoekt Michiels, Dekker niet te zenden]

[4 oktober 1843 Missive van Michiels aan Dekker inzake zegelgelden]

[7 oktober 1843 Missive van Michiels aan Van der Ven inzake Dekkers vendu-administratie]

[7 oktober 1843 Michiels stelt proces-verbaal in handen van de comptabiliteit]

[10 oktober 1843 Ass.-Res. van Padang vraagt Michiels toestemming inzake wissel voor Dekker]

[10 oktober 1843 Besluit van Michiels inzake Dekkers vendu-acceptatie]

[14 oktober 1843 Missive van Michiels aan Direkteur Producten inzake zout]

[14 oktober 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels inzake venduacceptatie]

[14 oktober 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels inzake klacht, met drie processen-verbaal]

[16 oktober 1843 Van der Ven zendt Michiels lijst van wissels]

[17 oktober 1843 Michiels antwoordt de Resident der Padangse Bovenlanden]

[19 oktober 1843 Besluit van Michiels inzake zout en rijst

[20 oktober 1843 Missive van Dekker aan Mr. Van Hemert inzake uitstel]

[20 oktober 1843 Van Hemert vraagt Michiels: uitstel of gijzeling]

[24 oktober 1843 Missive van Michiels aan Van Hemert inzake uitstel]

[24 oktober 1843 De G.-G. keurt Michiels' maatregelen van 25 september goed]

[26 oktober 1843 Missive van Michiels aan de G.-G. betreffende Dekker]

[27 oktober 1843 Missive van de ambtenaar der comptabiliteit aan Michiels]

[3 november 1843 Het pakhuis te Natal stort in]

[4 november 1843 Michiels geeft toestemming tot uitbetaling van een wissel]

[5 november 1843 Kolonel Michiels ontvangt bericht van bevordering tot Generaal-Majoor titulair]

[7 november 1843 Michiels vraagt Van der Ven inlichtingen betreffende Dekker]

[9 november 1843 Brief van Diepenhorst aan Dekker met vendurol]

[17 november 1843 Missive van Van der Ven aan Diepenhorst inzake de wissel van 3 mei]

[19 november 1843 Missive van Dekker aan Michiels inzake vendutie]

[20 november 1843 Mr. Van Hemert vraagt Michiels inlichtingen inzake vendutie]

[24 november 1843 Missive van Diepenhorst aan Van der Ven inzake de wissel van 3 mei]

[26 november 1843 Missive van Michiels aan Van Hemert]

[28 november 1843 Missive van Van der Ven aan Diepenhorst inzake dokumenten]

[30 november 1843 Missive van Dekker aan Michiels inzake vendutie]

[4 december 1843 Besluit van Michiels inzake de voorgaande missive]

[6 december 1843 Missive van Diepenhorst aan Van der Ven inzake dokumenten]

[8 december 1843 Van der Ven meldt Michiels ontvangst vendu-gelden]

[15 december 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels inzake de wissel van 3 mei]

[16 december 1843 Missive van de Ass.-Res. van Padang aan Michiels inzake Dekkers salaris]

[18 december 1843 Michiels zendt Van der Ven Dekkers bewijs van ophouding van betaling]

[18 december 1843 Missive van Michiels aan de Ass.-Res. van Padang inzake Dekkers salaris]

[23 december 1843 Missive van Van der Ven aan Michiels inzake gelden]

[30 december 1843 Missive van Michiels aan de Fiskaal inzake gelden]

[30 december 1843 Missive van Michiels aan de G.-G. betreffende Dekker]

[1843-1844 Prozaschets van Dekker. Losse bladen uit het dagboek van een oud man: Jongelingsdroomen]

[4 januari 1844 De deurwaarder krijgt opdracht inzake de wissel van 3 mei 1843]

[6 januari 1844 Verslag van de deurwaarder aan de Fiskaal]

[6 januari 1844 Missive van Dekker aan Michiels inzake de wissel van 3 mei 1843]

[8 januari 1844 Besluit van Michiels om Dekker te schorsen]

[15 januari 1844 Tweede verslag van de deurwaarder]

[16 januari 1844 Missive van Dekker aan Michiels inzake een reis naar Natal]

[18 januari 1844 Missive van de Fiskaal aan Michiels inzake de wissel van 3 mei 1843]

[18 januari 1844 Gouvermentsbesluit inzake zout en rijst]

[20 januari 1844 Besluit van Michiels inzake de wissel van 3 mei 1843]

