Multatuli.online

Volledige Werken. Deel 13. Brieven en dokumenten uit de jaren 1868-1869

Voorbericht

Nota

[2 mei 1868 Van den Rijn (XXI)]

[6 mei 1868 Van den Rijn (XXII)]

[8 mei 1868 Busken Huet vertrekt uit Nederland]

[9 mei 1868 Van den Rijn (XXIII)]

[10 mei 1868 Max Havelaar in het Frans]

[12 mei 1868 Van den Rijn (XXIV)]

[12 mei 1868 Brief van d'Ablaing aan Mej. Schepel]

[Bijlage Aantekening van d'Ablaing]

[13 mei 1868 Van den Rijn (XXV)]

[16 mei 1868 Van den Rijn (XXVI)]

[20 mei 1868 Van den Rijn (XXVII)]

[23 mei 1868 Van den Rijn (XXVIII)]

[27 mei 1868 Van den Rijn (XXIX)]

[30 mei 1868 Van den Rijn (XXX)]

[1 juni 1868 Brief van Kallenberg vd Bosch aan Potgieter]

[4 juni 1868 Van den Rijn (XXXI)]

[4 juni 1868 Brief van Tine aan Potgieter]

[juni 1868 Voorlezing van I. Esser Jr in Noord en Zuid]

[10 juni 1868 Van den Rijn (XXXII)]

[10 juni 1868 Tine int een wissel]

[11 juni 1868 Beschouwing in The Scotsman]

[13 juni 1868 Van den Rijn (XXXIII)]

[17 juni 1868 Van den Rijn (XXXIV)]

[18 juni 1868 Brief van Potgieter aan Busken Huet]

[19 juni 1868 Van den Rijn (XXXV)]

[24 juni 1868 Van den Rijn (XXXVI)]

[25 juni 1868 Van den Rijn (XXXVII)]

[29 juni 1868 Van den Rijn (XXXVIII)]

[30 juni 1868 Van den Rijn (XXXIX)]

[1 juli 1868 Van den Rijn (XL)]

[4 juli 1868 Van den Rijn (XLI)]

[7 juli 1868 Van den Rijn (XLII)]

[8 juli 1868 Van den Rijn (XLIII)]

[10 juli 1868 Van den Rijn (XLIV)]

[10 juli 1868 Brief van Kallenberg vd Bosch aan Potgieter]

[13 juli 1868 Tine int een wissel]

[13 juli 1868 Ingezonden Stuk in de Arnhemsche Courant]

[14 juli 1868 Van den Rijn (XLV)]

[15 juli 1868 Van den Rijn (XLVI)]

[15 juli 1868 Artikel in de Sneeker Courant]

[16 juli 1868 Van den Rijn (XLVII)]

[17 juli 1868 Brief van Multatuli aan Van Vloten]

[17 juli 1868 Van den Rijn (XLVIII)]

[18 juli 1868 Ingezonden Stuk van Multatuli in Sneeker Crt.]

[18 juli 1868 Van den Rijn (XLIX)]

[20 juli 1868 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[23 juli 1868 Van den Rijn (L)]

[24 juli 1868 Van den Rijn (LI)]

[25 juli 1868 Fragment Vorstenschool in Sneeker Courant]

[29 juli 1868 Van den Rijn (LII)]

[30 juli 1868 Brief van Potgieter aan Busken Huet]

[6 augustus 1868 Brief van Multatuli aan Tine]

[6 augustus 1868 Van den Rijn (LIII)]

[8 augustus 1868 Eerste nr. Tot Nut van den Javaan]

[8 augustus 1868 Beoordeling Max Havelaar in The Athenaeum]

[11 augustus 1868 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[11 augustus 1868 Van den Rijn (LIV)]

[14 augustus 1868 Van den Rijn (LV)]

[14 augustus 1868 Tine int een wissel]

[17 augustus 1868 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[18 augustus 1868 Van den Rijn (LVI)]

[22 augustus 1868 Van den Rijn (LVII)]

[25 augustus 1868 Brief van Tine aan Potgieter]

[25 augustus 1868 Jacob van Lennep overlijdt]

[26 augustus 1868 Van den Rijn (LVIII)]

[31 augustus 1868 Van den Rijn (LIX)]

[31 augustus 1868 Baron van Heeckeren tot Waliën overlijdt]

[31 augustus 1868 Tiende Taal- en Letterkundig Congres]

[3 september 1868 Congresverslag in de N.R.C.]

[8 september 1868 Van den Rijn (LX)]

[9 september 1868 Van den Rijn (LXI)]

[14 september 1868 Van den Rijn (LXII)]

[16 september 1868 Van den Rijn (LXIII)]

[16 september 1868 Brief van firma Enschedé aan Multatuli]

[16 september 1868 Brief van Potgieter aan Busken Huet]

[21 september 1868 Van den Rijn (LXIV)]

[22 september 1868 Advertentie voordracht Multatuli in Rotterdam]

[Bijlage Herinnering van W.L. Penning Jr.]

