Volledige Werken. Deel 22. Brieven en dokumenten uit de jaren 1882-1883
Het jaar 1882 (na de verschijning van de circulaire ‘Landgenoten’)
[16 maart 1882 Briefkaart van D.J. Korteweg aan F. van der Goes]
[17 maart 1882 Brief van Multatuli aan E. Douwes Dekker]
[maart 1882 Brief van R.J.A. Kallenberg van den Bosch aan A.S. Kok]
[19 maart 1882 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[19 maart 1882 Brief van Multatuli aan Woest & Co.]
[20 maart 1882 Artikel inzake huldeblijk in de Middelburgsche Crt.]
[20 maart 1882 Briefkaart van A. Gorter aan F. van der Goes]
[20 maart 1882 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]
[20 maart 1882 Briefkaart van H.C. Wolff aan F. van der Goes]
[21 maart 1882 Brief van J. de Meester aan F. van der Goes]
[21 maart 1882 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[21 maart 1882 Circulaire en redaktioneel kommentaar in het Algemeen Handelsblad]
[21 maart 1882 Brief van G.L. Funke aan F. van der Goes]
[21 maart 1882 Brief van J. Nieuwenhuis aan M.T.H. Perelaer]
[21 maart 1882 Briefkaart van M.J. de Witt Hamer aan F. van der Goes]
[22 maart 1882 Brief van R. Horst aan de Huldeblijk-kommissie]
[22 maart 1882 Briefkaart van A. Gorter aan F. van der Goes]
[22 maart 1882 Brief van A. Gorter aan F. van der Goes]
[22 maart 1882 Brief van J.H. Geraerts aan de Huldeblijk-kommissie]
[22 maart 1882 Brief van G.M. Calisch aan F. van der Goes]
[22 maart 1882 Brief van Multatuli aan S.E.W. Roorda van Eysinga]
[23 maart 1882 Brief van M.T.H. Perelaer aan F. van der Goes]
[23 maart 1882 Artikel inzake huldeblijk in het Dagblad van Zuid-Holland en 's-Gravenhage]
[23 maart 1882 Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[23 maart 1882 Brief van J. de Meester aan F. van der Goes]
[23 maart 1882 Artikel inzake huldeblijk in de Kamper Crt.]
[23 maart 1882 Brief van H.C. Muller aan V. Bruinsma]
[23 maart 1882 Briefkaart van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[24 maart 1882 Briefkaart van J. de Koo aan V. Bruinsma]
[24 maart 1882 Briefkaart van C. Vosmaer aan F. van der Goes]
[24 maart 1882 Brief van J.W.E. Duitz aan V. Bruinsma]
[24 maart 1882 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[24 maart 1882 Twee artikeltjes in het Rotterdamsch Nieuwsblad]
[25 maart 1882 Advertentie inzake huldeblijk in Het Vaderland]
[25 maart 1882 Brief van W.L. Penning aan C. Vosmaer]
[25 maart 1882 Briefkaart van J. van der Pauwert aan V. Bruinsma]
[25 maart 1882 Briefkaart van J.J. van Rappard aan V. Bruinsma]
[25 maart 1882 Brief van Edu aan A.S. Kok(?)]
[25 maart 1882 Artikel T.H. de Beer in De Portefeuille]
[maart 1882 Brief van A.C. Loffelt aan Huldeblijk-kommissie]
[25 maart 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[26 maart 1882 Brief van J. Nieuwenhuis aan F. van der Goes]
[26 maart 1882 Advertentie in het Algemeen Handelsblad]
[26 maart 1882 Brief van H.C. de Wolff aan F. van der Goes]
[26 maart 1882 Brief van J. de Vonk aan V. Bruinsma]
[26 maart 1882 Artikel inzake huldeblijk in L'Indépendance Belge]
[26 maart 1882 Artikel inzake het huldeblijk in De Amsterdammer]
[26 maart 1882 Brief van J.A. van den Broek aan V. Bruinsma]
[26 maart 1882 Artikel inzake het huldeblijk in De Amsterdammer]
[27 maart 1882 Briefkaart van Multatuli aan E. Douwes Dekker]
[27 maart 1882 Brief van W.G.F.A. van Sorgen aan P.A. Tiele]
[27 maart 1882 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[27 maart 1882 Ingezonden Stuk in het Rotterdamsch Nieuwsblad]
[28 maart 1882 Briefkaart van J.J. de Vries aan V. Bruinsma]
[28 maart 1882 Brief van A. Collard aan A.S. Kok]
[maart 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[29 maart 1882 Briefkaart van D.J. Korteweg aan F. van der Goes]
[29 maart 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[29 maart 1882 Briefkaart van M.J. de Witt Hamer aan F. van der Goes]
[30 maart 1882 Briefkaart van J. Versluys aan F. van der Goes]
[30 maart 1882 Brief van S.E.W. Roorda van Eysinga aan Multatuli]
[30 maart 1882 Artikel inzake huldeblijk in de Kamper Crt.]
[30 maart 1882 Briefkaart van J. de Koo aan V. Bruinsma]
[30 maart 1882 Artikel inzake huldeblijk in de Stichtsche Crt.]