[20 januari 1844 Missive van Michiels aan de G.-G. betreffende Dekker]

[29 januari 1844 Missive van de Dir. Producten inzake zout en rijst]

[3 februari 1844 Missive van de NHM. te Natal aan Diepenhorst inzake de wissel]

[9 februari 1844 Advies van de Dir.-Gen. van Financiën aan de G.-G. betreffende Dekker]

[16 februari 1844 Advies van de Raad van Indië]

[29 februari 1844 Van der Ven zendt Michiels dokumenten inzake de wissel]

[1 maart 1844 Advies van de Dir.-Gen. van Financiën betreffende Dekker]

[11 maart 1844 Consideratiën van de Raad van Indië en besluit van de G.-G.]

[22 maart 1844 De Alg. Secretaris meldt Michiels opzending van dokumenten]

[25 maart 1844 Missive van Diepenhorst aan Res. van Tapanoelie inzake Dekkers vendutie]

[4 april 1844 Begeleidingsbrief en Rekest van Dekker aan Michiels]

[12 april 1844 Resident van Tapanoelie zendt Diepenhorsts missive aan Michiels]

[26 april 1844 De Alg. Rekenkamer zendt Michiels dokumenten]

[28 april 1844 Missive van Michiels aan de Resident van Tapanoelie]

[29 april 1844 Missive van Michiels aan de President van de Raad van Justitie te Padang]

[25 mei 1844 Michiels stelt dokumenten in handen van de Fiskaal]

[28 mei 1844 Missive van de Fiskaal aan Michiels inzake criminele of civiele procedure]

[29 mei 1844 Missive van Michiels aan de Fiskaal inzake civiele procedure]

[6 juni 1844 Vonnis van de Raad van Justitie, die zich onbevoegd verklaart]

[14 juni 1844 De Fiskaal deelt Michiels het vonnis mee]

[19 juni 1844 Missive van Michiels aan de G.-G. betreffende Dekker]

[19 juni 1844 Rekening-courant, bijlage bij de voorgaande missive]

[11 juli 1844 De Fiskaal krijgt ongevraagd ontslag]

[18 juli 1844 Advies van de Raad van Indië inzake de missive van Michiels]

[21 juli 1844 Besluit van de wnd. G.-G.]

[2 augustus 1844 Gouverneur-Generaal Merkus overlijdt]

[16 augustus 1844 De Alg. Secretaris vraagt de Rekenkamer advies inzake missive van Michiels]

[16 augustus 1844 De Alg. Secretaris geeft Michiels opdracht, Dekker naar Batavia te doen gaan]

[18 september 1844 Missive van Michiels aan Ass.-Res. van Padang inzake Dekkers vertrek]

[20 september 1844 Missive van Ass.-Res. van Padang aan Michiels]

[± 25 september 1844 Dekker vertrekt van Padang naar Batavia]

Batavia en omgeving 1844-1845

Dekker wachtende op herplaatsing

Brieven en dokumenten

[1 oktober 1844 Advies van de Alg. Rekenkamer aan de G.-G. inzake de missive van Michiels van 19 juni]

[12 oktober 1844 Adviezen van de Raad van Indië]

[13 oktober 1844 Dekker richt zich tot de Directeur-Generaal van Financiën]

[20 oktober 1844 Rekest van Dekker aan de G.-G.]

[23 oktober 1844 Besluit van de wnd. G.-G. betreffende Dekker]

[29 oktober 1844 Besluit van de Algemene Rekenkamer]

[1 november 1844 Besluit van de G.-G. inzake Dekkers passage-kosten]

[9 november 1844 Rekest van Dekker aan de G.-G.]

[15 november 1844 Bericht van de Alg. Rekenkamer inzake Dekkers rekest van 20 okt.]

[25 november 1844 Adviezen van de Raad van Indië inzake Dekkers rekest van 20 okt.]

[30 november 1844 Beschikking van de wnd. G.-G.]

[4 december 1844 Adviezen van de Raad van Indië]

[10 december 1844 Missive van de Dir.-Gen. van Financiën aan de G.-G. met bijgevoegd rekest van Dekker van 9 november]

[14 december 1844 Besluit van de wnd. G.-G. betreffende Dekker]

[26 december 1844 Adviezen van de Raad van Indië]

[1 januari 1845 Gedicht van Dekker: Nieuwjaar 1845]

[5 januari 1845 Beslissing van de wnd. G.-G. betreffende Dekker]

[21 februari 1845 Missive van de Alg. Rekenkamer aan de G.-G.]