[22 september 1868 Tine int een wissel]

[24 september 1868 Verslag van Multatuli's voordracht]

[26 september 1868 Van den Rijn (LXV)]

[oktober 1868 Oproep van drie notabelen in Sneek]

[7 oktober 1868 Van den Rijn (LXVI)]

[10 oktober 1868 Van den Rijn (LXVII)]

[12 oktober 1868 Van den Rijn (LXVIII)]

[16 oktober 1868 Van den Rijn (LXIX)]

[16 oktober 1868 Missive van minister De Waal]

[17 oktober 1868 Bijeenkomst in De Wijnberg te Sneek]

[20 oktober 1868 Advertentie lezing Van Vloten in Delft]

[21 oktober 1868 Brief van Multatuli aan Vrije Studie]

[21 oktober 1868 Van den Rijn (LXX)]

[22 oktober 1868 Brief van firma Enschedé aan Multatuli]

[22 oktober 1868 Beoordeling Max Havelaar in Das Ausland]

[23 oktober 1868 Multatuli bij Van Vlotens lezing in Delft]

[24 oktober 1868 Van den Rijn (LXXI)]

[26 oktober 1868 Verslag lezing Van Vloten in N.R.C.]

[27 oktober 1868 Verslag lezing Van Vloten in Delftsche Crt.]

[29 oktober 1868 Van den Rijn (LXXII)]

[30 oktober 1868 Van den Rijn (LXXIII)]

[31 oktober 1868 Artikel in de Ned. Spectator]

[31 oktober 1868 Advertentie voordracht van Multatuli te Sneek]

[4 november 1868 Voordracht van Multatuli te Sneek]

[Bijlage Mededeling over een avond in Sneek]

[4 november 1868 Brief van Busken Huet aan Potgieter]

[5 november 1868 Van den Rijn (LXXIV)]

[5 november 1868 Artikel in Nieuwsblad voor den Boekhandel]

[6 november 1868 Van den Rijn (LXXV)]

[7 november 1868 Advertentie en voordracht in Groningen]

[7 november 1868 Brief van Tine aan Potgieter]

[8 november 1868 Brief van Multatuli aan Houwink]

[9 november 1868 Voordracht van Multatuli in Winschoten]

[9 november 1868 Twee berichten in de Friesche Courant]

[10 november 1868 Verslag in de Prov. Groninger Courant]

[11 november 1868 Beschouwing in de Sneeker Courant]

[12 november 1868 Brief van Multatuli aan Vrije Studie Delft]

[13 november 1868 Advertentie opvoering De Bruid daarboven]

[14 november 1868 Van den Rijn (LXXVI)]

[15 november 1868 Brief van Multatuli aan Braunius Oeberius]

[16 november 1868 Van den Rijn (LXXVII)]

[16 november 1868 Artikel in de Friesche Courant]

[17 november 1868 Van den Rijn (LXXVIII)]

[18 november 1868 Van den Rijn (LXXIX)]

[19 november 1868 Tine int een wissel]

[20 november 1868 Advertentie en lezing in Delft]

[23 november 1868 Verslag van Multatuli's lezing in N.R.C.]

[24 november 1868 Van den Rijn (LXXX)]

[24 november 1868 Verslag in Delftsche Courant]

[25 november 1868 Van den Rijn (LXXXI)]

[26 november 1868 Brief van firma Enschedé aan Multatuli]

[27 november 1868 Brief van Multatuli aan Houwink]

[28 november 1868 Telegram van Multatuli aan Houwink]

[28 november 1868 Brief van Multatuli aan Braunius Oeberius]

[28 november 1868 Advertentie in Sneeker Courant]

[30 november 1868 Brief van Multatuli aan Houwink]

[30 november 1868 Van den Rijn (LXXXII)]

[30 november 1868 Brief van Tine aan Potgieter]

[1 december 1868 Advertentie in Leeuwarder Courant]

[1 december 1868 Bericht in Provinciale Groninger Courant]

[2 december 1868 Multatuli spreekt in Joure]

[3 december 1868 Brief van Multatuli aan Braunius Oeberius]

[3 december 1868 Multatuli spreekt in Bolsward]

[3 december 1868 Brief van Tine aan Multatuli]

[4 december 1868 Multatuli spreekt in Heerenveen]

[4 december 1868 Advertentie in Provinciale Groninger Courant]

[4 december 1868 Advertenties in Leeuwarder Courant]

[6 december 1868 Multatuli spreekt in Sneek]

[7 december 1868 Brief van Multatuli aan Mimi]

[7 december 1868 Bericht in Friesche Courant]

[7 december 1868 Multatuli spreekt in Leeuwarden]

[7 december 1868 Intekenlijst te Sneek]

[7 december 1868 Brief van Tine aan Stéphanie]

[8 december 1868 Brief van Multatuli aan Mimi]

[8 december 1868 Brief van Multatuli aan Vening]

[8 december 1868 Advertentie in Provinciale Groninger Courant]

[10 december 1868 Multatuli spreekt in Groningen]

[10 december 1868 Verslag in Friesche Courant]

[10 december 1868 Verslag in Provinciale Friesche Courant]

[10 december 1868 Advertentie in Dragtster Courant]

[10 december 1868 Ingezonden Stuk in Dragtster Courant]

[11 december 1868 Multatuli spreekt in Drachten]

[11 december 1868 Verslag in Leeuwarder Courant]

