Ideën, eerste bundel
307.
De leden der gemeenteraden in Nederland worden niet betaald. 't Is er ook naar. Ik geloof dat niets duurder uitkomt dan onbetaalde dienst.
Die lui doen dat voor de eer, zegt men. Dan zyn ze, in Amsterdam althans, met weinig tevreden. Dat moet ik erkennen.
Onlangs las ik in 'n klein - dikwyls geestig, en daarom in Holland niet geacht - blaadje, dat de burgery in die stad, stipt genomen, recht hebben zou te hoop te lopen, naar 't stadhuis te gaan, en de raadsleden met toebehoren - d.i. met al hun plichtvergeten vroomheid en fatsoenlykheid - 't venster uit te gooien. Evenals dat blaadje, raad ik dit af. 't Mocht eens 'n onschuldigen voorbyganger treffen.
Maar hierin ben ik 't met dat blaadje volkomen ééns, dat de goeie burgery eigenlyk recht hebben zou tot zo'n executie.
Neen, toch niet! Die burgery kóós immers meneer die en meneer die? Den burgemeester alleen heeft ze aan den Koning te wyten. De rest is eigen kiesfabrieks-werk.
Geen lid in den raad, of er is eenmaal uitgebazuind dat die man nu eerst recht hartelyk de belangen zou voorstaan van die lieve goeie stad!