Multatuli.online

Volledige Werken. Deel 18. Brieven en dokumenten uit de jaren 1875-1877

Voorwoord

Verantwoording

[1 september 1875 Advertentie in de Prov. Geld. en Nijm. Crt.]

[3 september 1875 Bericht in de Prov. Geld. en Nijm. Crt.]

[september 1875 Aanbiedingscirculaire Minnebrieven]

[september 1875 Artikel in de Tolk van den Vooruitgang]

[september 1875 Brochure van Petrus verschijnt]

[14 september 1875 Artikel in Alg. Dagbl. van Ned. Indië]

[14 september 1875 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[15 september 1875 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[15 september 1875 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[18 september 1875 Bericht in De Nederlandsche Spectator]

[20 september 1875 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[21 september 1875 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[22 september 1875 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[24 september 1875 Telegram van Multatuli aan S. Katz]

[24 september 1875 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[27 september 1875 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]

[29 september 1875 Programma opvoering Vorstenschool Antwerpen]

[4 oktober 1875 Brief van Multatuli aan S.E.W. Roorda van Eysinga]

[6 oktober 1875 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[8 oktober 1875 Aanbiedingscirculaire Specialiteiten]

[9 oktober 1875 Briefkaart Multatuli aan J. Waltman]

[14 oktober 1875 Briefkaart Multatuli aan J. Waltman]

[oktober 1875 Duitse vertaling Max Havelaar]

[18 oktober 1875 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[19 oktober 1875 Vierde druk Max Havelaar]

[oktober 1875 Bezoek C. Vosmaer]

[22 oktober 1875 Brief van Multatuli aan P.A. Tiele]

[23 oktober 1875 Bericht in Sneeker Courant]

[24 oktober 1875 Advertentie vierde druk Max Havelaar]

[24 oktober 1875 Brief van Mina Kruseman aan R.]

[31 oktober 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[november 1875 Recensie Vorstenschool in Vlaamsche Kunstbode]

[1 november 1875 Brief G.L. Funke aan Multatuli]

[2 november 1875 Brief G.L. Funke aan Multatuli]

[2 november 1875 Zesde druk Minnebrieven]

[november 1875 Artikel in de Tolk van den Vooruitgang]

[november 1875 Artikel in de Tolk van den Vooruitgang]

[5 november 1875 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[5 november 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[9 november 1875 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[10 november 1875 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[14 november 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[november 1875 Brief van Mimi aan C. Vosmaer]

[16 november 1875 Brief van Mina Kruseman aan haar vader]

[17 november 1875 Bespreking Onkruid o.d.t. in Sneeker Crt.]

[18 november 1875 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[18 november 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[19 november 1875 Bericht opvoering Vorstenschool in Het Vaderland]

[20 november 1875 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[20 november 1875 Bespreking Onkruid o.d.t. in Sneeker Crt.]

[21 november 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[22 november 1875 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[24 november 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[24 november 1875 Advertentie Vorstenschool in Nieuwe Rott. Crt.]

[24 november 1875 Bericht in Sneeker Crt.]

[november 1875 Herinneringen van D. Haspels]

[27 november 1875 Bespreking Vorstenschool in Nieuwe Rott. Crt.]

[29 november 1875 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[30 november 1875 Brief van Multatuli aan M. Engelman]

[30 november 1875 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[2 december 1875 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[2 december 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[december 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[3 december 1875 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[5 december 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[7 december 1875 Specialiteiten herdrukt, 1e afl.]

[10 december 1875 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[12 december 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[13 december 1875 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[14 december 1875 Recensie Max Havelaar in Het Schoolblad]

[december 1875 Twee recensies in Het Nederlandsch Tooneel]

[21 december 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[21 december 1875 Literatuurgeschiedenis van J. van Vloten verschijnt]

[22 december 1875 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[24 december 1875 Idylle van C. Vosmaer]

[24 december 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[25 december 1875 A.C. Loffelt in The Atheneum]

[25 december 1875 Kerstmis bij de Hindoes in De Nederlandsche Spectator]

[25 december 1875 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[december 1875 Brief van Multatuli en Mimi aan C. Vosmaer]

[27 december 1875 Brief van Multatuli aan J.N. van Hall]

[27 december 1875 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[28 december 1875 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[29 december 1875 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[december 1875 Rekening van G.L. Funke]

[1875 Aantekeningen in het Memoriaal]

[januari 1876 Rekening-courant Multatuli en G.L. Funke]

[januari 1876 Artikel in de Tolk van den Vooruitgang]

[4 januari 1876 Artikel van Roorda van Eysinga in Het Schoolblad]

[10 januari 1876 Twee bijdragen in de Nederlandsche Kunstbode]

[januari 1876 Recensie Max Havelaar in Het Familieblad]

[januari 1876 Artikel Admiraal in Nederland]

[18 januari 1876 Artikel Stellwagen in Het Schoolblad]

[18 januari 1876 Brief van Multatuli aan A.J. Servaas van Rooyen]

[18 januari 1876 Artikel Geerke in Tooneel Almanak]

[20 januari 1876 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[22 januari 1876 Brief van A.J. Servaas van Rooyen aan Multatuli]

[23 januari 1876 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[25 januari 1876 Eduard Bernhold geboren]

[25 januari 1876 Artikel Versluys in Het Schoolblad]

[26 januari 1876 Brief van Multatuli aan A.C. Loffelt]

[26 januari 1876 Brief van Multatuli aan J.N. van Hall]

[26 januari 1876 Brief van Multatuli aan A.J. Servaas van Rooyen]

[27 januari 1876 Bericht Spaanse Max Havelaar in Nieuwe Rott. Crt.]