[11 december 1868 Brief van Sietske Abrahamsz aan d'Ablaing]

[12 december 1868 Telegram van Multatuli aan mevrouw Houwink]

[12 december 1868 Verslag in Provinciale Groninger Courant]

[14 december 1868 Brief van Multatuli aan Houwink]

[14 december 1868 Multatuli spreekt in Gorredijk]

[15 december 1868 Advertentie in Leeuwarder Courant]

[17 december 1868 Ingezonden Stuk in Provinciale Friesche Courant]

[17 december 1868 Ingezonden Stuk in Dragtster Courant]

[18 december 1868 Multatuli spreekt in Arum]

[18 december 1868 Brief van Busken Huet aan Multatuli]

[22 december 1868 Brief van Multatuli in geheimschrift]

[Bijlagen Brief van H. Fennema, 1910, en briefje 1868]

[Bijlage Mededelingen over Rederijkerskamer Sneek]

[22 december 1868 Advertentie in Leeuwarder Courant]

[23 december 1868 Brief van Multatuli aan Tine]

[23 december 1868 Multatuli spreekt in Franeker]

[23 december 1868 Advertentie in Harlinger Courant]

[23 december 1868 Bericht in Harlinger Courant]

[23 december 1868 Advertentie in Sneeker Courant]

[24 december 1868 Brief van Multatuli aan Houwink]

[24 december 1868 Multatuli spreekt in Harlingen]

[27 december 1868 Brief van Multatuli aan Houwink]

[27 december 1868 Verslag in Franeker Nieuwsblad]

[27 december 1868 Vergadering van De Dageraad]

[28 december 1868 Brief van Multatuli aan Houwink]

[29 december 1868 Brief van Multatuli aan Tine]

[30 december 1868 Van den Rijn (LXXXIII)]

[december 1868 La prière de l'Athée]

[1 januari 1869 Edu wordt vijftien jaar]

[2 januari 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[2 januari 1869 Advertentie in de Zaanlandsche Courant]

[3 januari 1869 Vergadering van De Dageraad]

[4 januari 1869 Advertentie in de Arnhemsche Courant]

[7 januari 1869 Bericht in de Arnhemsche Courant]

[7 januari 1869 Advertentie in de Arnhemsche Courant]

[8 januari 1869 Multatuli spreekt in Arnhem]

[8 januari 1869 Van den Rijn (I)]

[10 januari 1869 Multatuli spreekt voor De Dageraad]

[11 januari 1869 Van den Rijn (II)]

[11 januari 1869 Verslag in de Arnhemsche Courant]

[11 januari 1869 Brief van Kallenberg vd Bosch aan Potgieter]

[13 januari 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[14 januari 1869 Telegram van Multatuli aan De Geyter]

[15 januari 1869 Multatuli spreekt in Maastricht]

[15 januari 1869 Van den Rijn (III)]

[17 januari 1869 Vergadering van De Dageraad]

[25 januari 1869 Van den Rijn (IV)]

[26 januari 1869 Tine int een wissel]

[28 januari 1869 Brief van Multatuli aan Tine]

[28 januari 1869 Van den Rijn (V)]

[29 januari 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[29 januari 1869 Van den Rijn (VI)]

[30 januari 1869 Van den Rijn (VII)]

[2 februari 1869 Van den Rijn (VIII)]

[3 februari 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[3 februari 1869 Van den Rijn (IX)]

[3 februari 1869 Brief van Tine aan Stéphanie]

[3 februari 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[4 februari 1869 Van den Rijn (X)]

[6 februari 1869 Telegram van Multatuli aan De Geyter]

[6 februari 1869 Brief van Multatuli aan Tine]

[8 februari 1869 Van den Rijn (XI)]

[11 februari 1869 Brief van Tine aan Multatuli]

[12 februari 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[12 februari 1869 Van den Rijn (XII)]

[15 februari 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[17 februari 1869 Brief van Multatuli aan Tine]

[17 februari 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[17 februari 1869 Van den Rijn (XIII)]

[18 februari 1869 Brief van Multatuli aan Van Duyse]

[18 februari 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[18 februari 1869 Van den Rijn (XIV)]

[21 februari 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[22 februari 1869 Tine, Edu en Nonni in Den Haag]

[23 februari 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[24 februari 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[24 februari 1869 Van den Rijn (XV)]

[25 februari 1869 Brief van Tine aan Stéphanie]

[1 maart 1869 Verslag voordracht van Multatuli]

[1 maart 1869 Van den Rijn (XVI)]

[2 maart 1869 Multatuli wordt 49 jaar]

[3 maart 1869 Brief van Multatuli aan Asser]

[3 maart 1869 Van den Rijn (XVII)]

[4 maart 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[4 maart 1869 Brief van Tine aan Potgieter]

[Bijlage Fragment uit een brief van Potgieter aan Huet]

[5 maart 1869 Van den Rijn (XVIII)]

[5 maart 1869 Advertentie in Delftsche Courant]

[6 maart 1869 Multatuli spreekt in Delft]

[6 maart 1869 Van den Rijn (XIX)]

[8 maart 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[9 maart 1869 Verslag voordracht van Multatuli in Delft]