[11 mei 1845 Missive van Michiels aan de Alg. Secretaris; met bijlagen]

[14 juni 1845 Gouvernementsbesluit om Dekkers wachtgeld te verlengen]

[4 augustus 1845 Aankomst van Everdina Huberta van Wijnbergen in Indië]

[16 augustus 1845 Missive van de Dir.-Generaal van Financiën aan de G.-G.]

[18 augustus 1845 Dekker en Everdina van Wijnbergen officieus verloofd]

[10 september 1845 Besluit van de wnd. G.-G. betreffende Dekker]

[13 september 1845 Benoeming van Dekker tot tijdelijk ambtenaar te Krawang]

[26 september 1845 Officiële verloving van Dekker en Tine]

[28 september 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[30 september 1845 G.-G. Rochussen aanvaardt zijn ambt]

[2 oktober 1845 Brief van Dekker aan Tine]

Krawang 1845

Tine's familie

Brieven en dokumenten

[Bijlage Geboorte-akte van Tine]

[2-11 oktober 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[14 oktober 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[19-22 oktober 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[24-27 oktober 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[29 oktober 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[1 november 1845 Missive van de Directeur-Generaal van Financiën aan Michiels]

[5-8 november 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[10-12 november 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[15 november 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[15-19 november 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[20-22 november 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[27 november 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[30 november - 3 december 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[7-10 december 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[10-13 december 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[15 december 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[17-20 december 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[19 december 1845 Rekest van Dekker aan de G.-G.]

[22-24 december 1845 Brief van Dekker aan Tine]

[vóor 31 december 1845 Dekker stort in 's lands kas f 2106]

Buitenzorg 1846

Opnieuw wachtende op herplaatsing

Brieven en dokumenten

[11 januari 1846 Beslissing van de G.-G. inzake twee rekesten van Dekker]

[17 januari 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[18-19 januari 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[19-20 januari 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[20-22 januari 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[25 januari 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[25 januari 1846 De echtgenote van Dekkers broer Jan overlijdt]

[26-29 januari 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[29 januari 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[30 januari 1846 Jan P. van der Hucht overlijdt te Parakan Salak]

[31 januari 1846 Dekker op audiëntie bij de G.-G.]

[1 februari 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[2 februari 1846 Rekest van Dekker aan de G.-G.]

[4 februari 1846 Dekker opnieuw op audiëntie bij de G.-G.]

[5 februari 1846 Tweede rekest van Dekker aan de G.-G.]

[12 februari 1846 Besluit van de G.-G. tot wederplaatsing van Dekker te Krawang]

Krawang 1846

De laatste verlovingsweken

Brieven en dokumenten

[28 februari 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[4 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[6-7 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[9 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[10-11 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[13-14 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[ong. 18 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine, in het Frans]

[19 maart 1846 Dekker en Tine te Tjiandjoer ondertrouwd]

[23 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[24-25 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[26-27 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[29 maart 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[30 maart 1846 Twee brieven van Dekker aan Tine]

[1 april 1846 Brief van Dekker aan Tine]

[Bijlage betreffende Tjiandjoer en omgeving]

[10 april 1846 Huwelijksakte van Dekker en Tine]

[10 april 1846 Huwelijksadvertentie van Dekker en Tine]

[5 mei 1846 Dekkers moeder overlijdt te Amsterdam]

[Bijlage Testament van Dekkers moeder]

[mei 1846 Advies van H.J. Hoogeveen, lid van de Raad van Indië, betreffende Dekker]

[18 mei 1846 Akte van Dekkers benoeming tot kommies in de residentie Bagelen]

[31 juli 1846 Overlijden van Tine's zuster Sophia]

[6 augustus 1846 Huwelijk van Tine's zuster Henriëtte]

Biografische aantekeningen

Biografische aantekeningen

Verklaring

Verbeteringen


[7-10 december 1845
Brief van Dekker aan Tine]

* 7-10 december 1845

Brief van Dekker aan Tine. (Brieven I, blz. 298; Brieven WB I, blz. 194)

Poerwakarta 7 December 1845.

