Volledige Werken. Deel 21. Brieven en dokumenten uit de jaren 1881-1882
[3 januari 1881 Brief van C. Vosmaer aan Multatuli en Mimi]
[6 januari 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[7 januari 1881 Advertentie voordracht Rotterdam (I)]
[8 januari 1881 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[8 januari 1881 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas]
[8 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[9 januari 1881 Advertentie voordracht Amsterdam]
[9 januari 1881 Advertentie voordracht Tiel]
[9 januari 1881 Brief van Multatuli aan T. van der Tuuk]
[9 januari 1881 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[10 januari 1881 Voordracht te Rotterdam]
[10 januari 1881 Aantekeningen voordracht]
[11 januari 1881 Verslag voordracht Rotterdam in Nieuwe Rotterdamsche Crt]
[11 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[11 januari 1881 Brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[11 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[11 januari 1881 Brief van Multatuli aan J.G. Robbers]
[12 januari 1881 Advertentie voordracht Delft]
[12 januari 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[12 januari 1881 Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[12 januari 1881 Voordracht te Amsterdam]
[12 januari 1881 Aantekeningen voordracht]
[12 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[12 januari 1881 Verslag voordracht Rotterdam in Rotterdamsch Nieuwsblad]
[13 januari 1881 Voordracht te Leiden]
[13 januari 1881 Aantekeningen voordracht]
[14 januari 1881 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[14 januari 1881 Verslag voordracht Amsterdam in Algemeen Handelsblad]
[14 januari 1881 Verslag voordracht Amsterdam in Het Nieuws van den Dag]
[14 januari 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[14 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[14 januari 1881 Voordracht te Delft]
[15 januari 1881 Verslag voordracht Leiden in Leidsch Dagblad]
[15 januari 1881 Advertentie voordracht Dordrecht]
[15 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[15 januari 1881 Verslag voordracht Leiden in Leidsche Crt.]
[15 januari 1881 Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[15 januari 1881 Brief van Mimi aan D.R. Mansholt]
[15 januari 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[16 januari 1881 Advertentie voordracht Breda]
[16 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[17 januari 1881 Advertentie voordracht Schiedam]
[17 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[18 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[18 januari 1881 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[18 januari 1881 Herinnering W.L. Penning aan voordracht Schiedam]
[18 januari 1881 Advertentie voordracht Zaltbommel]
[18 januari 1881 Voordracht te Schiedam]
[18 januari 1881 Aantekeningen voordracht]
[19 januari 1881 Verslag voordracht Leiden in Minerva]
[19 januari 1881 Advertentie voordracht Haarlem]
[19 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[20 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[20 januari 1881 Verslag voordracht Schiedam in Schiedamsche Crt.]
[20 januari 1881 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[21 januari 1881 Advertentie voordracht 's-Gravenhage]
[21 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[21 januari 1881 Voordracht te Haarlem]
[21 januari 1881 Herinneringen P.J. van Eldik Thieme aan voordracht Haarlem]
[22 januari 1881 Advertentie voordracht 's-Hertogenbosch]
[22 januari 1881 Brief van Multatuli aan C. Vosmaer]
[22 januari 1881 Voordracht te 's-Gravenhage]
[22 januari 1881 Aantekeningen voordracht]
[23 januari 1881 Verslag voordracht Rotterdam in Brielsche Crt.]
[23 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[23 januari 1881 Verslag voordracht Amsterdam in De Amsterdammer]
[24 januari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi en Wouter]
[24 januari 1881 Brief van Mimi aan Multatuli]
[24 januari 1881 Verslag voordracht Haarlem in Opregte Haarlemsche Crt.]
[25 januari 1881 Voordracht Dordrecht afgelast]
[25 januari 1881 Advertentie voordracht Middelburg]
[25 januari 1881 Verslag voordracht 's-Gravenhage in Het Vaderland]
[25 januari 1881 Briefkaart Multatuli aan Mimi]
[25 januari 1881 Voordracht te Breda]
[26 januari 1881 Telegram Multatuli aan Mimi]
[26 januari 1881 Voordracht te 's-Hertogenbosch]
[27 januari 1881 Voordracht te Middelburg]
[29 januari 1881 Verslag voordracht Middelburg in Middelburgsche Crt.]