[10 maart 1869 Brief van Multatuli aan Vrije Studie]

[10 maart 1869 Brief van Bosboom aan Potgieter]

[11 maart 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[11 maart 1869 Van den Rijn (XX)]

[11 maart 1869 Brief van Kallenberg vd Bosch aan Potgieter]

[12 maart 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[12 maart 1869 Van den Rijn (XXI)]

[15 maart 1869 Van den Rijn (XXII)]

[17 maart 1869 Van den Rijn (XXIII)]

[18 maart 1869 Van den Rijn (XXIV)]

[19 maart 1869 Van den Rijn (XXV)]

[19 maart 1869 Oproep in de Rotterdamsche Lantaren]

[20 maart 1869 Van den Rijn (XXVI)]

[24 maart 1869 Van den Rijn (XXVII)]

[25 maart 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[27 maart 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[27 maart 1869 Telegram aan Huisman]

[27 maart 1869 Van den Rijn (XXVIII)]

[29 maart 1869 Telegram van Multatuli aan mevr. Houwink]

[29 maart 1869 Telegram van Houwink aan Multatuli]

[29 maart 1869 Telegram van Multatuli aan Houwink]

[31 maart 1869 Telegram van Multatuli aan Rederijkerskamer Sneek]

[31 maart 1869 Van den Rijn (XXIX)]

[april 1869 Multatuli schrijft Causerieën I]

[1 april 1869 Telegram van Edu aan Houwink]

[2 april 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[2 april 1869 Van den Rijn (XXX)]

[3 april 1869 Van den Rijn (XXXI)]

[3 april 1869 Brief van Tine aan mevr. Houwink]

[3 april 1869 Brief van Edu aan fam. Houwink]

[5 april 1869 Van den Rijn (XXXII)]

[7 april 1869 Brief van Potgieter aan Busken Huet]

[8 april 1869 Van den Rijn (XXXIII)]

[8 april 1869 Advertentie in De Noordbrabanter]

[9 april 1869 Van den Rijn (XXXIV)]

[10 april 1869 Van den Rijn (XXXV)]

[10 april 1869 Advertentie in de Dordrechtsche Courant]

[11 april 1869 Advertentie in de Nieuwe Nijmeegsche Courant]

[14 april 1869 Multatuli spreekt in 's-Hertogenbosch]

[14 april 1869 Advertentie in de Zutphensche Courant]

[15 april 1869 Multatuli spreekt in Dordrecht]

[15 april 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[15 april 1869 Van den Rijn (XXXVI)]

[16 april 1869 Multatuli spreekt in Nijmegen]

[16 april 1869 Van den Rijn (XXXVII)]

[17 april 1869 Multatuli spreekt in Zutphen]

[17 april 1869 Verslag in De Noordbrabanter]

[18 april 1869 Bericht in de Bredasche Courant]

[18 april 1869 Multatuli spreekt in Breda]

[19 april 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[19 april 1869 Brief van Busken Huet aan Potgieter]

[20 april 1869 Brief van Tine aan Stéphanie]

[21 april 1869 Verslag in de Zutphensche Courant]

[21 april 1869 Circulaire Willemsfonds te Gent]

[22 april 1869 Multatuli schrijft Causerieën II]

[22 april 1869 Verslag in de Nieuwe Nijmeegsche Courant]

[22 april 1869 Ingezonden Stuk in De Noordbrabanter]

[22 april 1869 Bericht in de Gazette van Gent]

[23 april 1869 Bericht in Amsterdamsche Courant]

[23 april 1869 Uitnodiging van De Geyter voor Multatuli-avond]

[23 april 1869 Circulaire Van Crombrugghe's Genootschap Gent]

[24 april 1869 Multatuli spreekt te Gent over Vrije studie]

[24 april 1869 Van den Rijn (XXXVIII)]

[24 april 1869 Artikel in De Noordbrabanter]

[25 april 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[26 april 1869 Bericht in de Gazette van Gent]

[26 april 1869 Multatuli draagt in Gent voor uit Vorstenschool]

[27 april 1869 Multatuli draagt voor in Antwerpen]

[28 april 1869 Bericht in de Gazette van Gent]

[29 april 1869 Van den Rijn (XXXIX)]

[1 mei 1869 Van den Rijn (XL)]

[1 mei 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[1 mei 1869 Verslag in Het Volksbelang]

[1 mei 1869 Artikel in De Rotterdamsche Lantaren]

[2 mei 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[3 mei 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[6 mei 1869 Multatuli schrijft Causerieën III]

[7 mei 1869 Brief van Multatuli aan De Geyter]

[7 mei 1869 Van den Rijn (XLI)]

[8 mei 1869 Van den Rijn (XLII)]

[9 mei 1869 Multatuli spreekt te Rotterdam]

[Bijlage Herinnering van G.W. van der Voo]

[12 mei 1869 Van den Rijn (XLIII)]

[13 mei 1869 Van den Rijn (XLIV)]

[13 mei 1869 Multatuli voorgesteld als Kamerkandidaat]

[14 mei 1869 Van den Rijn (XLV)]

[20 mei 1869 Multatuli schrijft Causerieën IV]

[21 mei 1869 Van den Rijn (XLVI)]