[28 januari 1876 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[28 januari 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[29 januari 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[30 januari 1876 Brief van Multatuli aan A.C. Loffelt]

[1 februari 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[februari 1876 Bespreking Max Havelaar in Vad. Letteroeffeningen]

[2 februari 1876 Dagboek-aantekeningen van Mimi]

[4 februari 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[4 februari 1876 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[8 februari 1876 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]

[8 februari 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[9 februari 1876 Briefkaart van Multatuli aan de Redaktie van de Amstelbode]

[10 februari 1876 Artikel in de Nederlandsche Kunstbode]

[11 februari 1876 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[februari 1876 Artikel Admiraal in De Tijdspiegel]

[15 februari 1876 Artikel P. Westra in Het Schoolblad]

[15 februari 1876 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[15 februari 1876 Brief van Multatuli aan J.N. van Hall]

[februari 1876 Artikel Admiraal (II) in Nederland]

[februari 1876 Artikel Multatuli in Het Nederlandsch Tooneel]

[17 februari 1876 Brief van Multatuli aan V. Bruinsma]

[20 februari 1876 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[februari 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[28 februari 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[maart 1876 Correspondentie in de Tolk van den Vooruitgang]

[1 maart 1876 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[5 maart 1876 Brief van Multatuli aan S. Katz]

[9 maart 1876 Briefkaart van G.L. Funke aan Multatuli]

[10 maart 1876 Brochure Loffelt verschijnt]

[10 maart 1876 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[11 maart 1876 Recensie Loffelts' brochure in Nieuwe Bijdragen]

[11 maart 1876 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[12 maart 1876 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[12 maart 1876 Artikel in de Nederlandse Kunstbode]

[13 maart 1876 Brief van Multatuli aan A.C. Loffelt]

[14 maart 1876 Artikel Versluys in Het Schoolblad]

[14 maart 1876 Brief van Multatuli aan D.J.A. Haspels]

[maart 1876 Brief van A. van der Linde aan Multatuli]

[maart 1876 Artikel in Bredasche Crt.]

[maart 1876 Artikel Admiraal (III) in Nederland]

[17 maart 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[17 maart 1876 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[18 maart 1876 Briefkaart van G.L. Funke aan Multatuli]

[18 maart 1876 Correspondentie in de Nieuwe Bijdragen]

[maart 1876 Brief van A. van der Linde aan Multatuli]

[19 maart 1876 Brief van G.L. Funke aan Mimi]

[20 maart 1876 Brief van Multatuli aan A.C. Loffelt]

[21 maart 1876 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[24 maart 1876 Brief van Multatuli aan W. Pik]

[25 maart 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[27 maart 1876 Briefkaart van Multatuli aan A.C. Loffelt]

[april 1876 Artikel De Raaf in De Schoolbode]

[april 1876 Brief Cohen Stuart in de Tolk van den Vooruitgang]

[5 april 1876 Brief van Multatuli en Mimi aan G.L. Funke]

[5 april 1876 Brief van Multatuli aan G.J.A. Boulet]

[9 april 1876 Brief van Mimi en Multatuli aan G.L. Funke]

[12 april 1876 Bericht Franse Max Havelaar in de Nieuwe Rott. Crt.]

[april 1876 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]

[14 april 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[16 april 1876 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[18 april 1876 Bezoek J. Versluys]

[24 april 1876 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[24 april 1876 Brief van Multatuli aan de Redaktie van de Amstelbode]

[30 april 1876 Brief van Multatuli aan F.C. Günst]

[2 mei 1876 Brief van Multatuli aan K.Th. Wenzelburger]

[3 mei 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[6 mei 1876 Briefkaart van Multatuli aan H. de Raaf]

[6 mei 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[8 mei 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[8 mei 1876 Brief van Multatuli aan F.C. Günst]

[8 mei 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[12 mei 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[18 mei 1876 Advertentie in het Nieuws van den Dag]

[19 mei 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[26 mei 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[2 juni 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[3 juni 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[5 juni 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[6 juni 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[8 juni 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[juni 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[16 juni 1876 Brief van Multatuli aan K.Th. Wenzelburger]

[18 juni 1876 Brief van Multatuli aan A.W. Sijthoff]

[19 juni 1876 Brief van Multatuli aan F.C. Günst]

[20 juni 1876 Brief van Multatuli aan J.H. van Offel]

[juni 1876 Brief van Multatuli aan G.W. van der Voo]

[26 juni 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[27 juni 1876 Brochure Van der Voo verschijnt]

[27 juni 1876 Brochure van G.W. van der Voo]

[30 juni 1877 Artikel in Euphonia]

[2 juli 1876 Notulen van De Dageraad]

[5 juli 1876 Brief van Multatuli aan P.A. Tiele]

[7 juli 1876 Artikel (II) in Euphonia]

[juli 1876 Brief van Multatuli aan P.A. Tiele]

[11 juli 1876 Brief van Mina Kruseman aan E. Baart]

[14 juli 1876 Brief van Multatuli aan P.A. Tiele]

[15 juli 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[juli 1876 Ingezonden Brief in de Tolk van den Vooruitgang]

[juli 1876 Artikel Admiraal (IV-V) in Nederland]

[juli 1876 Artikel in de Tolk van den Vooruitgang]

[27 juli 1876 Brief van Multatuli aan K.Th. Wenzelburger]

[31 juli 1876 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]

[1 augustus 1876 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman]

[3 augustus 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[4 augustus 1876 Brief van Multatuli aan S.E.W. Roorda van Eysinga]

[6 augustus 1876 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[13 augustus 1876 Bezoek J. Waltman]

[augustus 1876 Artikel Admiraal (Slot) in Nederland]

[5 september 1876 Verschijning Franse Max Havelaar, deel 1]

[7 september 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[15 september 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[september 1876 Aanbiedingscirculaire Bloemlezing Heloïze]

[september 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[20 september 1876 Brief van A. Nahuys aan G.L. Funke]

[22 september 1876 Brief van Multatuli aan A.S. Kok]

[25 september 1876 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[26 september 1876 Kritiek van mevr. E. Garcin in Le Républicain des P.O.]

[28 september 1876 Verschijning 3e druk Multatuli, door Cd. Busken Huet]

[29 september 1876 Verschijning Bloemlezing, 1e afl.]

[1 oktober 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[4 oktober 1876 Brief van Mina Kruseman aan J.W.]

[8 oktober 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[8 oktober 1876 Brief van Mina Kruseman aan E. Baart en B.P. Korteweg]

[11 oktober 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[17 oktober 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[17 oktober 1876 Verschijning Bloemlezing, 2e afl.]

[17 oktober 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[18 oktober 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[25 oktober 1876 Brief van Mimi aan J. Waltman]

[26 oktober 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[27 oktober 1876 Verschijning Bloemlezing, 3e en 4e afl.]