Gisteren toen de post vertrok heb ik slechts een klein briefje verzonden volgens de belofte om u niet teleur te stellen. Gisterenavond gaf de resident eene kleine soirée, die niet heel plaisierig was, schoon de menschen zich nog al hadden uitgesloofd om het vrolijk te maken. Ik had er vrede mee gehad als ik maar in mijne kamer had kunnen blijven, maar bij het klein personeel van de plaats mogt zich niemand afzonderen. Vlei u niet met de hoop dat ik voor N.J. komen zal. Reken 8 dagen na N.J. Ik had er mij een fête van gemaakt den oudejaarsavond in den kring der familie te vieren, en dit zoude ook zeker gebeurd zijn als mijn verblijf hier verlengd geworden ware. Nu ik echter met ultimo voor goed afscheid neem, kan ik op zulk een korten tijd niet nog eenige dagen smokkelen, hetwelk ik anders gedaan had. Ik heb besloten niet om de betrekking hier te vragen dewijl ik naderhand spijt zoude hebben als het ons hier onaangenaam was; geeft men het mij ongevraagd, dan is het iets anders.

Waarom toch hebt gij de lezing van de Mystères gestaakt? Beviel het u niet? Gij schrijft alleen ik ben er mede uitgescheiden zonder daarbij de reden te voegen. Geloof niet dat ik alles in dat werk zoo heel mooi vind, maar belangrijk is het zeker. Ik hoop over dat boek veel met u te spreken, als wij misschien later te zamen de lectuur voortzetten. Over het geheel stel ik mij van dergelijke gesprekken een groot genot voor, en ik zal veel aan mijne vrouw kunnen vragen, wat ik niet aan een meisje vragen kan. Zulke onderwerpen komen er veel in de mystères voor. Mondeling zal dat alles beter gaan, want mijne Eefje heeft er aardig slag van in hare brieven over een en ander heen te loopen, hetgeen ik u echter volstrekt niet ten kwade duiden kan, schoon ik er veel belang in zoude gesteld hebben als gij mij op dat punt in mijn brief van 19 Nov. wat uitvoeriger geantwoord hadt. Ik zoude mij zeer moeten bedriegen als die brief van 19 Nov. u niet veel te denken had gegeven, en ik moet mij maar weder troosten met de toekomst als gij hardop denken zult.

Hoe het komt begrijp ik niet, maar op het oogenblik schrijf ik niet met genoegen. Ik gevoel toch dat het niet uit gebrek aan liefde voortkomt maar ik ben weder een weinig overspannen, en het ongeduld om u te zien en te spreken veroorzaakt dat ik een afkeer heb om letter voor letter neer te schrijven.

Maandagmorgen. Ja waarlijk er was een brief voor mij. De inhoud heeft mij ongerust gemaakt, omdat mijne lieve Everdine ongesteld is. Bovendien grieft het mij zoo dat gij op dien dag te vergeefs een brief van mij verwacht hebt. Ik kan dit niet verklaren; ik had den 29sten Nov. toch geschreven, evenals alle postdagen. Waar mag die brief beland zijn? Ik ben ontzettend verdrietig en bedroefd.

Dingsdag. Daar heeft nu die Mevr. P. weer in eens een haat op dat arme meisje gekregen, en haar opnieuw gezegd dat zij weg moet. Ik ben daar gisterenavond geweest en heb Cateau een oogenblik alleen gesproken. Morgen vroeg vertrekt zij reeds. Zij wordt door P. een eind wegs begeleid, en dan moet zij verder maar voor zichzelven zorgen. Het hart bloedt mij bij de gedachte aan de verlatenheid van dat arme meisje. Ik kan en mag niet helpen. Ik moet tegen mijne Everdine opregt wezen en daarom wil ik het niet verbergen dat ik heel veel van haar houd, zoo zelfs dat ik er dikwijls knorrig op mij zelven over was. Zij heeft zich hier in verschillende moeijelijke omstandigheden voorbeeldig gedragen. Ik hoop Cateau dezen avond nog te zien, en als ik haar niet alleen kan spreken kom ik voor haar venster, schoon zij het mij verboden heeft, omdat ik haar laatst bij die gelegenheid een kus heb gegeven. Ik heb nooit opgehouden u boven alles lief te hebben, maar er zijn wel oogenblikken geweest dat ik verhit was door het zien van een jong meisje dat in het ongeluk verkeerde en er heel goed uitziet. Daarbij kwam nog de geheimzinnigheid onzer betrekking, hetwelk altijd aan-trekt. Waarschijnlijk zal zij mij van Batavia schrijven, en ik zal haar, als ik daar mogt komen, opzoeken. Haar vader heeft geen inkomsten, waar hij woont of logeert weet zij niet eens. Ik weet niet of ik wel goed doe u dit alles te schrijven maar ik reken er op dat mijne Everdine op mijn hart vertrouwt. Ik bemin Cateau niet, maar ik heb eene neiging voor haar, die na haar vertrek welligt zal uitslijten. Heb ik verkeerd gedaan met aan die neiging te veel voedsel te geven, dan zal ik ten minste voldoening hebben van het volbrengen mijner belofte om aan u, mijne lieve beste, al mijne aandoeningen mede te deelen. En gij zult het mij wel vergeven niet waar, ik heb u lief boven alles, vertrouw daar vast op.