[maart 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[31 maart 1882 Artikel in het Dagblad van Zuid-Holland en 's-Gravenhage]
[31 maart 1882 Artikel A.J. Levy in het Algemeen Handelsblad]
[maart 1882 Intekenlijst voor het huldeblijk]
[1 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in De Hervorming]
[1 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in Recht voor allen]
[1 april 1882 Ingezonden Brief in Recht voor allen]
[1 april 1882 Mededeling in De Nederlandsche Spectator]
[april 1882 Brief van een dokter aan V. Bruinsma]
[april 1882 Brief van G. Emmerts aan V. Bruinsma]
[1 april 1882 Brief van Multatuli aan Vluchtig]
[1 april 1882 Bericht inzake huldeblijk in De Nederlandsche Spectator]
[april 1882 Aantekeningen inzake Tandem van C. Vosmaer]
[1 april 1882 Brief van Mimi aan M.C. van der Hoeven-Meyer]
[2 april 1882 Brief van J. Manuel Engelbrecht aan V. Bruinsma]
[2 april 1882 Artikel en ingezonden brief van W.B. Bergsma in het Algemeen Handelsblad]
[2 april 1882 Briefkaart van J. de Vonk aan V. Bruinsma]
[2 april 1882 Artikel in De Amsterdammer]
[2 april 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[april 1882 Herinnering van V. Bruinsma]
[3 april 1882 Briefkaart van J. Buist aan V. Bruinsma]
[3 april 1882 Briefkaart van G.P. Rouffaer aan V. Bruinsma]
[3 april 1882 Brief van J. Nieuwenhuis aan F. van der Goes]
[3 april 1882 Brief van H.C. de Wolff aan F. van der Goes]
[april 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[4 april 1882 Brief van E. Douwes Dekker Pzn. aan F. van der Goes]
[4 april 1882 Briefkaart van M.J. de Witt Hamer aan F. van der Goes]
[4 april 1882 Brief van Haagse sub-comité aan hoofdcomité Huldeblijk]
[4 april 1882 Briefkaart van J. Versluys aan F. van der Goes]
[4 april 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[4 april 1882 Brief van A.A. van Elk aan V. Bruinsma]
[5 april 1882 Ingezonden Stuk van J. Versluys in het Algemeen Handelsblad]
[5 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in De Tijd]
[6 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in De Maasbode]
[6 april 1882 Brief van J. de Meester aan F. van der Goes]
[6 april 1882 Brief van M. Lamberts aan V. Bruinsma]
[6 april 1882 Advertentie huldeblijk in het Algemeen Handelsblad]
[6 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in de Stichtsche Crt.]
[6 april 1882 Briefkaart van Multatuli aan W.A. Paap]
[7 april 1882 Briefkaart van L. aan V. Bruinsma]
[7 april 1882 Brief van J. Manuel Engelbrecht aan V. Bruinsma]
[7 april 1882 Brief van J.W.E. Duitz aan V. Bruinsma]
[7 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in het Rotterdamsch Nieuwsblad]
[7 april 1882 Koncept-brief van A.D. de Vries aan J.P. Amersfoort]
[8 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in De Portefeuille]
[8 april 1882 Brief van C. van Deventer aan F. van der Goes]
[8 april 1882 Brief van H.C. de Wolff aan F. van der Goes]
[8 april 1882 Brief van J.P. Amersfoort aan A.D. de Vries]
[8 april 1882 Brief van A.C. Kruseman aan A.D. de Vries]
[8 april 1882 Ingekomen gelden huldeblijk in Recht voor allen]
[8 april 1882 Artikel in Uilenspiegel]
[9 april 1882 Briefkaart van D.J. Korteweg aan A.S. Kok]
[9 april 1882 Artikel in De Amsterdammer]
[9 april 1882 Briefkaart van E. Douwes Dekker Pzn. aan F. van der Goes]
[9 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in de Delftsche Crt.]
[9 april 1882 Ingezonden Brief P.F. Abell in De Amsterdammer]
[9 april 1882 Ingezonden Brief De Bree in De Amsterdammer]
[10 april 1882 Briefkaart van A.S. Kok aan D.J. Korteweg]
[11 april 1882 Briefkaart van G.L. Funke aan F. van der Goes]
[11 april 1882 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]
[12 april 1882 Vertrouwelijke circulaire aan ondertekenaars]
[Bijlage: Gedrukt inschrijvingsbiljet]
[12 april 1882 Brief van Multatuli en Mimi aan G.L. Funke]
[13 april 1882 Brief van J.M. Haspels aan J. Versluys]
[14 april 1882 Briefkaart van J.M. Haspels aan F. van der Goes]
[14 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in de Prov. en Utrechtsche Crt.]
[14 april 1882 Artikel in de Soerabaya Crt.]
[15 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in de Kerkelijke Crt.]
[15 april 1882 Ingekomen gelden huldeblijk in Recht voor allen]
[15 april 1882 Brief van P.F. Abell aan F. van der Goes]
[april 1882 Brief van T. Bokma aan V. Bruinsma]
[16 april 1882 Ingezonden Stuk J.A. van den Broek en redaktioneel kommentaar in de Delftsche Crt.]
[17 april 1882 Brief van Multatuli aan V. Bruinsma]
[17 april 1882 Brief van Mimi aan G.L. Funke]
[18 april 1882 Brief van L. van Hulst aan F. van der Goes]
[18 april 1882 Briefkaart van D.J. Korteweg aan P.A. Tiele]
[18 april 1882 Brief van J.J. de Vries aan V. Bruinsma]
[18 april 1882 Briefkaart van J.W. van Wijhe aan V. Bruinsma]
[19 april 1882 Brief van G.L. Funke aan Mimi]
[20 april 1882 Brief van A.J. Duymaer van Twist aan W.B. Bergsma]
[20 april 1882 Briefkaart van C.A. Lobry de Bruijn aan V. Bruinsma]
[20 april 1882 Brief van Mimi aan G.L. Funke]
[22 april 1882 Briefkaart van H.C. de Wolff aan F. van der Goes]
[22 april 1882 Artikel van P.A. Daum inzake huldeblijk in De Locomotief]
[22 april 1882 Brief van J.J. de Vries aan V. Bruinsma]
[22 april 1882 Ingekomen gelden huldeblijk in Recht voor allen]
[22 april 1882 Ingezonden Stuk J. de Meester in De Portefeuille]
[23 april 1882 Ingezonden Brief van H.C. de Wolff in De Amsterdammer]
[23 april 1882 Brief van F.S. Vening aan V. Bruinsma]
[24 april 1882 Artikel inzake huldeblijk in de Soerabaya Crt.]
[25 april 1882 Brief van A.W. Tresling aan V. Bruinsma]
[26 april 1882 Brief van N.P. van den Berg aan D.J. Korteweg]
[26 april 1882 Ingezonden Stuk en berichten in de Soerabaya Crt.]