[29 januari 1881 Verslag voordracht 's-Gravenhage in De Nederlandsche Spectator]
[30 januari 1881 Advertentie voordracht Gouda]
[31 januari 1881 Brief van Multatuli aan J.G. Robbers]
[2 februari 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[3 februari 1881 Advertentie voordracht Zutphen]
[3 februari 1881 Brief van Multatuli aan T. Tal]
[4 februari 1881 Brief van T. Tal aan Multatuli]
[4 februari 1881 Voordracht te Zaltbommel]
[5 februari 1881 Voordracht te Helmond]
[7 februari 1881 Advertentie voordracht Utrecht]
[7 februari 1881 Voordracht te Gouda]
[8 februari 1881 Advertentie en bericht voordracht Amersfoort]
[8 februari 1881 Brief van Multatuli aan J.L. Beijers]
[8 februari 1881 Voordracht te Utrecht]
[9 februari 1881 Verslag voordracht Utrecht in Utrechtsch Dagblad]
[9 februari 1881 Advertentie voordracht Hengelo]
[9 februari 1881 Advertentie voordracht Enschedé]
[9 februari 1881 Verslag voordracht Gouda]
[9 februari 1881 Voordracht te Amersfoort]
[10 februari 1881 Voordracht te Zutphen]
[10 februari 1881 Aantekeningen voordracht]
[10 februari 1881 Herinneringen J. de Meester aan voordracht Zutphen]
[11 februari 1881 Voordracht te Hengelo]
[12 februari 1881 Verslag voordracht Zutphen in Zutphensche Crt.]
[12 februari 1881 Verslag voordracht Amersfoort in Nieuwe Amersfoortsche Crt.]
[12 februari 1881 Voordracht te Enschedé]
[14 februari 1881 Briefkaart van Multatuli aan T. Tal]
[14 februari 1881 Verslag voordracht Zutphen in Zutphensche Crt. (vervolg)]
[15 februari 1881 Advertentie Th. Postma in Leeuwarder Crt.]
[15 februari 1881 Advertentie voordracht Dordrecht]
[16 februari 1881 Advertentie voordracht Arnhem]
[16 februari 1881 Verslag voordracht Hengelo en voordracht Enschedé in Tubantia]
[16 februari 1881 Voordracht te Dordrecht]
[17 februari 1881 Brief van Multatuli aan E. Douwes Dekker]
[17 februari 1881 Brief van Multatuli aan V. Bruinsma]
[18 februari 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[februari 1881 Brief van Multatuli aan J. van der Hoeven]
[19 februari 1881 Advertentie voordracht Dokkum]
[19 februari 1881 Advertentie voordracht Sneek]
[19 februari 1881 Brief van Multatuli aan C. Vosmaer]
[20 februari 1881 Brief van Multatuli aan een onbekende]
[21 februari 1881 Brief van Mimi aan C. Vosmaer]
[21 februari 1881 Brief van Multatuli aan J. van der Hoeven]
[21 februari 1881 Advertentie voordracht Harlingen]
[21 februari 1881 Bericht inzake voordracht Harlingen]
[21 februari 1881 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[23 februari 1881 Verslag voordracht Arnhem in Arnhemsche Crt.]
[23 februari 1881 Voordracht te Harlingen]
[24 februari 1881 Advertentie voordracht Leeuwarden]
[24 februari 1881 Advertentie voordracht Groningen]
[24 februari 1881 Voordracht te Leeuwarden]
[25 februari 1881 Verslag voordracht Harlingen in de Harlinger Crt.]
[25 februari 1881 Voordracht te Dokkum]
[26 februari 1881 Verslag voordracht Dokkum in Oostergo]
[26 februari 1881 Voordracht te Sneek]
[februari 1881 Brief van Mimi aan Multatuli]
[28 februari 1881 Verslag voordracht Leeuwarden in de Leeuwarder Crt.]
[28 februari 1881 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[28 februari 1881 Advertentie voordracht Scheemda]
[28 februari 1881 Voordracht te Groningen]
[28 februari 1881 Aantekeningen voordracht]
[1 maart 1881 Advertentie voordracht Assen]
[2 maart 1881 Verslag voordracht Groningen in Prov. Groninger Crt.]
