Volledige Werken. Deel 2. Minnebrieven. Over vrijen arbeid in Nederlands-Indië. Brief aan Quintillianus. Ideeën, eerste bundel
Aan den Heer...... Doctor in de Letteren.
Brief aan de kiezers van Nederland
Van een gouverneur-generaal in ruste
Over vryen arbeid in Nederlands Indië
[Over vryen arbeid in Nederlandsch-Indië]
159.
Ja, wél legt ze, zonder oordeel des onderscheids, al haar goederen naast elkander. Als die domme schaar in de plettery knipt ze lucht, koper en meisjes door, en hapt naar meer, onverschillig wát. Zy zet 'n hansworst op den nek van den martelaar, of daar z'n plaats was!
Uw bruid sterft... 't is heerlyk weer. Ge hebt uw kind begraven... de Natuur hagelt op z'n graf. Gy schreit... de Natuur lacht. Uw gemoed is ontstemd, springt, slingert, stuift... zy gaapt en byt maar altyd voort met laffe lamme lauwe geesteloze onverschilligheid.
Of, gy juicht... de Natuur vermaakt zich met misten.
Gy jubelt... zy huilt motregen. Gy voelt u zacht, vriendelyk en goedig... zy buldert donder. Gy zyt in rust... zy jaagt en stormt. Gy streelt, lief koost en bemint... zy plaagt, sart, zweept, geselt en orkaant, altyd even onaangedaan, altyd even werktuigachtig, altyd even dom, dat is: altyd even natuurlyk.