[28 oktober 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[28 oktober 1876 Prent in De Nederlandsche Spectator]

[29 oktober 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[31 oktober 1876 Recensie Bloemlezing in Het Schoolblad]

[oktober 1876 Brief van Multatuli aan S.E.W. Roorda van Eysinga]

[1 november 1876 Circulaire stempelband Bloemlezing]

[4 november 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[6 november 1876 Brief van Multatuli aan A.S. Kok]

[6 november 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[6 november 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[7 november 1876 Verschijning Bloemlezing, 5e en 6e afl.]

[8 november 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[8 november 1876 Bijlage]

[9 november 1876 Aantekening in het Memoriaal]

[10 november 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[11 november 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[11 november 1876 Brief van Mimi aan J. Waltman]

[11 november 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[12 november 1876 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[13 november 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[16 november 1876 Dagboek-aantekeningen van Mimi]

[16 november 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[17 november 1876 Verschijning Bloemlezing, 7e-10e afl. compl.]

[18 november 1876 Brief van Multatuli aan P.A. Tiele]

[18 november 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[18 november 1876 Bericht Spaanse Multatuli-vertalingen in De Nederlandsche Spectator]

[19 november 1876 Advertentie Vorstenschool in Nieuwe Rott. Crt.]

[21 november 1876 Aantekeningen in het Memoriaal]

[22 november 1876 Brief van Multatuli aan W.L. Penning]

[22 november 1876 Verslag Vorstenschoolopvoering in Nieuwe Rott. Crt.]

[23 november 1876 Brief van Multatuli aan J.A. Roessingh van Iterson]

[23 november 1876 Bespreking Bloemlezing in Vox studiosorum]

[23 november 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[24 november 1876 Verschijning van Gedachten van A. Buys]

[24 november 1876 Verschijning Ideën VII, 3e stuk]

[25 november 1876 Advertentie Bloemlezing in Nieuwe Rott. Crt.]

[25 november 1876 Bespreking Bloemlezing in Nieuwe Bijdragen]

[26 november 1876 Brief van Multatuli aan Forster]

[27 november 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[november 1876 Brief van W.F. Schook aan J. Schook]

[29 november 1876 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[29 november 1876 Brief van Multatuli aan H. de Raaf]

[29 november 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[30 november 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[december 1876 Bespreking Vorstenschool in Het Nederlandsch Tooneel]

[1 december 1876 Briefkaart van Multatuli aan J.N. van Hall]

[1 december 1876 Advertentie Werken Multatuli in Nieuwe Rott. Crt.]

[2 december 1876 Brief van Mina Kruseman aan H. van Offel]

[2 december 1876 Bespreking Bloemlezing in De Wekker]

[3 december 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[6 december 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[9 december 1876 Brief van Multatuli aan J.N. van Hall]

[12 december 1876 Beoordeling Ideën VII in Het Schoolblad]

[12 december 1876 Artikel Van Vloten in Het Schoolblad]

[12 december 1876 Verschijning Franse Max Havelaar, deel 2]

[12 december 1876 Brief van Mimi aan A.S. Kok]

[14 december 1876 Over Multatuli te Nieuwediep]

[14 december 1876 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[15 december 1876 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[15 december 1876 Brief van Multatuli aan S.E.W. Roorda van Eysinga]

[16 december 1876 Brief van Multatuli aan H. de Raaf]

[16 december 1876 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[19 december 1876 Artikel Mansholt in Het Schoolblad]

[25 december 1876 Brief van Mimi aan J.C. Loman]

[26 december 1876 Artikel De Raaf in Het Schoolblad]

[1876 Friese vertaling Het Gebed van de onwetende]

[30 december 1876 Overzicht in The Atheneum]

[december 1876 Bespreking Franse Max Havelaar in Nederlandsch Museum]

[december 1876 Bespreking Bloemlezing in Nederlandsch Museum]

[januari 1877 Rekening-courant Multatuli en G.L. Funke]

[januari 1877 Brief van Mimi aan C. Vosmaer]

[4 januari 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[4 januari 1877 Nota voor Multatuli van G.L. Funke]

[10 januari 1877 Bericht in de Nederlandsche Kunstbode]

[20 januari 1877 Brief van Mimi aan J. Waltman]

[20 januari 1877 Vlugmaren in De Nederlandsche Spectator]

[20 januari 1877 Briefkaart van Multatuli aan A.C. Loffelt]

[22 januari 1877 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[25 januari 1877 Brief van Mimi aan A.S. Kok]

[januari 1877 Artikel Van Vloten in De Levensbode]

[2 februari 1877 Bespreking Bloemlezing in De Locomotief]

[7 februari 1877 Brief van Edu aan Multatuli]

[8 februari 1877 Aanbiedingscirculaire 4e druk Max Havelaar]

[9 februari 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[12 februari 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[februari 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[18 februari 1877 Briefkaart van F.A.H. Pool aan Mimi]

[18 februari 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[19 februari 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[20 februari 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[27 februari 1877 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]

[februari 1877 Brief van Mimi aan C. Vosmaer]

[5 maart 1877 Aantekeningen in het Memoriaal]

[5 maart 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[6 maart 1877 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]

[7 maart 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[17 maart 1877 Brief van Mimi aan A.C. Loffelt]

[20 maart 1877 Brief van P. Westra aan Multatuli]

[21 maart 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[22 maart 1877 Aantekeningen Dagboek Mimi]

[22 maart 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[23 maart 1877 Aantekeningen in het Memoriaal]

[28 maart 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[maart 1877 Circulaire herdruk Ideën V]

[10 april 1877 Tekst portret Nonni]

[13 april 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[13 april 1877 Brochure Van der Voo, 2e druk]

[19 april 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[22 april 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[27 april 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[2 mei 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[4 mei 1877 Twee bijdragen in Makassaarsch Handelsblad]

[6 mei 1877 Brief van D.R. Mansholt aan H. de Raaf]

[8 mei 1877 Briefkaart van Multatuli aan P.A. Tiele]

[28 mei 1877 Briefkaart van Nips aan Mimi]

[9 juni 1877 Recensie Bloemlezing in Euphonia]

[13 juni 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[15 juni 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[16 juni 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[18 juni 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[20 juni 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[22 juni 1877 Verschijning Ideën VII, 4e stuk]

[23 juni 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[25 juni 1877 Brief van E. Moïze de Chateleux Jr. aan A.W. Sijthoff]

[26 juni 1877 Artikel De Raaf in Het Schoolblad]

[27 juni 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[29 juni 1877 Briefkaart van Multatuli aan H. de Raaf]

[30 juni 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[11 juli 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[14 juli 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[15 juli 1877 Brief van Multatuli aan V. Bruinsma]

[juli 1877 Herinneringen bezoek Vitus en Hilda Bruinsma]

[15 juli 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[16 juli 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[21 juli 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[25 juli 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[juli 1877 Brief van Mimi aan G.L. Funke]

[augustus 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[8 augustus 1877 Brief van Multatuli aan V. en H. Bruinsma]

[18 augustus 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[20 augustus 1877 Briefkaart van Edu aan Multatuli]

[22 augustus 1877 Artikel in Ons Streven]

[22 augustus 1877 Roorda van Eysinga in de Sneeker Crt.]