[27 april 1882 Briefkaart van W.A. Paap aan F. van der Goes]
[27 april 1882 Brief van Mimi aan W.A. Paap]
[28 april 1882 Brief van P. van der Zee aan D.J. Korteweg]
[29 april 1882 Ingekomen gelden huldeblijk in Recht voor allen]
[29 april 1882 Briefkaart van Mimi aan J. Waltman Jr.]
[30 april 1882 Brief van R.J.A. Kallenberg van den Bosch aan A.S. Kok]
[1 mei 1882 Brief van P. van der Zee aan D.J. Korteweg]
[mei 1882 Brief van H. Oosterling aan V. Bruinsma]
[1 mei 1882 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[6 mei 1882 Ingekomen gelden huldeblijk in Recht voor allen]
[6 mei 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[7 mei 1882 Briefkaart van S.J. Bouberg Wilson aan G.H. van Soest]
[7 mei 1882 Briefkaart van W. Paap aan F. van der Goes]
[7 mei 1882 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[7 mei 1882 Briefkaart van W.A. Paap aan A.S. Kok]
[8 mei 1882 Artikel in de Soerabaya Crt.]
[9 mei 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma (?)]
[9 mei 1882 Verschijning 2e dr. Nog eens vrye arbeid]
[9 mei 1882 Brief van J.M. Rosskopf aan D.J. Korteweg]
[11 mei 1882 Brief van Germania aan D.J. Korteweg]
[12 mei 1882 Artikel van P. Brooshooft in de Soerabaya Crt.]
[12 mei 1882 Brief van D.J. Korteweg aan P.A. Tiele]
[Bijlage: Voorbedrukte kwitantie]
[12 mei 1882 Ingevulde kwitanties]
[13 mei 1882 Brief van J. Versluys aan P.A. Tiele(?)]
[13 mei 1882 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[14 mei 1882 Brief van P. Brooshooft aan D.J. Korteweg]
[14 mei 1882 Koncept-brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[15 mei 1882 Artikel inzake huldeblijk in De Locomotief]
[16 mei 1882 Artikel inzake huldeblijk in De Locomotief]
[16 mei 1882 Brief van M. Lamberts aan V. Bruinsma]
[17 mei 1882 Brief van G.C. de Haas-Hanau aan een intekenares huldeblijk]
[18 mei 1882 Briefkaart van J. Versluys aan F. van der Goes]
[20 mei 1882 Bericht in De Locomotief]
[20 mei 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[20 mei 1882 Artikel van T.H. de Beer in De Portefeuille]
[mei 1882 Berekening P.A. Tiele huldeblijk-gelden]
[mei 1882 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[23 mei 1882 Briefkaart van D.J. Korteweg aan P.A. Tiele]
[24 mei 1882 Brief van D. de Lange aan D.J. Korteweg]
[26 mei 1882 Brief van S. de Jager aan P.A. Tiele]
[26 mei 1882 Ingevulde kwitantie]
[31 mei 1882 Brief van J. Versluys aan J.A. Roessingh van Iterson]
[31 mei 1882 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[juni 1882 Bespreking 5e dr. Max Havelaar in Het Leeskabinet]
[2 juni 1882 Ingezonden Stuk met antwoord in de Soerabaya Crt.]
[4 juni 1882 Intekenlijst uit Suriname inzake huldeblijk]
[5 juni 1882 Brief van G.A.G.P. Diest Lorgion-van Hoëvell en dochter aan Multatuli]
[7 juni 1882 Briefkaart van J. Versluys aan F. van der Goes]
[8 juni 1882 Twee reçubewijzen overboeking P.A. Tiele]
[8 juni 1882 Brief van P. Brooshooft aan D.J. Korteweg]
[15 juni 1882 Briefkaart van Multatuli aan J.M. Haspels]
[16 juni 1882 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[18 juni 1882 Brief van H.C. Muller aan V. Bruinsma]
[20 juni 1882 Brief van J.W.E. Duitz aan V. Bruinsma]
[20 juni 1882 Brief van D.J. Korteweg aan F. van der Goes]
[22 juni 1882 Polis op het leven van Multatuli]
[24 juni 1882 Brief van Multatuli aan J. Versluys]
[27 juni 1882 Ingekomen gelden huldeblijk in Recht voor allen]
[juni 1882 Brief van H. Oosterling aan V. Bruinsma]
[1 juli 1882 Brief Germania aan D.J. Korteweg en J. Versluys]
[2 juli 1882 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[3 juli 1882 Ingekomen gelden huldeblijk in Recht voor allen]
[4 juli 1882 Brief van J.M. Haspels aan G.C. de Haas-Hanau]
[7 juli 1882 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[9 juli 1882 Uittreksel notulen De Dageraad]
[14 juli 1882 Polis op het leven van Mimi]
[juli 1882 Brief van H. Oosterling aan V. Bruinsma]
[18 juli 1882 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[18 juli 1882 Brief Germania aan D.J. Korteweg en J. Versluys]
[19 juli 1882 Brief van D.J. Korteweg aan P. Brooshooft]
[juli 1882 Brief van Mimi aan Marie Anderson]
[21 juli 1882 Brief met bijlage van G. Luttenberg aan D.J. Korteweg en J. Versluys]
[22 juli 1882 Ingekomen gelden huldeblijk in Recht voor allen]
[juli 1882 Brief van J. en M. Versluys aan V. en H. Bruinsma]
[24 juli 1882 Brief van H. Oosterling aan V. Bruinsma]
[24 juli 1882 Bericht opbrengst huldeblijk in het Algemeen Handelsblad]
[24 juli 1882 Brief van P.F. Abell aan V. Bruinsma]
[25 juli 1882 Brief van Multatuli aan een neef]
[28 juli 1882 Brief van S.E.W. Roorda van Eysinga aan Multatuli]
[juli 1882 Artikel van J.G. ten Bokkel in De Dageraad]
[juli 1882 Bijzondere bepalingen inzake polissen]
[5 augustus 1882 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[13 augustus 1882 Briefkaart van Multatuli aan E. Douwes Dekker]
[17 augustus 1882 Brief van Mimi en Multatuli aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[20 augustus 1882 Briefkaart van A.C. Wertheim aan F. van der Goes]
[augustus 1882 Brief van Multatuli aan A.C. Wertheim]
[27 augustus 1882 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[augustus 1882 Beschouwing over Minnebrieven in De Dageraad]
[2 september 1882 Brief van J.W.E. Duitz aan V. Bruinsma]
[4 september 1882 Briefkaart van J. Versluys aan F. van der Goes]
[september 1882 Brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[8 september 1882 Brief van J.C. de Vos aan D.J. Korteweg]
[8 september 1882 Telegram van W.A. Paap aan comité-Huldeblijk]