[2 maart 1881 Verslag voordracht Sneek in de Sneeker Crt.]
[2 maart 1881 Voordracht te Sappemeer]
[2 maart 1881 Aantekeningen voordracht]
[3 maart 1881 Advertentie voordracht Schagen]
[3 maart 1881 Briefkaart van Multatuli aan J.H. de Haas]
[3 maart 1881 Voordracht te Veendam]
[4 maart 1881 Advertentie voordracht Deventer]
[4 maart 1881 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[4 maart 1881 Voordracht te Stadskanaal]
[5 maart 1881 Voordracht te Scheemda]
[6 maart 1881 Advertentie voordracht Nijmegen]
[7 maart 1881 Verslag voordracht Veendam in de Prov. Groninger Crt.]
[7 maart 1881 Advertentie voordracht Winschoten]
[7 maart 1881 Voordracht te Winschoten]
[8 maart 1881 Brief van Multatuli aan T. van der Tuuk]
[8 maart 1881 Verslag voordracht Sappemeer in de Prov. Groninger Crt.]
[8 maart 1881 Voordracht te Assen]
[9 maart 1881 Advertentie voordracht Zwolle]
[9 maart 1881 Bericht in Prov. Groninger Crt.]
[9 maart 1881 Verslag voordracht Winschoten in Prov. Groninger Crt.]
[9 maart 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[9 maart 1881 Voordracht te Zwolle]
[10 maart 1881 Brief van D.R. Mansholt aan H. de Raaf]
[10 maart 1881 Verslag voordracht Scheemda in Prov. Groninger Crt.]
[10 maart 1881 Voordracht te Deventer]
[11 maart 1881 Verslag voordracht Deventer in de Deventer Crt.]
[11 maart 1881 Verslag voordracht Zwolle in de Prov. Overijsselsche en Zwolsche Crt.]
[12 maart 1881 Advertentie voordracht Zaandijk]
[12 maart 1881 Verslag voordracht Winschoten in de Winschoter Crt.]
[maart 1881 Aantekeningen Vosmaer inzake Tandem]
[maart 1881 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[14 maart 1881 Voordracht te Nijmegen]
[14 maart 1881 Aantekening kassaboek De Harmonie]
[maart 1881 Advertentie voordracht Den Helder]
[15 maart 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[maart 1881 Brief van Wouter aan Multatuli]
[16 maart 1881 Verslag voordracht Groningen in Minerva]
[maart 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[16 maart 1881 Verslag van een voordracht over Multatuli in Minerva]
[17 maart 1881 Voordracht te Den Helder]
[18 maart 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[18 maart 1881 Advertentie voordracht Tiel]
[18 maart 1881 Voordracht te Schagen]
[19 maart 1881 Verslag voordracht Assen in de Prov. Drentsche en Asser Crt.]
[19 maart 1881 Advertentie voordracht Rotterdam (II)]
[19 maart 1881 Voordracht te Zaandijk]
[20 maart 1881 Verslag voordracht Schagen in de Schager Crt.]
[20 maart 1881 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[21 maart 1881 Voordracht op Texel]
[23 maart 1881 Verslag voordracht Zaandijk in de Zaanlandsche Crt.]
[23 maart 1881 Brief van Multatuli aan J. van der Hoeven]
[23 maart 1881 Voordracht te Rotterdam]
[23 maart 1881 Aantekeningen voordracht]
[24 maart 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[24 maart 1881 Telegram van Multatuli aan A. Merens]
[24 maart 1881 Verslag voordracht Rotterdam in de Nieuwe Rotterdamsche Crt.]
[26 maart 1881 Brief van G.L. Funke aan Mimi]
[26 maart 1881 Ingezonden brieven in de Zaanlandsche Crt.]
[27 maart 1881 Advertentie voordracht Gorkum]
[28 maart 1881 Voordracht te Gorkum]
[30 maart 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[30 maart 1881 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[30 maart 1881 Ingezonden Stuk in de Zaanlandsche Crt.]