[21 mei 1869 Verslag in De Rotterdamsche Lantaren]

[22 mei 1869 Van den Rijn (XLVII)]

[24 mei 1869 Artikel in De Locomotief, Semarang]

[25 mei 1869 Van den Rijn (XLVIII)]

[25 mei 1869 Causerieën I in De Locomotief]

[25 mei 1869 Brief van Tine aan Stéphanie]

[26 mei 1869 Van den Rijn (XLIX)]

[28 mei 1869 Van den Rijn (L)]

[29 mei 1869 Van den Rijn (LI)]

[30 mei 1869 Multatuli schrijft Causerieën V]

[31 mei 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[1 juni 1869 Nonni wordt twaalf jaar]

[2 juni 1869 Van den Rijn (LII)]

[3 juni 1869 Van den Rijn (LIII)]

[3 juni 1869 Brief van Busken Huet aan Potgieter]

[4 juni 1869 Van den Rijn (LIV)]

[5 juni 1869 Van den Rijn (LV)]

[5 juni 1869 De Rotterdamsche Lantaren over verkiezingen]

[7 juni 1869 Van den Rijn (LVI)]

[10 juni 1869 Van den Rijn (LVII)]

[11 juni 1869 Van den Rijn (LVIII)]

[15 juni 1869 Van den Rijn (LIX)]

[juni 1869 Multatuli schrijft Causerieën VI]

[17 juni 1869 Van den Rijn (LX)]

[19 juni 1869 Van den Rijn (LXI)]

[22 juni 1869 Van den Rijn (LXII)]

[23 juni 1869 Van den Rijn (LXIII)]

[24 juni 1869 Van den Rijn (LXIV)]

[25 juni 1869 Van den Rijn (LXV)]

[25 juni 1869 Aanvulling in De Rotterdamsche Lantaren]

[juni 1869 Multatuli schrijft Causerieën VII]

[1 juli 1869 Van den Rijn (LXVI)]

[5 juli 1869 Brief van Multatuli aan Dutillieux]

[6 juli 1869 Causerieën II in De Locomotief]

[8 juli 1869 Van den Rijn (LXVII)]

[10 juli 1869 Causerieën II en III in De Locomotief]

[10 juli 1869 Artikel van Huisman in De Dageraad]

[12 juli 1869 Brief van Multatuli aan Brouwers]

[12 juli 1869 Van den Rijn (LXVIII)]

[13 juli 1869 Van den Rijn (LXIX)]

[15 juli 1869 Beoordeling Max Havelaar in Revue de Belgique]

[Bijlage Verslag van Sève over Congres 1864]

[juli 1869 Multatuli schrijft Causerieën VIII]

[20 juli 1869 Van den Rijn (LXX)]

[20 juli 1869 Causerieën III en IV in De Locomotief]

[21 juli 1869 Van den Rijn (LXXI)]

[22 juli 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[23 juli 1869 Van den Rijn (LXXII)]

[26 juli 1869 Van den Rijn (LXXIII)]

[27 juli 1869 Rekest om gratie voor De Vletter]

[28 juli 1869 Van den Rijn (LXXIV)]

[29 juli 1869 Multatuli schrijft Causerieën IX]

[29 juli 1869 Causerieën V in De Locomotief]

[30 juli 1869 Brief van de firma Enschedé aan Jhr. Hartsen]

[30 juli 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[2 augustus 1869 Van den Rijn (LXXV)]

[3 augustus 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[3 augustus 1869 Van den Rijn (LXXVI)]

[5 augustus 1869 Van den Rijn (LXXVII)]

[10 augustus 1869 Inschrijving Bevolkingsregister]

[10 augustus 1869 Causerieën VI in De Locomotief]

[augustus 1869 Multatuli schrijft Causerieën X]

[14 augustus 1869 Van den Rijn (LXXVIII)]

[20 augustus 1869 Van den Rijn (LXXIX)]

[21 augustus 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[26 augustus 1869 Van den Rijn (LXXX)]

[26 augustus 1869 Multatuli schrijft Causerieën XI]

[27 augustus 1869 Van den Rijn (LXXXI)]

[31 augustus 1869 Van den Rijn (LXXXII)]

[1 september 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[1 september 1869 Van den Rijn (LXXXIII)]

[2 september 1869 Van den Rijn (LXXXIV)]

[4 september 1869 Van den Rijn (LXXXV)]

[8 september 1869 Van den Rijn (LXXXVI)]

[9 september 1869 Multatuli schrijft Causerieën XII]

[11 september 1869 Van den Rijn (LXXXVII)]

[11 september 1869 Advertentie inzake brochure]

[september 1869 Brief van A. van der Ghinst aan Multatuli]

[15 september 1869 Van den Rijn (LXXXVIII)]

[16 september 1869 Van den Rijn (LXXXIX)]

[18 september 1869 Van den Rijn (XC)]

[18 september 1869 Verslag vergadering Vrijdenkers]

[21 september 1869 Causerieën IX in De Locomotief]

[23 september 1869 Brief van Multatuli aan Van Kesteren]

[23 september 1869 Van den Rijn (XCI)]

[23 september 1869 Multatuli schrijft Causerieën XIII]