[9 september 1882 Brief van D.J. Korteweg aan J.C. de Vos]
[12 september 1882 Briefkaart van J. Versluys aan F. van der Goes]
[20 september 1882 Brief van J.A. Roessingh van Iterson aan D.J. Korteweg]
[21 september 1882 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[september 1882 Brief van Multatuli aan H.C. de Wolff]
[24 september 1882 Brief van J.K. Anschütz aan V. Bruinsma]
[24 september 1882 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[24 september 1882 Briefkaart van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[24 september 1882 Briefkaart van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[september 1882 Aantekeningen D.J. Korteweg]
[26 september 1882 Brief van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[27 september 1882 Brief van D.J. Korteweg aan F. van der Goes]
[27 september 1882 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[27 september 1882 Kladbrief van D.J. Korteweg aan Multatuli]
[27 september 1882 Verslag van D.J. Korteweg]
[29 september 1882 (Koncept-)brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[29 september 1882 Brief van J.C. de Vos aan D.J. Korteweg]
[29 september 1882 Briefkaart van G.L. Funke aan Multatuli]
[30 september 1882 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[30 september 1882 Brief van Multatuli aan C. Vosmaer]
[30 september 1882 Brief van J. Versluys aan D.J. Korteweg]
[1 oktober 1882 Kladbrief van D.J. Korteweg aan J.C. de Vos]
[1 oktober 1882 Kladbrief van D.J. Korteweg aan Multatuli]
[6 oktober 1882 Kwitantie voor D.J. Korteweg]
[6 oktober 1882 Briefkaart van Multatuli aan V. Bruinsma]
[7 oktober 1882 Brief van Multatuli aan H.C. Muller]
[7 oktober 1882 Brief van D.J. Korteweg aan Multatuli]
[8 oktober 1882 Briefkaart van Multatuli aan J.H. de Haas]
[8 oktober 1882 Gedrukte mededeling H.C. Muller]
[9 oktober 1882 Brief van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[9 oktober 1882 Brief van J.W.E. Duitz aan V. Bruinsma]
[9 oktober 1882 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[10 oktober 1882 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[11 oktober 1882 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[12 oktober 1882 Brief van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[12 oktober 1882 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[12 oktober 1882 Overlijdensadvertentie Jan Singer]
[14 oktober 1882 Brief van Multatuli aan N. Braunius Oeberius]
[16 oktober 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[oktober 1882 Gedicht van Multatuli in poëzie-album Lientje de Haas]
[18 oktober 1882 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[19 oktober 1882 Brief van N. Braunius Oeberius aan V. en H. Bruinsma]
[20 oktober 1882 Twee kwitanties inzake polissen]
[21 oktober 1882 Brief van V. Bruinsma aan N. Braunius Oeberius]
[21 oktober 1882 Brief van Multatuli aan Lina de Haas]
[21 oktober 1882 Brief van J.W.E. Duitz aan V. Bruinsma]
[21 oktober 1882 Briefkaart van Multatuli aan J.J.A. Goeverneur]
[22 oktober 1882 Beschikking D.J. Korteweg en J. Versluys inzake polissen]
[23 oktober 1882 Brief van Multatuli aan J.F. Snelleman]
[23 oktober 1882 Brief van Mimi aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[23 oktober 1882 M.J. de Witt Hamer betaalt Tandem-bijdrage]
[25 oktober 1882 Briefkaart van G. Heymans aan V. Bruinsma]
[25 oktober 1882 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[27 oktober 1882 Brief van Multatuli aan M.J. de Witt Hamer]
[27 oktober 1882 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[27 oktober 1882 Briefkaart van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[29 oktober 1882 Brief van N. Braunius Oeberius aan V. Bruinsma]
[8 november 1882 Brief van G. Heymans van V. Bruinsma]
[8 november 1882 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[8 november 1882 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[9 november 1882 Brief van Multatuli aan G.J.P. de la Valette]
[11 november 1882 Brief van J.F. Snelleman aan Multatuli]
[12 november 1882 Ingezonden Brief met reaktie F. v.d. Goes in De Amsterdammer]
[14 november 1882 Brief van J. Eekhof aan F. van der Goes]
[15 november 1882 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[25 november 1882 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[26 november 1882 Koncept-brief van D.J. Korteweg aan Multatuli]
[26 november 1882 Album deelnemers huldeblijk]
[26 november 1882 Brief van Mimi aan Wouter]
[27 november 1882 Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenbergh van den Bosch]
[28 november 1882 Verslag voordracht H.C. Muller in Het Nieuws van den Dag]
[29 november 1882 Briefkaart van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[30 november 1882 Briefkaart van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[4 december 1882 Brief van Multatuli aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[13 december 1882 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[16 december 1882 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[december 1882 Aantekeningen in het Memoriaal]
[17 december 1882 Brief van Multatuli aan H. de Vries]
[19 december 1882 Koncept-brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[21 december 1882 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[21 december 1882 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[23 december 1882 Artikel over voordracht H.C. Muller in De Vrijheid]
[23 december 1882 Brief van J.M. Haspels aan G.C. de Haas-Hanau]
[24 december 1882 Brief van Multatuli aan H. Hemkes Kz.]