[30 maart 1881 Voordracht te Sliedrecht]
[31 maart 1881 Verslag voordracht Gorkum in de Nieuwe Gorinchemsche Crt.]
[31 maart 1881 Voordracht te Tiel]
[2 april 1881 Verslag voordracht Tiel in de Nieuwe Tielsche Crt.]
[2 april 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[3 april 1881 Verslag voordracht Rotterdam in de Brielsche Crt.]
[4 april 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[6 april 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[6 april 1881 Ingezonden Stuk in de Zaanlandsche Crt.]
[7 april 1881 Advertentie voordracht Utrecht]
[8 april 1881 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[8 april 1881 Advertentie afgelasting voordracht Utrecht]
[9 april 1881 Ingezonden Stuk in de Zaanlandsche Crt.]
[9 april 1881 Brief van Multatuli aan J. Ensing]
[11 april 1881 Brief van Multatuli aan Mimi]
[12 april 1881 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[14 april 1881 Kaartje van G.C. de Haas-Hanau en haar dochter]
[18 april 1881 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[april 1881 Brief van H.C. de Wolff aan G.C. de Haas-Hanau]
[22 april 1881 Brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[30 april 1881 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[1 mei 1881 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[3 mei 1881 Brief van Multatuli aan S.E.W. Roorda van Eysinga]
[5 mei 1881 Brief van S.E.W. Roorda van Eysinga aan Multatuli]
[6 mei 1881 Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenberg v.d. Bosch]
[8 mei 1881 Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenberg v.d. Bosch]
[10 mei 1881 Brief van T.H. de Beer aan Multatuli]
[14 mei 1881 Brief van Multatuli aan V. en H. Bruinsma]
[15 mei 1881 Brief van W.L. Penning aan C. Vosmaer]
[21 mei 1881 Intrek in het huis Auf der Kreuzkirch]
[mei 1881 Herinneringen van Saalwachter, Hilgert en Sinning]
[23 mei 1881 Brief van Multatuli aan J. van der Hoeven]
[24 mei 1881 Brief van Multatuli en Mimi aan C. Merens-Hamminck Schepel]
[4 juni 1881 Briefkaart van T.H. de Beer aan Multatuli]
[4 juni 1881 Briefkaart van T.H. de Beer aan Multatuli]
[7 juni 1881 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[8 juni 1881 Brief van Multatuli aan T.H. de Beer
[9 juni 1881 Brief van T.H. de Beer aan Multatuli]
[13 juni 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[14 juni 1881 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]
[15 juni 1881 Brief van Multatuli aan T.H. de Beer]
[16 juni 1881 Briefkaart van Multatuli aan T.H. de Beer]
[17 juni 1881 Brief van Multatuli aan N. Braunius Oeberius]
[19 juni 1881 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]
[25 juni 1881 Brief van 8 juni aan T.H. de Beer in De Portefeuille]
[26 juni 1881 Brief van Multatuli aan J.G. Robbers]
[27 juni 1881 Briefkaart van G.L. Funke aan Multatuli]
[28 juni 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[28 juni 1881 Briefkaart van T.H. de Beer aan Multatuli]
[29 juni 1881 Artikel in Het Nieuws van den Dag]
[29 juni 1881 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]
[30 juni 1881 Telegram van Multatuli aan T.H. de Beer]
[juli 1881 Brief van T.H. de Beer aan A.S. Kok]
[1 juli 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[1 juli 1881 Brief van T.H. de Beer aan Multatuli]
[2 juli 1881 Twee artikeltjes in Uilenspiegel]
[2 juli 1881 Bericht in Het Nieuws van den Dag]
[2 juli 1881 Brief van Multatuli aan T.H. de Beer]
[2 juli 1881 Bericht van T.H. de Beer in De Portefeuille]
[3 juli 1881 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]
[3 juli 1881 Briefkaart van Multatuli aan T.H. de Beer]
[3 juli 1881 Brief van T.H. de Beer aan Multatuli]
[4 juli 1881 Briefkaart van Multatuli aan T.H. de Beer]
[4 juli 1881 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[5 juli 1881 Briefkaart van Multatuli aan T.H. de Beer]
[6 juli 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[9 juli 1881 Brief van Multatuli aan T.H. de Beer in De Portefeuille]
[10 juli 1881 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[11 juli 1881 Briefkaart van T.H. de Beer aan Multatuli]