[augustus 1877 Brief van Multatuli aan W. Pik]

[27 augustus 1877 Brief van Multatuli aan V. Bruinsma]

[28 augustus 1877 Telegram van Edu aan Multatuli]

[augustus 1877 Brief van Multatuli aan W. Pik]

[31 augustus 1877 Afrekening Nieuwe Rott. Schouwburg-vereeniging]

[31 augustus 1877 Edu arriveert te Wiesbaden]

[11 september 1877 Beoordeling Ideën VII in Het Schoolblad]

[12 september 1877 Herinnering van Mimi]

[12 september 1877 Ingezonden brief Bruinsma in Ons Streven]

[12 september 1877 Verslag Mimi inzake Edu en zijn vriendin]

[september 1877 Herinneringen van Marie Anderson]

[14 september 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[16 september 1877 Brief van Mimi aan J. Waltman]

[16 september 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[22 september 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[23 september 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[25 september 1877 Spreekuren van Admiraal in Het Schoolblad]

[september 1877 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]

[5 oktober 1877 Verschijning Ideën V, 2e herz. druk]

[5 november 1877 Brief van Multatuli aan V. en H. Bruinsma]

[8 november 1877 Brief van Multatuli aan V. en H. Bruinsma]

[november 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[19 november 1877 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]

[23 november 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[29 november 1877 Edu verlaat Wiesbaden]

[november 1877 Artikel Westra in De Levensbode]

[9 december 1877 Brief van Multatuli aan P.A. Tiele]

[9 december 1877 Brief van Multatuli aan J. Waltman]

[12 december 1877 Brief van Multatuli aan V. en H. Bruinsma]

[15 december 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[17 december 1877 Brief van Multatuli aan V. Bruinsma]

[17 december 1877 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

[19 december 1877 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]

[22 december 1877 Bijdrage Tiele in De Nederlandsche Spectator]

[26 december 1877 Brief van Multatuli aan P.A. Tiele]

[26 december 1877 Schrijven van Multatuli aan J. Versluys]

Biografische aantekeningen


[15 december 1877
Brief van Multatuli aan G.L. Funke]

15 december 1877

Brief van Multatuli aan G.L. Funke. Drie dubbele velletjes en een enkel velletje postpapier, geheel beschreven. (M.M.)

De brief is op 14 december begonnen.

Wb. 14 Decr 1877

beste funke, dank voor de drie bataviasche Couranten die over M.K. [1.] M.K.: Mina Krüseman. handelen. Uit de Samarangsche Locomotief had ik reeds iets daarover vernomen. De andere Bataviasche Courant schynt (nog) ongunstiger geoordeeld te hebben. Ik vrees, als die Fantasio uit Arnhem, dat niemand haar zal willen ontvangen, en betrap me op medelyden. Maar ik vind dit gek. Ze is 'n slecht schepsel.-

Dat ge zoo weinig van me verneemt (niets helaas!) wordt veroorzaakt door verdriet. M'n leven is één smart. Zoo-even opende ik 'n aan U geadresseerd couvert dat ik (blykens daar inliggend briefje, den 23 Septr) niet verzond omdat het me aan m'n hart ging E. te bezwaren. Dat briefje moet 'n brief van Texeira de Mattos, den holl. consul te Venetie begeleiden, waarin E's gedrag met zwarte kleuren geschilderd wordt. Sedert jaren had ik niet anders verwacht, en op dit oogenblik verwacht ik ook van de toekomst niets beters! Nooit heb ik daarover ronduit m'n opinie uit de pen of over de lippen kunnen krygen, maar ten-laatste wordt de smart te drukkend. Ja, sedert vele jaren weet ik dat m'n zoon my en zichzelf nooit iets kan aanbrengen dan ellende en schande! Voelt ge wat het zeggen wil die overtuiging met zich omtedragen?

Sints jaren! Hoe hem te beschryven? Geheel volledig kan ik 't niet, maar één ding dat alles beheerscht is dit: hy heeft geen besef van eer, goede trouw, karakter. Hy is om zoo te zeggen: zedelyk kleurenblind. Dit gebrek loopt tot in 't krankzinnige, daar hy, de volslagenste egoïst dien men zich denken kan, zelfs z'n eigen belang uit het oog verliest zoodra hy maar 'n schyntje meent te bespeuren van oogenblikkelyk voordeel. Hy vat niet, ik zeg nu niet: het lage, 't afzichtelyke 't onteerende van bedrog, maar ook niet het nadeelige. Ja, z'n slechtheid loopt over in 't krankzinnige. Hy neemt niet eens de moeite ze te verstoppen, en vertelt byv. heel eenvoudig hoe hy by zekere gelegenheid iemand die hem in den weg stond, belasterd had, door in 'n courant te schryven dat die persoon 'n onteerend vonnis tot z'n last had! Mimi en ik keken elkaar verbaasd aan, ja, letterlyk stom van verbazing: we zeiden niets! Toen die zaak 'n andermaal op 't tapyt kwam, vroeg ik:

- Maar, Eduard, wilden toen die en die (personen die 't wisten, naar ik meende) je de hand geven?

- O jawel, zei hy, met iets goedmoedigs in den toon als om my gerust te stellen.

Toen vroeg Mimi:

- Maar... schreef toen die m'nheer niet dat het 'n leugen was?