[december 1882 Brochure van H.C. Muller verschijnt]
[28 december 1882 Brief van G.C. de Haas-Hanau aan H.C. Muller]
[31 december 1882 Brief van J.M. Haspels aan G.C. de Haas-Hanau]
[11 januari 1883 Brief van Multatuli aan C. Vosmaer]
[12 januari 1883 Briefkaart van Multatuli van V. Bruinsma]
[12 januari 1883 Brief van Multatuli aan H. de Vries]
[januari 1883 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[16 januari 1883 Brief van G.J.P. de la Valette aan Multatuli]
[22 januari 1883 Brief van J.H. Anschütz aan V. Bruinsma]
[30 januari 1883 A.K. von Gugel overlijdt]
[januari 1883 Artikel van J. Hobbel in De Dageraad]
[januari 1883 Notitie van P. Westra]
[1 februari 1883 Brief van A. Arnould aan Mimi]
[3 februari 1883 Brief van Multatuli aan E. Bernhold]
[4 februari 1883 Brief van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[5 februari 1883 Brief van E. Bernhold aan Multatuli]
[februari 1883 Artikel van P. Westra in De Dageraad]
[februari 1883 Antwoord van H.C. Muller in De Dageraad]
[februari 1883 Dupliek van P. Westra in De Dageraad]
[12 februari 1883 Brief van Multatuli aan H. de Vries]
[19 februari 1883 Brief van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[19 februari 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas]
[19 februari 1883 Briefkaart van Multatuli aan J.H. de Haas]
[23 februari 1883 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[26 februari 1883 Briefkaart van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau.]
[maart 1883 Artikel van C.B. Spruyt in De Tijdspiegel]
[2 maart 1883 Verjaarsgroet uit Rotterdam]
[8 maart 1883 Briefkaart van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[11 maart 1883 Brief van S.E.W. Roorda van Eysinga aan Multatuli]
[11 maart 1883 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[13 maart 1883 Brief van F. Domela Nieuwenhuis aan Multatuli]
[17 maart 1883 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[4 april 1883 Brief van Multatuli aan H. de Vries]
[6 april 1883 Briefkaart van Multatuli aan J.M. Haspels]
[8 april 1883 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[11 april 1883 Brief van G.P. Rouffaer aan Multatuli]
[14 april 1883 Brief van Multatuli aan C. Vosmaer]
[22 april 1883 Dagboekaantekeningen mevr. A.C.C.G. Vosmaer]
[22 april 1883 Dagboekaantekeningen C. Vosmaer]
[23 april 1883 C. Vosmaer tekent Mimi en Wouter]
[april 1883 Koncept-brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[25 april 1883 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[29 april 1883 Briefkaart van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[april 1883 Redaktioneel kommentaar in De Dageraad]
[1 mei 1883 Brief van Multatuli aan T.H. de Beer]
[3 mei 1883 Ingezonden tekst van Multatuli t.b.v. J.L. Wertheim]
[mei 1883 Twee fragmenten uit brieven van Multatuli aan een of meer onbekenden]
[6 mei 1883 Brief van Multatuli aan N. Braunius Oeberius]
[6 mei 1883 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[8 mei 1883 Brief van Mimi aan W.A. Paap]
[12 mei 1883 Brief van Multatuli aan A. Merens]
[mei 1883 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[20 mei 1883 Briefkaart van Multatuli aan H. de Vries]
[23 mei 1883 Brief van T.H. de Beer aan Multatuli]
[29 mei 1883 Verschijning Een onkruidzaaier van H.M. van Andel]
[10 juni 1883 Artikel over Een onkruidzaaier in De Amsterdammer]
[31 mei 1883 Brief van Multatuli aan N. Braunius Oeberius]
[juni 1883 Redaktioneel kommentaar in De Dageraad]
[2 juni 1883 Brief van G.P. Rouffaer aan Multatuli]
[juni 1883 Brief van Multatuli aan H. de Vries]
[12 juni 1883 Briefkaart van Multatuli aan T.H. de Beer]
[18 juni 1883 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[19 juni 1883 Brief van Multatuli aan H. de Vries]
[21 juni 1883 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[22 juni 1883 Brief van Multatuli en Wouter aan G.C. de Haas-Hanau]
[8 juli 1883 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]
[10 juli 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[12 juli 1883 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]
[13 juli 1883 Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenberg van den Bosch]
[15 juli 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[18 juli 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[19 juli 1883 Brief van Multatuli en Mimi aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[19 juli 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas]
[20 juli 1883 Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenberg van den Bosch]
[20 juli 1883 Briefkaart van Multatuli aan J.H. de Haas]
[22 juli 1883 Brief van G.P. Rouffaer aan Multatuli]
[22 juli 1883 Briefkaart van Multatuli aan J.H. de Haas]
[23 juli 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[25 juli 1883 Brief van Multatuli aan J.B.H. Bremer en C. Bremer Snelleman]
[26 juli 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[30 juli 1883 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[juli 1883 Aantekeningen in het Memoriaal]
[6 augustus 1883 Brief van Multatuli aan P.A. Tiele]
[6 augustus 1883 Brief van Mimi aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[7 augustus 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[7 augustus 1883 Brief van Multatuli aan H.C. Muller]
[7 augustus 1883 Brief van Multatuli aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[8 augustus 1883 Brief van Multatuli aan C. Vosmaer]
[11 augustus 1883 Brief van Multatuli aan A.D. Baron van Verschuer]
[11 augustus 1883 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[11 augustus 1883 Brief van Multatuli aan J.F. Snelleman en J.H. Dupont]
[12 augustus 1883 Bespreking van Een onkruidzaaier in De Amsterdammer]
[12 augustus 1883 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[14 augustus 1883 Brief van Multatuli aan C. Vosmaer]
[16 augustus 1883 Brief van A. van Daehne van Varick aan Multatuli]
[18 augustus 1883 Brief van Multatuli aan H.C. Muller]
[19 augustus 1883 Brief van C.H. de Jong aan Multatuli]
[21 augustus 1883 Brief van Multatuli aan J.G. Robbers]
[22 augustus 1883 Brief van Multatuli aan H.C. Muller]
[24 augustus 1883 Brief van C.H. de Jong aan Multatuli]
[25 augustus 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas]
[26 augustus 1883 Advertentie Multatuliana in het Algemeen Handelsblad]
[26 augustus 1883 Brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[26 augustus 1883 Bericht Multatuliana in de Nieuwe Rotterdamsche Crt.]