[24 september 1869 Van den Rijn (XCII)]

[26 september 1869 Tine wordt vijftig jaar]

[27 september 1869 Van den Rijn (XCIII)]

[28 september 1869 Van den Rijn (XCIV)]

[29 september 1869 Van den Rijn (XCV)]

[30 september 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[1 oktober 1869 Van den Rijn (XCVI)]

[2 oktober 1869 Van den Rijn (XCVII)]

[3 oktober 1869 Vergadering van De Dageraad]

[4 oktober 1869 Van den Rijn (XCVIII)]

[5 oktober 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[5 oktober 1869 Van den Rijn (XCIX)]

[5 oktober 1869 Causerieën X in De Locomotief]

[6 oktober 1869 Van den Rijn (C)]

[7 oktober 1869 Multatuli schrijft Causerieën XIV]

[8 oktober 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[8 oktober 1869 Van den Rijn (CI)]

[9 oktober 1869 Advertenties in De Dageraad]

[10 oktober 1869 Multatuli spreekt voor De Dageraad]

[13 oktober 1869 Multatuli schrijft aan De Vletter]

[14 oktober 1869 Van den Rijn (CII)]

[15 oktober 1869 Van den Rijn (CIII)]

[15 oktober 1869 Brief van Tine aan Stéphanie]

[16 oktober 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[16 oktober 1869 Brief van De Vletter aan Multatuli]

[16 oktober 1869 Artikel van Huisman in De Dageraad]

[17 oktober 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[18 oktober 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[18 oktober 1869 Ingezonden Stuk van J.C. van Lier in N.R.C.]

[18 oktober 1869 Brief van Raedt van Oldenbarnevelt aan Multatuli]

[19 oktober 1869 Multatuli bezoekt De Vletter]

[19 oktober 1869 Causerieën XI in De Locomotief]

[20 oktober 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[20 oktober 1869 Van den Rijn (CIV)]

[20 oktober 1869 Multatuli schrijft Causerieën XV]

[22 oktober 1869 Ingezonden Stuk van Multatuli in N.R.C.]

[22 oktober 1869 Van den Rijn (CV)]

[23 oktober 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[23 oktober 1869 Verslag voordracht van Multatuli]

[27 oktober 1869 Telegram van Multatuli aan mevrouw Houwink]

[27 oktober 1869 Van den Rijn (CVI)]

[29 oktober 1869 Telegram van Multatuli aan mevrouw Houwink]

[29 oktober 1869 Brief van Multatuli aan Houwink]

[2 november 1869 Van den Rijn (CVII)]

[3 november 1869 Brief van De Vletter aan Multatuli]

[3 november 1869 Van den Rijn (CVIII)]

[4 november 1869 Multatuli schrijft Causerieën XVI]

[4 november 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[6 november 1869 Multatuli schrijft aan De Vletter]

[8 november 1869 Brief van De Vletter aan Multatuli]

[9 november 1869 Ingezonden Stuk van Multatuli in Dagblad]

[10 november 1869 Brief van Doorman aan Heemskerk]

[12 november 1869 Brief van Multatuli aan Rooses]

[13 november 1869 Bericht over Bantam in N.R.C.]

[17 november 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[17 november 1869 Brief van Multatuli aan Sentot]

[18 november 1869 Van den Rijn (CIX)]

[23 november 1869 Van den Rijn (CX)]

[24 november 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[25 november 1869 Van den Rijn (CXI)]

[25 november 1869 Brief van De Vletter aan Multatuli]

[30 november 1869 Brief van de firma Enschedé aan Multatuli]

[3 december 1869 Van den Rijn (CXII)]

[5 december 1869 Causerieën XIV in De Locomotief]

[5 december 1869 Brief van De Vletter aan Multatuli e.a]

[7 december 1869 Brief van Multatuli aan mevrouw Van Lennep]

[8 december 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[8 december 1869 Van den Rijn (CXIII)]

[11 december 1869 Brief van De Geyter aan Rooses]

[12 december 1869 Brief van W. van Lennep aan Multatuli]

[14 december 1869 Mimi wordt dertig jaar]

[16 december 1869 Multatuli schrijft Causerieën XVII]

[16 december 1869 Van den Rijn (CXIV)]

[17 december 1869 Brief van Multatuli aan Rooses]

[18 december 1869 Circulaire Willemsfonds te Gent]

[20 december 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[22 december 1869 Brief van Multatuli aan Huisman]

[22 december 1869 Causerieën XVI in De Locomotief]

[23 december 1869 Bericht in de Gazette van Gent]

[23 december 1869 Multatuli spreekt in Gent]

[24 december 1869 Multatuli reist terug naar Den Haag]

[Bijlage Mededeling over de terugreis]

[24 december 1869 Causerieën XII in De Locomotief]

[24 december 1869 Brief van Tine aan Stéphanie]

[27 december 1869 Verslag in Het Volksbelang]

[28 december 1869 Van den Rijn (CXV)]

[29 december 1869 Multatuli schrijft de firma Enschedé]

[29 december 1869 Multatuli schrijft Causerieën XVIII]

[30 december 1869 Brief van mevr. De Vletter aan Multatuli]

[Bijlage Brief van Jacob de Vletter aan Bergsma]

[31 december 1869 Artikel van Sentot in De Locomotief]

[31 december 1869 Anoniem artikel in De Locomotief]

Biografische aantekeningen


[12 februari 1869
Van den Rijn (XII)]

12 februari 1869

Bijdrage van Multatuli in de Opregte Vrijdagsche Haarlemsche Courant, no. 37. (M.M.)