- Wel zeker, maar zie je, dat leest niet iedereen. En, zie je (met 'n soort van goedmoedigheid, alweer) over tien jaar nog zal men 't artikel waarin ik hem ‘calomnieerde’ [2.] calomnier: belasteren (fr.) lezen, en dan heeft men er zyn antwoord niet altyd by. Bovendien hy was iemand van hoogen stand en zeer aanzienlyke relatien, dus... deed m'n ‘calomnie’ hem groote schade, zie je!’

(Letterlyk!)

Zulke dingen vertelde hy als iets aardigs, en op 'n toon alsof wy er pleizier in zouden hebben!

Blyken van zoo'n verdorvenheid, of liever van zoo'n totaal gemis aan zedelyk tastgevoel, ontdekte ik dagelyks. Wanhopig bespraken wy (M. & ik) de middelen die we moesten aanwenden om iets goeds in hem optewekken. 't Was alles vruchteloos. Ik bemerkte dat hy niet begreep wat ik bedoelde als ik aandrong op goede trouw, op eer, op loyauteit. Dit bleek ook uit z'n schynbaaroprecht openbaren van zulke infamien. Hy was overigens volstrekt niet oprecht, maar die dingen vond-i de moeite van 't verbergen niet waard.

Ik heb onder z'n papieren 't concept van 'n brief gevonden, waarin hy aan iemand z'n hof maakt door my uitteschelden en zwart te maken, en ik weet zeker dat-i veel zulke brieven geschreven heeft! Dit belette hem niet te gelykertyd aan my de mooiste woordjes te geven.

15 Decr

Dit doet-i ook nu nog, en wel in twee brieven die ik van hem ontving. Hy is nam. weer vertrokken, en wel op 'n wys die myn verstand te boven gaat. Na in Aug. hier, van alles ontbloot te zyn aangekomen, en wel in gezelschap van 'n meisje - nee, alles te beschryven zou 'n werk wezen! Ik betaalde de kosten die hy voor die stumpert in 'n logement (in drie logementen!) gemaakt had, en zond haar naar huis. Gelukkig was ze 'n Duitsche, zoodat ik haar slechts reisgeld hoefde te geven tot [3.] tot: oorspr. stond er naar. Carlsruh. Z'n goed was te Munchen achtergebleven. Ik betaalde ook daar. Later kwamen er uit Venetie 'n paar kisten met boeken die ik weken aan 't station moest laten staan omdat ik de vracht niet betalen kon.

Na ryp overleg besloten wy onder zyn luide toejuiching dat ik hem klaar zou maken om 'n (duitsche?) universiteit te bezoeken. Hy weet veel, (of velerlei) en had van kindsaf veel neiging voor anatomie, pathologie &c, waarin hy dan ook ver genoeg is om zich by velen als geleerd voortedoen. Ik onthoud me van juiste schatting zyner kennis. Maar zeker was-i zeer ten achteren in schoolsche wetenschap, en hy zou by jongelui 'n mal figuur maken. Dàt wou ik hem doen inhalen, en hy was daarmee ingenomen.

Na afspraak met Mimi, besloot ik [4.] besloot ik: oorspr. stond er besloten wy. hem met vriendelykheid te behandelen. Ja, ‘na afspraak’. Want waarlyk, ik wist niet wat m'n plicht was. Na 't nu weer gebeurde te Venetie (en na alles wat ik van, en dóór, hem, ondervond!) ware ik misschien in m'n recht geweest hem de deur te wyzen. Dit zou me veel gekost hebben en ik was bly dat ik, gaarne zacht zynde, tevens begreep dat dit de eenig mogelyke manier was die tot verbetering leiden kon. Ik ben nu betrekkelyk tevreden dat ik in geen geval de ellendige toekomst die ik voorzie hoef toeteschryven aan verkeerde behandeling. Want ook te zacht ben ik reeds dáárom niet geweest, dat er by hem, naar aanleiding van z'n gedrag hier, geen strengheid zou te pas gekomen zyn. Ik had geen gelegenheid om streng te zyn. Hy was (of hield zich) vriendelyk, hulpvaardig, in een woord: de welwillendheid zelf. Aan uitgaan dacht-i niet. Wy moesten hem zeggen: ‘hé, ga nu toch eens 'n wandeling maken’ of: ‘heb je ook pleizier eens 'n duitsche Kneipe te zien.’ e.d. Ik wond me soms op tot iets als vroolykheid, maar hy bleef even stemmig. De eenige keer dat ik hem beknord heb, was juist over dat ouwemanachtige. Z'n bescheidenheid en z'n beleefdheid liepen in 't irritante en meermalen moest ik hem zeggen: ‘wees toch wat eigener, wat meer op je gemak.’ Mimi behandelde hem allerliefst, en hy bleef altyd even beleefd. (op z'n fransch, of italiaansch, denk ik, met ‘pardon’ tot in 't oneindige.) Nu ja, beleefd, maar van hartelykheid geen spoor! Hoe dit zy, gedurende z'n heel verblyf hier, heb ik geen andere aanmerkingen op hem te maken dan die verregaande onberispelykheid. Wel stuitte het my, daar ik toch zoo goed wist dat-i te Venetie ànders had huis gehouden, maar ik ben myn voornemen getrouw gebleven hem hier niet te kapittelen. Ik was te bang hem aftestooten. Toch zeiden wy (M en ik) honderdmaal: heb je begrip van zóó'n dorheid.

By z'n komst had-i beweerd korrespondent van 'n Courant te zyn, waarvoor hy 100 fr. smaands krygen zou. Dit bleek niet waar te zyn of althans niet geheel waar. Heel op 't laatst van z'n verblyf merkten wy dat-i 'n paar voddige artikeltjes naar Palermo zond (niet de Venetiaansche courant waaraan hy gezegd had verbonden te zyn.) Toen die nummers kwamen liet hy me zyn artikeltjes lezen. Ik was er verlegen mee, maar kon me toch niet vermannen om ze te pryzen. ('t Waren zoo licht en dicht praatjes als in den Figaro.) Ik zei er dus niet veel van, maar drong vriendelyk aan op goed studeren, om spoedig klaar te zyn voor 'n akademie.


(Je moet weten dat ik 't er voor houd dati, eerst de propaedeutische beginselen dóór zynde, zeer spoedig zou kunnen promoveeren. Maar... die beginselen!)

