Ideën, tweede bundel
508.
Niets is meer beschreven en minder bekend dan de liefde. Wie er iets van weet, ergert zich over de vertellingen die schryvers daarvan opdissen. Meestal voelt men dat de auteur 'n land beschryft, dat-i nooit heeft gezien.
- Zyt gy in dat land geweest?
- Ja!
- Geef gy ons dan de beschryving...
- Ik deed het gaarne... waarachtig! Maar...
- Er schynen bezwaren te zyn. Misschien iets als delicatesse?
- Inderdaad, ik voel bezwaren, maar niet van zúlken aard. Juist de kiesheid zou me dringen tot schryven. Want voelt ge niet hoe het my hindert, telkens te horen vertellen dat er ysberen zyn in Italië? Ik zou 't juist delicaat vinden die beesten te plaatsen waar ze horen. Myn schroom heeft 'n andere reden. Ik ben bevreesd dat... gy niet lezen kunt. Ik ben er aan gewoon de poëzie der waarheid te horen opvatten, alsof 't de grofheid van de leugen ware. Daartoe leent zich Fancy niet, en ook myn fancy is er te goed voor. Tracht beschaafd te worden, oefen u in oordeel des onderscheids van den smaak. Dan misschien zal ik eenmaal u verhalen, wat ik zou kunnen verhalen over liefde.
Maar wel wil ik nu reeds u dit zeggen: beminnen is goed zyn. Dit is één ysbeer teruggejaagd naar 't Noorden!