[27 augustus 1883 Brief van Multatuli aan H.C. Muller]
[28 augustus 1883 Briefkaart van A. van Daehne van Varick aan Multatuli]
[30 augustus 1883 Advertentie Multatuliana in het Algemeen Handelsblad]
[30 augustus 1883 Brief van Multatuli aan C. Vosmaer]
[30 augustus 1883 Brief van Multatuli aan A.J.F. Clant van der Myll-Piepers]
[1 september 1883 Brief van P.A. Tiele aan Multatuli]
[11 september 1883 Brief van A. van Daehne van Varick aan Multatuli]
[11 september 1883 Brief van Mimi aan mevr. C. Bremer-Snelleman]
[13 september 1883 Briefkaart van A. van Daehne van Varick aan Multatuli]
[13 september 1883 Brief van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[18 september 1883 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas]
[18 september 1883 Brief van Multatuli aan H.C. Muller]
[21 september 1883 Briefkaart aan J.H. de Haas]
[22 september 1883 Uitgave van Kraketau]
[24 september 1883 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[28 september 1883 Brief van Multatuli aan A. Douwes Dekker]
[30 september 1883 Brief van A. van Daehne van Varick aan Multatuli]
[26 oktober 1883 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[28 oktober 1883 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]
[30 oktober 1883 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[13 november 1883 Briefkaart van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[16 november 1883 Brief van Multatuli aan J. Zürcher]
[24 november 1883 Artikel van F. Domela Nieuwenhuis in Recht voor allen]
[25 november 1883 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[11 december 1883 Verzending van een boek naar Multatuli]
[11 december 1883 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[16 december 1883 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[20 december 1883 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[2 juni 1882
Ingezonden Stuk met antwoord in de Soerabaya Crt.]
2 juni 1882
Ingezonden Stuk met antwoord van redakteur P. Brooshooft in de Soerabaya Courant, no. 127. (K.B. 's-Gravenhage; fotokopie M.M.) Fragmenten.
Een schermslag in de lucht.
[*]
Deze titel is door mij gesteld. Het stuk van den heer D. ontving ik reeds verscheiden dagen geleden, doch ik wenschte het niet te plaatsen zonder mijn antwoord, en voor het schrijven daarvan had ik tot heden geene gelegenheid.
Pébé.
Waarde Redacteur,
In uwe Courant van den 12 dezer No. 111, komt als hoofdartikel een stuk voor: ‘Denken en handelen’ van uwe hand en waarvan, als ik het namelijk goed begrepen heb, - en dat is voor iemand zooals ik, die rekruut ben in de physiologie, niet zoo geheel gemakkelijk, - de strekking is, al het goede wat in Multatuli, alias Douwes Dekker, is, te releveeren, en het booze, het minder goede, in een woord, zijne ondeugden en slechte eigenschappen, weg te cijferen.
Die theorie kwam mij wat vreemd voor; ik meende dat het minder goede, wat in iemand is, wel eens een weinig wordt over het hoofd gezien bij mannen, die overigens boven hunne medemenschen uitmunten in wetenschappelijke kennis en geleerdheid of andere, den mensch verheffende, eigenschappen en hoedanigheden; ik zeg, ik zoo meende, maar nooit had ik er aan gedacht, die afwijkingen ten kwade moesten gezocht worden, bij groote mannen, in de bijzondere constructie der groote en kleine hersenen. En daarin toch worden ze door u gezocht, als ik goed gelezen heb. Aangezien ik die physiologische beschouwingen en gevolgtrekkingen niet goed begreep, ze zijn me te hoog, maar ook vooral omdat de ‘Multatuli zaak’, volgens u, meer de zaak is van ‘'t jonge dan van 't oude Nederland’, en ik als oudgast, maar ook in vele mijner denkwijzen, tot 't oude Nederland behoor, heb ik over die zaak van gedachten gewisseld met een der zeer ontwikkelde zonen van 't jonge Nederland, op wiens opinie ik zeer hoogen prijs stel, en van wien ik, in substantie, het navolgende antwoord, als zijne meening, ontving, eene meening, die vrij wel met de mijne overeenkomt en ik daardoor ook wel als de mijne zou kunnen teruggeven. Ik vond dat echter niet goed, en beter het ‘jonge Nederland’ zelf te laten spreken als volgt: ‘Dat stuk van Pébé, over Multatuli, vond ik nog al overdreven en ver gezocht; der langen Rede kurzer Sinn [1.] der langen Rede kurzer Sinn: in het kort komt het lange verhaal hierop neer (du.) is eigenlijk, dat men 's mans slechte eigenschappen over het hoofd moet zien, omdat zij het uitvloeisel zijn van het maaksel zijner hersenen. Maar zijne goede hoedanigheden dan? Die zijn volgens dezelfde redenering evenzeer het gevolg van zijn bouw. Wat blijft er dan van een groot man over? Dan zijn alle daden en handelingen volstrekte toevalligheden of liever het noodwendig gevolg van zijne constructie. Mogelijk is het waar, maar het is niet handig om dat aan te grijpen tot vergoelijking van iemands verkeerdheden. Men doet het bij de crimineele rechtspleging en is daar tot het resultaat gekomen, dat moordlust en dergelijke excessen gewoonlijk gepaard gaan met abnormalen hersenbouw; dergelijke menschen zijn dan niet toerekenbaar. Ik hoop echter, dat dit met Multatuli het geval niet zal zijn.’
Tot zoo verre het ‘jonge Nederland’, maar dat, zooals u ziet, vrij wel met het ‘oude Nederland’ overeenkomt. Of dat nu van beide kanten toe te schrijven is aan een minder helder inzicht in de zaak, of gebrek aan degelijke technische kennis, kan ik, althans wat mij zelven betreft, moeijelijk toelichten, maar voor het ‘jonge Nederland’ waarde Redacteur, sta ik in.