Dat plan om te studeeren, en bovendien z'n heele verblyf by ons, dwong ons te verhuizen. Daartoe was nòg 'n reden. Ik drong sedert den dood myner vrouw by Nonni aan, by ons te komen, ten-einde den treurigen breuk te heelen die dat noodlottig vertrek naar Italie veroorzaakt had. Maar Nonni, door hollandsche invloeden tegen Mimi opgestookt, bleef weg. 't Voorwendsel was de Kunst, de Kunst! (Iets als de zotte praatjes van Cremer in ‘Boer en Edelman.’ Ik hoor nòg Mevr. Kleine zooals ze in de bespottelyke rol van dien jongen student, het woord Khhhhunst! uitsprak. Die ‘Khunst’ bestond in 't maken van kleine poppetjes. Of Nonni's ‘Kunst’ iets meer beteekent, zal de tyd leeren. Ik vrees van neen! Het oordeel van haar italiaansche omgeving, met signori professore en al, is me niets waard. Enfin!)

Welnu, hoe bitter my Nonni's afwezigheid viel, ik kon niet zoo sterk aandringen op haar komst als ik anders wel zou gedaan hebben:

1o Omdat ik me niet wou blootstellen aan later [5.] later: oorspr. stond er haar. verwyt dat ik oorzaak was van 't afbreken harer ‘studien in de Kunst.’
2o en voornamelyk: omdat ik geen plaats voor haar had!

En, ronduit gezegd, by 't vasthouden aan 't plan om Eduard zacht te behandelen, speelde ook de hoop 'n rol dat hy, getroffen door wat we voor hem deden, háár lust zou inboezemen om ook hier te komen. M'n kinderen kennen my niet, en zien me misschien voor 'n brombeer aan. Dit ben ik niet. Ik leef op als ik vriendelyk en zacht wezen kan, en houd er van dat alles om my heen tevreden en vroolyk is.

Hoe dit zy, M. en ik behandelden Eduard zooals hy zeker nooit behandeld is, en zoo als hy niet verdiende! Hy beantwoordde alles met - hoe zal ik zeggen? Nu dan, hy uitte z'n dankbaarheid als 'n hofman. 't Was of-i z'n woorden en frazen uit 'n manuel de bienséance [6.] manuel de bienséance: handboek voor étiquette (fr.) gehaald had. Verbeelje, smorgens en savends begroette hy ons met 'n buiging! Ik kon niet zoo fideel en makkelyk zyn dat-i uit z'n tred ging, en tusschenbeiden vroegen M en ik elkaar of-i ons voor den mal hield? Tot 'n vertrouwelyke uiting kwam het nooit! Als hy iets vertelde uit z'n vroeger leventje was 't altyd geheimzinnig, in afgebroken volzinnen. Sterk aandringen wou ik niet, alweer om hem niet afteschrikken, en om niet in zyn oogen den groot-inkwisiteur te spelen. Hoogstens deed ik dan 'n paar eenvoudige vragen om hem op den weg te brengen, en dikwyls vertelde ik iets dat my aanging, en wel op allerfideelsten toon, maar niets mocht baten. Hy was en bleef gesloten. Eens, na beraad alweer (verbeelje wat 'n omgang!) riep ik hem by me en zei zoo vriendelyk mogelyk: hé, ik moet je eens wat zeggen, kerel. Je schynt 'n systeem te hebben van achterhoudendheid. Ik geloof dit niet aan je verdiend te hebben...

- O, neen, volstrekt niet!

- Goed, maar ik wil niet van myzelf spreken. Ik wou je 'n opmerking maken in je eigen belang. Weet je wel dat die terughouding, dat geslotene - de franschen zouden 't ‘sournois’ noemen - je benadeelt?

- Hé, ik ben niet terughoudend.

- Ik vind van wel. Maar soit! Ik wou je maar zeggen dat anderen zich van jou zullen afwenden als ze merken dat jy je zoo alleen met jezelf bezig houdt. Egoïsme, goed!


(hy had me eens de bekende gemeenplaatsen over 't noodzakelyke van egoisme opgediend)

Egoïsme, goed! Maar 't is 'n verkeerd egoïsme als men zich zóó gedraagt dat niemand met je te doen wil hebben.

Op allerbeleefdste wys verzekerde hy my dat ik volkomen gelyk had. En daarby bleef het.

Om hem op de zachtste wys te dwingen tot het schoolsche dat by 't leeren van beginselen onmisbaar is, sprak ik met Mimi af dat zy mee zou leeren. Dit moest hem 'n spoorslag zyn om niet achter te blyven. Ook droeg zy (byna 40) nu, de gêne mèt hem die ik voorzag van 't kinderachtige vanbuiten leeren, &c. Vermeden kan dit niet worden. En dat valt moeielyk als men geen kind meer is! Dat meedoen van Mimi zou hem dus aansporen! Jawel! Hy deed wat ik hem uitdrukkelyk zeide, maar meer ook niet, en 't scheelde veel dat-i Mimi vooruit zou zyn, terwyl zy toch allerlei ander werk, en hy niets te doen had!

Z'n bescheidenheid was hinderlyk in 't dagelyksche. Hy nam geen stukje brood zonder verlof gevraagd te hebben, schoon we natuurlyk telkens zeiden: ben je gek, jongen, 't staat er immers voor! Maar dat ik om zynentwil verhuisd was, en tot aanschaffing van wat meubels in die grotere woning me in schulden had gestoken, scheen hem niet te treffen. Ook niet dat ik geld naar Venetie moest zenden, naar Munchen, en allerlei van dien aard! Eens, toen er geen cent in huis was, liet ik hem twee zilveren kransen zien die ik in Holland gekregen had, en zei dat ik die verkoopen moest. (wat ik ook gedaan heb! Voor 72 Mark, n.b!) Hy gaf niet 't minste blyk van gevoeligheid.


(Dit bewyst dat-i niet in gewonen zin 'n huichelaar is. Een huichelaar kent het goede, en wendt het voor. E. schynt het niet te kennen. Daarom zei ik: ‘zedelyk kleurenblind.’
Eéns slechts gaf-i 'n klein blyk van wat goeds. De man onder ons had 'n slang gevonden ('n onschadelyk mooi diertje) en wist niet hoe hy hem behandelen moest. Het beest was verkleumd en had behoefte aan ander voedsel dan die man 'm geven wou. Door Eduard's voorlichting werd de slang in de warmte gezet, en kreeg hy 'n stukje vleesch. Hierover verheugde hy zich, en nog vraag ik of de hoofdoorzaak niet lag in tevredenheid over 't plaatsen van z'n zoölogische kennis? Nooit tenminste gaf hy 't minste blyk dat-i deel nam in myn positie. Alweer 'n bewys dat-i geen huichelaar is in gewonen zin. Dit zou hem te veel moeite wezen!