Dinsdag avond negen uur. Ik ben heden middag bij P. gegaan. Hij en zijne vrouw waren heel kort tegen mij. Ik geloof dat zij een afkeer van mij hebben, maar zij durven het niet te laten blijken. Veel liever wilde ik openlijk partij voor Cateau trekken en hun in het gezigt zeggen dat het schande is een meisje zoo aan haar lot over te laten; maar Cateau heeft er op aangedrongen dat ik vrede zoude houden, te meer daar zij het zou moeten ontgelden als ik op mijn poot begon te spelen. Heden morgen heeft zij eene korte afscheidsvisite bij den resident gemaakt. Ik wist dat zij komen zoude en liep van 't kantoor af naar binnen. Zij hield zich nog vrolijk, ten minste mij viel het in het oog daar ik zoo goed wist hoe beklemd haar hart op dat oogenblik was. Mijn hart was vervuld van aandoening en Mevrouw de Resident die het bemerkte vraagde mij naar de oorzaak. Ik zeide ronduit dat het mij zoo leed deed Cateau te zien vertrekken, niet zoo zeer omdat zij wegging, als wel om de omstandigheden waarin zij vertrok. ‘Het zoude uw meisje geen plaisier doen als zij wist dat gij zooveel belang in eene andere stelt’ antwoordde zij. Ik achtte het niet de moeite waard uw hart bij dat onnozele mensch te verdedigen, dat ware haar te veel eer geweest, en bovendien nuttelooze moeite, want men zoude mij toch niet begrijpen als ik zeide dat onze liefde vertrouwend en boven kleingeestige jalousie verheven is. Als ik mij het lot van dat meisje niet aantrok, verdiende ik niet dat gij mij liefhadt, mijne dierbare Everdine. Ook zouden zij het niet begrijpen dat ik u alles mededeel. En waarlijk ik zoude mij zelve schade doen in uwe beoordeeling als ik het beste wat er nog in mij is voor u verborgen hield, het medegevoel voor ongeluk namelijk. Ik heb het u al meer geschreven dat ik mij zoo verdrietig maken kan over de onevenredigheid tusschen mijnen wil en mijne magt. Wat zoude ik krachtig den Rodolphe spelen als ik zijne middelen had. Die Rodolphe is de hoofdpersoon in de Mystères, die overal doet wat regt is (of wat hem zoo toeschijnt) en al ben ik het niet overal met Eugène Sue eens omtrent de aangewende middelen, dit is zeker dat ik dezelfde goede bedoelingen hebben zoude. En nu, wat kan ik doen? Overal ontmoet ik ellende, en ik kan niet bijstaan. Overal onregt, en ik kan niet straffen. Overal verdrukking en ik kan niet verdedigen. Waarom toch moet ik alles wat anderen wedervaart zoo diep gevoelen als ik toch niet helpen kan? Als het doel de middelen heiligde, zoude ik de eerste helft van mijn leven een schurk willen zijn om magtig te worden, ten einde in den tweede helft, die magt ten goede aantewenden. Ik ben verdrietig, lieve beste. Noem het grillen als gij wilt, het zal niet beter worden voor ik in den huisselijken kring geheel en al mijn geluk zoek, en van de wereld mijne oogen afwend. God geve dat ik spoedig dit geluk aan uwe zijde smaken moge. Word toch niet ziek, denk dat gij mijn toekomst, mijn alles zijt. Ik durf er niet aan denken want ik heb u vreesselijk lief. En dat schrijf ik op een oogenblik nu ik op het punt sta een ander meisje een bezoek aan haar venster te geven. Velen zou het onverklaarbaar voorkomen, maar ik bouw vast op het hart van mijne Everdine. Zeg mij, had ik het niet moeten doen, of had ik het misschien moeten verzwijgen?