Van den Rijn, 10 Februarij.

Volgens berigten, welke de Kölnische-Zeitung zegt uit Nieuw-York ontvangen te hebben, arbeiden de heer Gerolt, de noordduitsche gezant, en de minister Seward gezamenlijk aan een nieuw verdrag tusschen de n.-americaansche Republiek en het Noordduitsch-Verbond. Er zou, aldus verneemt men, een het Verbond vertegenwoordigende beambte te Nieuw-York worden aangesteld, die, in overleg met een ambtenaar van de Vereenigde-Staten, en ondersteund door eene te dien einde te benoemen commissie, tot taak hebben zou, de belangen der landverhuizers te behartigen. - Tevens wordt uit diezelfde bron medegedeeld, dat de gewezen Koning van Hannover belangrijke sommen heeft overgemaakt aan zijne naar N.-America uitgeweken officieren, met de opdragt om aldaar een vrijcorps te vormen, en daarbij wordt verhaald, dat de bedoelde officieren die gelden besteden aan een ‘vergelijkend examen van de verdiensten der Veuve-Cliquot, en andere merken van Champagne-wijn.’ De Mainzer-Beobachter, bedoeld berigt overnemende, maakt de opmerking, dat de wijze, waarop de zoogenaamde nationaal-liberale bladen den onttroonden Vorst van Hannover bestrijden, den toets van den goeden smaak niet kan doorstaan. ‘Wij gissen (aldus redeneert die courant), dat deze quasi-geestigheid over de wijze, waarop de in N.-America zich bevindende hannoversche officieren de gelden gebruiken, die hun tot een geheel ander doeleinde worden toegezonden (indien al, wat wij niet weten, dat doelen op een vrijcorps niet uit de lucht gegrepen is), wij gissen, dat dit hoogst belangrijk berigt eene bestelde zaak is, die echter te laat is aangekomen om te kunnen dienen bij de nu afgeloopen discussie over het beslagleggen op het vermogen van Koning George. Het is een kogel, die in den loop bleef, en nu, pour la bonne bouche, na de overwinning wordt afgeschoten. De zin dier diepzinnige mededeeling komt hierop neder: Ziet eens, hoe gegrond onze bedenking was tegen de uitbetaling van de oude hannoversche liste civile... in N.-America zou men dat geld verdrinken aan Champagne!

‘Gelijk altijd: wie te veel bewijst (of te veel verhaalt), bewijst te weinig, of verhaalt het tegendeel van 't geen hij eigenlijk zijnen toehoorders op het hart drukken wil. Dat men in Pruissen ongaarne gelden uit de hand geeft, die strekken moeten tot machinatien tegen Pruissen, vinden wij natuurlijk. Zulk een n.-americaansch vrijcorps zou Berlijn kunnen veroveren, Keur-Hessen en Nassau herstellen, of wel een nieuw Duitsch-Verbond oprigten, met den blinden Koning George aan het hoofd. Wij erkennen, dat het dulden van anti-pruissischgezinde vrijcorpsen aan gene zijde van den Oceaan eene hoogst gevaarlijke zaak is. Maar, eilieve! wat is onschuldiger dan Champagne drinken? Kan een roes der uitgeweken hannoversche officieren den zetel van Bismarck, den Troon van Koning Wilhelm doen waggelen? Wij kunnen ons niet voorstellen, dat de vrolijkheid van eenige jongelieden te Nieuw-York den minsten invloed hebben kan op de loopbaan van den geringsten tolopziener of brugwachter, en begrijpen dus niet regt, op welken grond de correspondent der Keulsche courant zich zoo belangstellend toont in de wijze, waarop het geld van Koning George wordt verantwoord. Is het een wenk aan dien Vorst om zijne vertrouwden en zendelingen beter te kiezen, beter te contrôleren? Maar dat zou een verraad zijn aan de nationaal-liberale zaak en... aan het pruissische budjet. Want, wel beschouwd, komen nu al de bedenkingen tegen de uitbetaling der renten, die gegrond waren op gevaarlijke, den pruissischen Staat bedreigende kuiperijen, te vervallen. Reeds bij de behandeling van het vagebonderend vreemdenlegioen in Zwitserland en Frankrijk maakte onze Keulsche zuster zich schuldig aan gelijksoortige fouten, door de “machinatien” buitenslands als zeer gevaarlijk en te gelijker tijd als zotternij te schetsen. Het valt bovendien in het oog, dat de verschillende correspondenten van dat blad, in Zwitserland, in Frankrijk, en thans in N.-America, zoo juist overeenstemmen in hun oordeel over de vrees inboezemende, maar tevens zoo gevaarlooze pogingen van het Hiet-zingsche Hof. Men denkt daarbij onwillekeurig aan een voor allen gelijkluidend wachtwoord, 't welk van het hoofdkwartier is uitgegaan. Wat ons betreft, wij gelooven niet aan het hannoversche vrijcorps te Philadelphia (want van die plaats zou de beweging uitgaan), en wij zullen blijven volharden in dat ongeloof, totdat wij over deze zaak berigten ontvangen, welke een minder duidelijk teeken van kinderachtigheid op het voorhoofd dragen.’