Hy gaat niet verder dan alles toetestemmen wat men zegt, en by alles 'n vriendelyk gezicht te zetten. En zelfs in dat kwasi-goed-moedige was hy bespottelyk dom, zoodat ik telkens aan krankzinnigheid moest denken. 't Is 'n paar maal gebeurd dat-i op-eens van opinie veranderde, en toen we hem naar de reden vroegen, antwoordde: ‘och, ik wou eerst hooren hoe jelui er over dacht, want zie je, men moet nooit iemand tegenspreken!’ Toen we hem hierop zeiden dat z'n opinie dan ook niet de minste waarde had, zweeg hy. 't Was onmogelyk over zoo-iets met hem in gesprek te komen. Al wat we zeiden, stemde hy terstond toe, en we waren even ver als te voren.-

We gingen voort met hem allervriendelykst te behandelen. Den 29 Novr smorgens vroeg, kwam M. my met schrik berichten: ‘God, Eduard is weg!’ Er was volstrekt niets voorgevallen dat ons hierop had kunnen verdacht maken. Hy liet 'n brief achter vol vriendelyke woordjes, en zei dat-i weer naar Italie ging, omdat hy nu weer 'n gelegenheid had gevonden z'n eigen kost te verdienen.’ Maar... hy zei niet wàt? En... uit München zoudi nader schryven. Daar Nonni te München is, begreep ik dat-i niet rechtstreeks naar Italie gegaan was (waartoe hy dan ook zeker 't geld niet had, schoon ik ook niet weet vanwaar hy 't reisgeld had om naar Munchen te komen!) maar dat hy te Munchen halt houden, en daar ten laste van Nonni komen zou. Zeker is dit dan ook 't geval geweest (of nog?) want twee dagen na z'n vertrek ontving ik 'n postkaart van Nonni die zeer dringend om wat geld vroeg, (waarschynlyk om hem eten te bezorgen!) en weer eenige dagen daarna 'n brief van hèm, alweer vol lieve woordjes. Hy verzocht z'n achtergelaten koffer en waschgoed naar Munchen te zenden. Aan Nonni heb ik gezonden wat ik had, maar aan z'n verzoek om z'n koffer te zenden, kon en wilde ik niet voldoen. Ik kon niet om de vracht. En ik wilde niet omdat ik eindelyk moê was van zóó'n behandeling. Eenige maanden geleden zaten we in groote zwarigheid om z'n goed uit 'n hotel te Munchen te lossen en herwaarts te laten expedieeren. Dáárop volgde de moeielykheid om de vracht voor [7.] voor: oorspr. stond er van. z'n kisten met boeken te betalen. En nu weer alles wegtezenden, zonder dat ik weet: waarom of waarvoor? Ik was er beu van. Maar al had ik gewild, ik kon niet. Z'n koffer en boeken staan nog altyd hier. Ik heb nog niet den moed gehad z'n kamertje opteruimen. En, telkens sedert die 17 dagen schrik ik op als ik iets op den trap hoor. Ik denk nog altyd dat-i terug komen zal, zonder te weten of ik 't hopen moet. Hem beter behandelen dan we gedaan hebben, kunnen we niet, en ik weet met volle zekerheid dat géén behandeling in-staat is z'n hart te raken. Van zedelyke verplichting heeft hy niet het minste besef. Het ware te wenschen dat z'n krankzinnigheid (want dàt is het!) zich meer voordeed op 'n manier die door ieder begrepen werd. Zeker zit er menig dwaas achter slot of grendel op wien meer te rekenen valt dan op hem. Maar hy kan zich door wat brokstukken van wetenschap en geleerdheid zoo interessant voordoen, dat men scherper moet toezien dan de omgeving waarin hy tot nog toe verkeerde, schynt gedaan te hebben, om te weten dat er niets achter zit. Ook Teixeira de Mattos, de consul te Venetie, spreekt van z'n ‘talenten’. Men schynt in dat Italie met weinig tevreden te zyn. Hy merkte dat ik dit niet was, en waarschynlyk heeft dàt hem van hier gejaagd. Uit veel praatjes merkte ik dat men in Italie van mooi-praten, redekavelen, bonmots-verkoopen, oreeren &c &c 'n waar metier maakt. By z'n latynsche lessen woudi me altyd in plaats van 'n kort zakelyk antwoord op 'n vraag, 'n verhandeling in den maag stoppen. Ik moest me dan geweld aandoen om niet boos te worden. Toch heb ik nooit iets harders gezegd dan: ‘ho, ho, geen verhandeling, asjeblieft!’ En ik herhaalde m'n vraag. Dan volgde er meestal 'n lachend: ik weet het niet!-

En nog is de lyst van m'n verdrietelykheden niet ten einde. Nonni die volgens alle berichten (en tot nog toe ook volgens m'n eigen opmerkingen) 'n braaf meisje is, had me reeds uit Venetie herhaaldelyk over Eduard geschreven. Eens: ‘wy harmonieeren niet meer als vroeger. Hy heeft over eer, deugd, liefde, karakter geheel andere denkbeelden dan ik.’ Dit was de fatsoenlyke inkleeding van: ‘hy is 'n slechte jongen!’ Maar dit weet ik sedert jaren! Juist dáárom m'n gewurm om hem by me te krygen voor 't te laat wezen zou! Dáárom nam ik 't voorstel der Mult Commissie aan, in de meening dat men me inderdaad steunen wou! Ik had 'n zekere maat van onafhankelykheid noodig, vryheid van beweging om bytyds - De gevolgen van 't bedrog dier ‘vrienden’ zyn noodlottig voor me.