Ik geloof verder met vertrouwen te mogen zeggen, uw streven, dat, hiervan ben ik innig overtuigd, uit zuivere waardeering en bewondering van Uwen held voortspruit, weinig resultaten hebben zal. Voor de bewonderaars van Multatuli toch was Uw geleerd vertoog niet noodig, terwijl zij, in wier smaak de Heer Douwes Dekker niet valt, en onder welk getal ik behoor - zonder te willen betwisten, hij een groot man is - door Uwe zielkundige beschouwingen niet tot andere gedachten zullen gebracht zijn. Het tegendeel is wáár, want juist door Uw streven, hem - Multatuli - vrij te pleiten, zijn 's mans vele slechte hoedanigheden meer op den voorgrond gesteld en is daardoor de zaak, die U zoo krachtig voorstaat, en waarvoor U ongetwijfeld zeer veel moeite deed, meer benadeeld dan ze haar bevorderlijk zijn kan; - dat altans is mijne meening.
Ik twijfel niet of U zal het vorenstaande wel een plaatsje in Uwe Courant gunnen, waarmede U zal verplichten
A.J. Diepenbroek.
Geachte Heer Diepenbroek!
In uw schrijven vind ik eene eigenaardigheid, die mij ook dikwijls in gesprekken heeft getroffen. Men zegt dan: ik heb wel geen kennis van hetgeen gij bespreekt, maar toch meen ik...’ etc;’ of wel: ‘uwe redeneering is mij te geleerd, ik begrijp haar niet, maar niettemin wil ik u opmerken... enz.’
Zoo ook U: ‘als ik het namelijk goed begrepen heb - en dat is voor iemand zooals ik, die een rekruut ben in de physiologie, niet zoo heel gemakkelijk’...; ‘aangezien ik die physiologische beschouwingen en gevolgtrekkingen niet goed begrijp, ze zijn mij te hoog...,’; tot zoover het jonge Nederland, maar dat, zooals u ziet, vrij wel met het oude Nederland overeen komt. Of dat nu van beide kanten toe te schrijven is aan een minder helder inzicht in de zaak, of gebrek aan degelijke technische kennis, kan ik, althans wat mij betreft, moeilijk toelichten.’
Op deze wijze, geachte Heer, besteedt U een groot gedeelte van Uw schrijven om mij te overtuigen, dat U van de physiologie niet op de hoogte zijt. Mag ik dan vragen, op welke bevoegheid U zich kunt beroepen, om mijn zuiver physiologisch artikel te bestrijden?
Uw vriend, de zeer ontwikkelde zoon van het jonge Nederland, blijkt in hetzelfde geval te verkeeren. Zijne woorden: ‘der langen Rede kurzer Sinn [1.] der langen Rede kurzer Sinn: in het kort komt het lange verhaal hierop neer (du.) is eigenlijk, dat men 's mans (nl. Multatuli's) slechte eigenschappen over het hoofd moet zien, omdat zij het uitvloeisel zijn van het maaksel zijner hersenen’ - die woorden bewijzen dat uw bolleboos uit het jonge Nederland althans van de zaak, waarover hier gehandeld wordt, niet de minste notie heeft. Wel verre, dat ik zou hebben getracht, Multatuli's slechte eigenschappen over het hoofd te doen zien, heb ik ze voorop gesteld, en daarna trachten te verklaren. Maar laat ik, vóór wij verder gaan, Multatuli achter de schermen verwijzen, en op het tooneel roepen den eenigen akteur, die hier zijn rol moet vervullen: den Mensch. Want ook hieruit blijkt weder Uw verkeerd begrip, en dat van uwen knappen jong Nederlander, dat Multatuli, en zoogenaamde groote mannen, aan andere physiologische wetten zouden onderworpen zijn dan de overige menschen. ‘Nooit had ik er aan gedacht - zoo schrijft u - die afwijkingen ten kwade moesten gezocht worden, bij groote mannen, in de bijzondere constructie der groote en kleine hersenen’. En later vraagt de leepe Jong Hollander, met meer verwondering dan van zulk een knap jongmensch te verwachten was: ‘Wat blijft er dan van een groot man over?
De ‘groote man’ zij van dit oogenblik af buiten 't spel gelaten. Ik koos Multatuli tot voorbeeld, wijl de zaak van het fonds de aandacht op nieuw op hem vestigde, en hij, als uitstekend in al zijne handelingen, een uitnemend specimen aanbood voor het onderzoek. Daaruit echter te besluiten, dat ik onder Multatuli's hersenpan een ander raderwerk zou willen inschuiven dan onder die van gewone menschen, zou ook dan reeds misplaatst zijn geweest, indien ik niet met zoovele woorden had gezegd: ‘Wij allen handelen onafgebroken in afwijking van hetgeen wij als beginsel belijden’; en aan het slot. Wie, na deze verklaring harer zeer natuurlijke oorzaken, bij zijne ergernis over Multatuli's beweerde inconsequentie wil volharden, dien staat het vrij. Maar wel bedenke hij, (dat is die: ‘wie’) dat hetzelfde proces, met dezelfde resultaten, werkzaam is in zijn eigen persoon en in ons allen.
Ook bij mijne geheele physiologische uiteenzetting spreek ik van den mensch in 't algemeen, en laat Multatuli slechts nu en dan optreden als verduidelijkend voorbeeld. (....) Daar wil men echter niet aan. Wij staan in bewondering voor gindschen sierlijken boom-tak; wij vinden het vogeltje, dat daar boven ons hoofd in de lucht zweeft, zoo lief; maar zoodra de tak ons, op onze wandeling (liefst door onze eigene schuld) de wang zweept, of het vogeltje een punt bij zijne spijs-verteering zet op ons hoofd, klinkt het onmiddellijk: ‘die vervloekte tak... die smerige vogel!’ Zoo hebben wij alleen lof en lievigheden over voor hen, die ons niets in den weg leggen. Zij, die ons hinderen door hunne waarheidsliefde of iets anders - zij zijn verdoemelingen. Op hun hoofd moet de gansche massa slechtheid geladen worden, die in het overig menschdom is opgehoopt.