Woensdag morgen. Gister avond heb ik na het bovenstaande inliggend briefje voor Sophie geschreven. Toen was het zoowat tijd om uit te gaan. Het was nogal donker buiten, hetgeen mij natuurlijk welkom was. Ik kleedde mij donker, wachtte tot de nachtronde gepasseerd was en ik ging uit. Haar venster was open, maar zij sliep niet. Een zoontje van Permentier (een jongetje van zes à zeven jaren) sliep in hare kamer. Ik geloof dat zij dit met voordacht bewerkt heeft. Ik heb niets dan hare hand gekust, maar ik heb wel hartelijk gesproken. Zij was ook heel vertrouwelijk. Ik had haar reeds dikwijls gezegd: ‘die Mevrouw P. is een slecht wijf!’ maar zij had het altijd tegengesproken. He-den nacht echter zeide zij dat ik gelijk had gehad. Toevallig had zij gehoord dat die vrouw zich den vorigen avond heel gemeen over haar had uitgelaten, en het liet voorkomen alsof zij zich slecht gedragen had, of ten minste alsof er vrees bestond dat zij zich slecht gedragen zoude. Ik was daarbij ook niet gespaard geworden. Dat ik driftig werd kunt gij nagaan. Zij verzocht mij ernstig mij om harentwille niet met P. en diens vrouw te brouilleren, maar uiterlijk vrede te houden, omdat dit de beste wijze was hare reputatie, waar die mogt aangerand worden, te verdedigen. Zij verbood mij dit met geweld te doen, waartoe ik anders wel neiging had ‘maar kunt gij hier en daar met zachtheid iets ten mijnen voordeele zeggen, dan vorder ik van u als eerlijk man dat gij mijne partij trekt, als gij ten minste gelooft dat ik het eenigzins verdien’ voegde zij er bij. Ja, waarachtig Cateau, wees gerust. Wij spraken nog lang; ik konde bijna niet heengaan. Dit was het laatste dat ik haar alleen sprak, en ik had zoo innig met haar te doen. Eindelijk werden wij gestoord, er kwamen menschen op den weg die eene bendie bij Permentier bragten. Ik vlugtte in het wagenhuis en verschool mij in een hoek. Alsof het spel sprak bleven die kerels wel een half uur daar, op geen tien voet afstands van mij. Zij waren bezig het rijtuig voor de reis gereed te maken. Ik stond achter een tuigrek, en durfde haast geen adem halen. Ik was bevreesd dat zij iets van dat rek zouden noodig hebben en dan had men mij gezien. Ik besloot als ik merken zoude dat men mij ontdekken moest, in eens voor den dag te springen en om mij heen te slaan dan zouden die kerels van schrik niet geweten hebben wat het was, en voor zij zich herstelden, ware ik ver weg geweest. Die menschen konden er geen denkbeeld van hebben dat een Europeaan midden in den nacht daar zitten zoude; zij zouden dan denken dat het een Inlander was geweest, die opium had geschoven, en er zoude geene verdenking op dat arme meisje vallen. Gelukkig heeft men mij niet gezien, en ik kwam behouden tehuis. Heden morgen te zes ure was ik op de been om Cateau te zien vertrekken. Mevrouw P. lachte en zong reeds als ware het om het arme kind te plagen. Ik was stil en kort van stof, en zette een gezigt dat zeggen wil: Spreek mij niet aan. Ik heb Cateau beloofd haar te zullen schrijven aan het adres van haar broeder, den adjudant-onderofficier, en als ik op Batavia kom haar optezoeken. Tot nog toe heb ik haar in niets kunnen helpen, maar ik weet toch dat het haar lief was dat ik belang in haar stelde, en ik geloof dat ik haar ellendige positie door hartelijkheid wel eenigzins dragelijker gemaakt heb. O, hoe verlang ik er naar om over dit alles met u te spreken.

Ik moet eindigen lieve beste Everdine. Verheel het mij niet als er in deze brief iets staat wat u niet bevalt, laat ik er toch gerust op kunnen zijn dat ik het terstond weet als ik u mogt gegriefd hebben, dan kan ik mij beteren. Dag lieve beste, dag mijn engel, nog maar heel kort dan kom ik bij u; ik zal zorgen dat gij den dag naauwkeurig weet. Ik omhels u hartelijk in gedachten. God spare u voor uwen Eduard.