Vryheid van beweging! Die had ik ook in deze laatste weken niet! Zeker had ik naar Munchen moeten gaan, om zoo niet Eduard terug te halen, dan toch Nonni te beschermen tegen z'n infaam egoisme. Hy is in-staat 'n hotelhouder naar haar te verwyzen, om háár te dwingen hem geld te bezorgen. Zoo verklaar ik me ook de van haar ontv. briefkaart. En Nonni is tegen zyn dringen niet bestand! Dit bleek me helaas, uit 'n brief van haar aan hem (die 'n [8.] die 'n: oorspr. stond er waaruit. paar uur na z'n vertrek hier aankwam, en die ik openen moest!) en waaruit blykt dat hy haar gevraagd had hem geld te bezorgen om van hier te gaan! Ze kon het hem niet geven, maar... ze had er moeite voor gedaan! En wat me nu 't vreeselykst is, ten-gevolge dáárvan loop ik nu gevaar ook Nonni te verliezen. Behalve die briefkaart en 't bericht dat ze 't beetje geld dat ik zond, ontvangen had, verneem ik niets van haar! Ik telegrafeerde dat ze schryven zou, dat ze Eduard moest aanraden terug te keeren, dat de ellende en de schande die hy ons veroorzaken zou, niet te overzien was, en kreeg geen letter antwoord! Ik begryp de oorzaak wel, maar dit maakt de zaak niet beter. Zy is beschaamd dat ze van [9.] van: oorspr. stond er hem. z'n plan wist en 't my niet meedeelde, zy die zoo bly was dat-i ‘studeeren’ zou, en die me den raad gaf ‘hem toch streng onder opzicht te houden’. Het besef harer medeplichtigheid drukt haar. En my ook. Wat Eduard haar kan hebben wys gemaakt om z'n weggaan te rechtvaardigen, is my 'n raadsel! Ik gis dat hy 't afgezaagde praatje zal hebben gebruikt dat hy niet overweg kon met Mimi. Dit is wel 'n infame leugen maar kàn misschien by Nonni ingang gevonden hebben, daar ze sints jaren door Hollandsche relaties tegen Mimi is opgestookt. De klacht over booze stiefmoeders is 'n welkome gemeenplaats. Mimi was engelachtig voor Eduard, en hyzelf erkent dit in z'n beide brieven. Heeft hy, in weerwil daarvan zich beklaagd? Ik weet dat-i er toe in-staat is. Misschien ook heeft-i voorgewend dat hy ons niet tot last wezen wou. Ook dit zou 'n leugen zyn want z'n bescheidenheid bepaalde zich tot geheel onnoodige lieve beleefde woordjes. In der daad bleek me dat-i er volstrekt geen gevoel voor had dat we in bekrompen omstandigheden zaten. Hy wist dat we om zynentwil verhuisden, en N.B. met verantwoordelykheid voor 6/m huur in de vorige woning! Ook dat we door dat verhuizen genoodzaakt waren eenige meubels te bestellen. Nooit bleek er dat-i zich dat alles aantrok. In geen enkel opzicht nam hy notitie van m'n toestand, van m'n zorgen, van m'n verleden, van m'n toekomst. Hy gaf zich zelfs niet de moeite m'n werken te lezen. Wat hy aan Non kan hebben opgegeven als oorzaak van z'n vertrek, blyft me 'n raadsel.

Vandaag schryf ik haar weer! Eén woord slechts, en dan niet meer. Waar Eduard nu is, weet ik niet! God weet waar hy zwerft, en hoe! Beurtelings ben ik bedroefd en kwaad. Maar er is nog 'n ander gevoel dat me erger martelt het is de voortdurende angst voor wat ik nu van hem, of over hem zal moeten hooren! Dat hy om zich, by wien ook, aangenaam te maken, my zwart maakt, weet ik by ondervinding! Voor 5 franc zou hy 'n verklaring teekenen dat ik hem de deur heb uitgejaagd, slecht behandeld, al wat men maar wil. Ook weet ik dat er V. Vlotens zyn die op zulke dingen azen. Wat moet ik doen? Misschien was ik aan mezelf verplicht iets over die zaak te publiceeren. Maar eensdeels zou me dit zoo bitter zyn en ten andere, dan had ik 't reeds voor jaren moeten doen. De slag die my door de V. Vlotensche taktiek is toegebracht, is tòch geslagen! En om alles optehelderen zou ik nog veel meer moeten aanroeren dan nu in dezen brief! Dat kan ik niet! Het nu gebeurde is slechts 'n klein deel, 'n staartje, van de gebeurtenissen die my getroffen hebben.

Zeker ware er 'n eenigszins betere loop aan de zaak gegeven als ik den 29 november terstond naar Munchen gegaan was. Maar dat kon ik niet. Het eenige wat ik nu kan, is u den brief van Teixeira de Mattos te zenden (die sedert 23 septr in 'n aangeteekend couvert in m'n laadje ligt en dien ik toen niet verzond omdat het me te zéér deed) en tevens de beide brieven die we van Eduard hebben. De eerste schynt hy nog te Wbaden geschreven te hebben.

M'n bedoeling met het zenden van die stukken is volstrekt niet de zaken publiek te maken, maar U in-staat te stellen tot 'n eenvou-dig démenti, [10.] démenti: weerlegging (fr.) als u te oore mocht komen dat die ontaarde jongen ons belastert. Geef in zoo'n geval asjebl. geen inlichting die hèm bezwaart, of althans geen byzonderheden over hem. t Is er my alleen om te doen dat er althans iemand is die waar 't tepas komt my beschermen kan tegen de gevolgen van deze zaak. Nog eens; niet in byzonderheden! Dan immers deed ik beter alles te publiceeren en dit wil ik juist niet. Ik wenschte maar dat ge by zekere gelegenheden op ernstige wys zeide: ge zyt verkeerd ingelicht! Of: ik weet meer van die zaak, en verzeker U dat je 't mis hebt!-

Het schryven van dezen brief heeft me veel gekost, maar 't moest! Sedert vele jaren had ik 100 maal aanleiding tot zoo-iets, en altyd stuitte het my. Ik verzeker u dat ik dozynen brieven, half of heel àf, verscheurd heb.

Want denk niet dat het nu meegedeelde op zichzelf staat! Sedert lang was m'n leven 'n doorgaande marteling.

Adieu beste kerel, wees hartelyk gegroet van

tt

DouwesDek

Mimi was erg in haar schik met het honorarium voor 't stuk over Marpingen. Ze bedankt je wel.