Dat U uit mijn artikel niet hebt gelezen, hoe ik juist dat beoordeelen van Multatuli met anderen maatstaf dan de overige menschheid heb bestreden, bewijst mij, geachte Heer Diepenbroek, dat niet alleen physiologische kennis, maar die nog noodzakelijker voorwaarde van bestrijding zoowel U als Uwen Jongen Nederlander ontbrak, n.l. mijne redeneering behoorlijk te hebben gevolgd. (....) Doch hoe dit zij, ik, die de eer heb U persoonlijk te kennen, ben overtuigd, dat die rustige berusting in Uw karakter niet t'huis behoort.
Even zeker ben ik daarom, dat het bij U weleens een onderwerp van nadenken heeft uitgemaakt, waarom verstandige menschen dikwijls onverstandig, goede menschen dikwijls slecht handelen. Dat is een merkwaardig zielkundig raadsel. Waarom moet er plaats zijn voor dat vreemde verschijnsel van het berouw? Waarom zal ik, en U, en een ander, heden en morgen den weg volgen, die ons verstand ons aanwijst, om er overmorgen van af te wijken, en den dag daarna er berouw over te gevoelen, d.i. erkennen dat wij anders hadden moeten handelen dan wij gehandeld hebben, en twee dagen later toch weder verkeerd handelen, en zo blijven falen tot het einde onzes levens, terwijl wij toch steeds wisten hoe wij moesten doen om niet te falen?
Hij die zich dit zonderling zielespel wil verklaren, kan niet volstaan met algemeenheden. ‘De lusten des vleesches’ - met dit woord denkt men alles te hebben gezegd. Het behoeft geen betoog, dat het woord niets verklaart.
Waarom heeft dat vleesch die lusten? En tegen welk ander lichaamsdeel werken die lusten dan, dat, hoewel evenzeer tot ons vleesch behoorende, aan die lusten niet onderhevig is?
Ik heb getracht, daarvan eene verklaring te geven op zuiver physiologisch terrein. Het zal u bekend zijn, geachte Heer, dat voor de verklaring der zielkundige verschijnselen door sommigen een dualistisch, door anderen een monistisch standpunt wordt ingenomen. Het eerste erkent stof en geest; het laatste erkent slechts de stof. (....)
Welk nu mijn stelsel is, kan ik hier niet weder gaan uiteenzetten. Wat ik daarvan schreef - hetgeen, ik erken het, uit den aard der zaak (dagbladruimte etc.) zeer onvolledig moest zijn - kan men vinden in de door u geciteerde Soer. Courant van 12 Mei. In 't kort komt mijne overtuiging neêr op het volgende:
Dat het menschelijk lichaam, evenals alles wat wij waarnemen, bestaat uit natuurkracht (in vastgezetten vorm, mijnentwege stof te noemen);
dat eene kenmerkende eigenschap dier natuurkracht is, het zoeken naar bevrediging (baatzucht);
dat diezelfde natuurkracht (stof), in ontelbare vormen neergelegd, ook ontelbare trappen van ontwikkeling heeft doorloopen, om ten slotte in de groote hersenen van den mensch haar hoogsten tot heden bekenden graad van fijn en kunstig samenstel te bereiken;
dat wij nu echter, met iederen trap van fijnere ontwikkeling der natuurkracht, ook de wijze, waarop zij haren drang naar bevrediging tracht te voldoen, fijner ontwikkeld vinden;
dat deze fijnere ontwikkeling hierin is gelegen, dat niet maar ongezien het dichtst bijzijnd, later dikwijls oververzadiging, walging of berouw verwekkend, genot wordt aangenomen (zooals b.v. de plant vergiftig water zal opslurpen), maar al juister oordeel des onderscheids wordt getoond omtrent de plaats, waar de duurzame bevrediging is te vinden, zonder den terugslag van physiek of moreel zelfverwijt;
dat 's menschen groote hersenen, als zijnde de hoogste ontwikkelingsgraad der natuurkracht (stof), hem om die reden steeds den meer edelen weg zullen aanwijzen om zijne ingeschapen lust naar bevrediging te voldoen; (....)
dat aldus - om een voorbeeld te noemen - de zenuwen, het bloed, en welke andere lichaamsdeelen daarbij in werking zijn, iemand, dien men iets onaangenaams zegt, bevrediging zullen doen zoeken in drift of woede, waarop echter terstond de groote hersenen zullen waarschuwen, dat een driftige uitval de zaak niet zal uitmaken en derhalve slechts schijnbare bevrediging geven, duurzame bevrediging daarentegen te vinden zal zijn in bedaarde wederlegging;
dat, naarmate door overerving, opvoeding, omgeving etc. de groote hersenen meer of minder ontwikkeld zijn - de lusten, slechte aandriften, begeerten, kortom de stem van het overig vleesch daartegenover zwakker of sterker spreekt, het aantal keeren, waarin het goede dan wel het minder goede zal zegevieren, wordt bepaald;
dat, eindelijk, van dit standpunt volkomen wordt verklaard, hoe de mensch onverstandig kan handelen, in de volle wetenschap van hetgeen hij moet doen om verstandig te handelen, met al de accessoires van zelfstrijd, zelfbeheersching, berouw, wanhoop etc. - verschijnselen, die nu eenmaal niet weg te cijferen en anders geheel onbegrijpelijk zouden zijn. (....)
Houd mij dan ten goede, zoo uwe mededeeling, dat het ‘u te hoog gaat’, en die van uwen Jong Nederlander, dat hij ‘het overdreven en gezocht acht’, beide zonder eenige tegenverklaring van het physiologisch verschijnsel, op mij den indruk hebben gemaakt van een schermslag in de lucht.
Met de meeste hoogachting.
Uw dw. dien.
Pébé.