- De Rijnsche bladen publiceren de bepalingen betreffende de opleiding tot oorlogsmatrozen, zoo als die onlangs voor de marine van het Noordduitsch-Verbond zijn vastgesteld. Er zijn namelijk scheepsjongens-compagnien opgerigt, waarbij de daartoe bestemde of genegen jongelieden gedurende drie jaren worden ingedeeld. Gedurende de eerste twee jaren worden zij niet als militairen, doch slechts als kweekelingen beschouwd, en eerst bij den aanvang van het derde jaar leggen zij den eed aan de krijgswet af. Na den afloop der drie jaren worden zij geplaatst als matrozen der 3de klasse, waarna zij, bij goed gedrag en bekwaamheid, tot matrozen 2de en 1ste klasse, en tot onderofficier kunnen opklimmen. Het doorloopen van de tot oefening bestemde drie jaren ontslaat evenwel geenszins van den militairen dienstpligt, die bij de Bonds-marine op negen jaren bepaald is. Wie voor de zeedienst ongeschikt blijkt te zijn, wordt bij de landmagt overgeplaatst. De aspiranten voor de dienst bij de bedoelde compagnien van scheepsjongens moeten tusschen de 14 en 17 jaren oud, volkomen gezond en van sterken ligchaamsbouw zijn.

- Men schrijft uit Crefeld, dat aldaar, even als te Munster en te Koningsbergen, de Lahrer Hinkender Bote in beslag genomen is.

- Naar aanleiding van een plan der Regering, om de universiteit van Marburg naar Frankfort overteplaatsen, wordt uit deze stad geschreven, dat zich voor die verandering slechts weinig of geene sympathie openbaart bij de Frankforters, en dit geldt zoowel van de eigenlijke bevolking, als van het bestuur der stad. Men schijnt niet gaarne iets van de Regering te ontvangen, 't welk als een bewijs van welwillendheid zou kunnen worden aangemerkt. Anderen beweren, dat de eigenaardigheid van eene plaats, welker belangen zoo geheel op financieel gebied te huis behooren, zich verzet tegen de eischen eener academie-stad. Men werpt moeijelijkheden op over de al te kostbare lokaliteiten, welke voor eene universiteit zouden benoodigd zijn, en die de Regering te Berlijn hoogstwaarschijnlijk niet voor hare reke-ning nemen zou; terwijl ook het stadsbestuur zich ongenegen verklaart deze te dragen. Over het geheel blijven de Frankforters volharden in zekere stijfhoofdigheid, die elke toenadering tot de Regering schijnt te willen vermijden. Dit bleek o.a. ook onlangs bij het behandelen der maatregelen om het huis van Göthe aantekoopen: de Frankforters namen daaraan niet dan bij geringe uitzondering deel, en niet, gelijk de pruissischgezinde dagbladen voorgeven, uit gebrek aan belangstelling in dat gedenkteeken, maar uit weêrspannigheid tegen het gezag, van waar de pogingen om het geboorte-huis van den duitschen dichter tot algemeen duitsch eigendom te maken was uitgegaan. ‘De stad (aldus schrijft men in een correspondentie-artikel uit die plaats) is volstrekt niet genegen tot het doen van uitgaven; integendeel, zij houdt zich meer dan ooit bezig met de aanstaande liquidatie der geschillen over staats- en gemeente-eigendom. Die kwestie is nog altijd onbeslist, en zal eerlang in de Wetgevende Kamers behandeld worden.’

- Even als de Groothertog van Oldenburg, wil ook de Hertog van Anhalt (men beweert in het vooruitzigt eener aanstaande inlijving) zijn particulier vermogen in veiligheid brengen. Weldra verwacht men, in de Volksvertegenwoordiging van dat land een wetsontwerp in behandeling te zien nemen, volgens hetwelk een domein van 141,000 morgen akkerland en 172,000 morgen bosch (ter waarde van ongeveer 25 millioen th.) het particulier eigendom van het hertogelijk Huis zou zijn. Bruggen en wegen, eenige oude regale regten (die bij eventuële inlijving echter ipso jure zouden vervallen), eenige mijnwerken en de ijzergieterij te Bernburg zouden het eigendom van den Staat zijn. Men verwacht, dat de oppositie zal aandringen op het overnemen der schulden, voortspruitende uit de in omloop zijnde Staatskassenscheine, die, naar men verzekert, een bedrag van vijf millioen th. vertegenwoordigen. Bovendien verwacht men de vordering, dat de hertogelijke domeinen voortaan zullen deelen in de belasting op het grondbezit. Volgens sommigen, is deze geheele zaak op touw gezet door het Kabinet van Berlijn, 'twelk daarin een middel zou zien om door het opwerpen van hoogst delicate kwestien tusschen Vorst en volk den algemeenen wensch naar inlijving optewekken, en de zaak zelve voortebereiden.