Volledige Werken. Deel 3. Japanse gesprekken. De school des levens. Ideeën, tweede bundel. De bruid daarboven. [enz]
489.
- Zoudt ge wel geloven, dat de man die daar loopt, van de familie is der Lusignan's, der koningen in partibus van Cyprus?
- Inderdaad, hy ziet er niet naar uit.
- Toch is het zo. Hy is een Du Puy de Montbrun, verwant aan 't huis van Savoye. Men kan de familiën vry nauwkeurig verdelen in twee soorten: vervallen hoogheid en geklommen laagheid. Wat leert ge hieruit?
- Dat adeltrots gek is.
- Ja, en meer nog. Dat de schoolmeesters verkeerd doen hun neuzen ál te hoog op te trekken voor: ismen. Want het is met de talen als met de familiën gegaan.
Eén voorbeeld uit duizenden. Het woord mens - of mensch dan, als ge dien staart nodig oordeelt - is van één familie met het latynse mens = verstand. De gemeenschappelyke stamvader is 't sanskritse man, dat is: denken. Maar ik erken dat de grondbetekenis vry algemeen verloren is gegaan.