[19 juli 1881 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[20 juli 1881 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[23 juli 1881 Artikel van G.J.P. de la Valette in De Portefeuille]
[Herinneringen G.J.P. de la Valette]
[25 juli 1881 Brief van Multatuli aan J.G. Robbers]
[26 juli 1881 Opdracht in exemplaar Vorstenschool]
[1 augustus 1881 Brief van S.E.W. Roorda van Eysinga aan Multatuli]
[2 augustus 1881 Brief van Multatuli aan J.G. Robbers]
[5 augustus 1881 Brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[5 augustus 1881 Briefkaart van Multatuli aan T.H. de Beer]
[6 augustus 1881 Brief van Multatuli aan J.B.H. Bremer]
[14 augustus 1881 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[17 augustus 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[17 augustus 1881 Multatuli's kleinzoon Guido Bassani geboren]
[21 augustus 1881 Brief van Multatuli aan E. Douwes Dekker]
[24 augustus 1881 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]
[26 augustus 1881 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]
[27 augustus 1881 Briefkaart van G.L. Funke aan Multatuli]
[28 augustus 1881 Brief van Mimi aan W.A. Paap]
[31 augustus 1881 Briefkaart van Multatuli aan T.H. de Beer]
[31 augustus 1881 Brief van Multatuli aan E. Douwes Dekker]
[31 augustus 1881 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[31 augustus 1881 Briefkaart van Multatuli aan G.L. Funke]
[1 september 1881 Betaling Tandem door M.J. de Witt Hamer]
[6 september 1881 Brief van Multatuli aan V. en H. Bruinsma]
[13 september 1881 Brief van Multatuli aan E. Douwes Dekker]
[13 september 1881 Brief van Multatuli aan M.J. de Witt Hamer]
[26 september 1881 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[1 oktober 1881 Brief van Multatuli aan een onbekende]
[2 oktober 1881 Brief van Mimi en Multatuli aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[4 oktober 1881 Bericht J. Muusses & Co. in het Nieuwsblad voor den boekhandel]
[7 oktober 1881 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[8 oktober 1881 Ingezonden Brief in De Nederlandsche Spectator]
[oktober 1881 Circulaire boekhandel 5e druk Max Havelaar]
[10 oktober 1881 Brief van Mimi en Multatuli aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[10 oktober 1881 Brief van Wouter aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[12 oktober 1881 Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenberg v.d. Bosch]
[13 oktober 1881 Brief van Multatuli aan A.D. Baron van Verschuer]
[14 oktober 1881 Advertentie in het Nieuwsblad voor den boekhandel]
[15 oktober 1881 Brief van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[16 oktober 1881 Brief van Multatuli en Mimi aan E. Douwes Dekker en T.C. Douwes Dekker Heijning]
[18 oktober 1881 Brief van D.J. Korteweg aan Multatuli]
[18 oktober 1881 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[20 oktober 1881 Briefkaart van Multatuli aan D.J. Korteweg]
[20 oktober 1881 Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[20 oktober 1881 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[21 oktober 1881 Brief van Multatuli aan V. Bruinsma]
[21 oktober 1881 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[21 oktober 1881 Brief van Wouter aan E. Douwes Dekker en T.C. Douwes Dekker-Heijning]
[23 oktober 1881 Briefkaart van Multatuli aan E. Douwes Dekker]
[23 oktober 1881 Briefkaart van Multatuli aan J.H. de Haas]
[25 oktober 1881 Brief van Multatuli aan G.L. Funke]
[25 oktober 1881 Briefkaart van Multatuli aan W.A. Paap]
[26 oktober 1881 Brief van D.R. Mansholt aan H. de Raaf]
[27 oktober 1881 Brief van G.L. Funke aan Multatuli]
[27 oktober 1881 Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[29 oktober 1881 Brief van Multatuli aan E. Douwes Dekker en T.C. Douwes Dekker-Heijning]
[31 oktober 1881 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[1 november 1881 Vijfde druk Max Havelaar]
[2 november 1881 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[4 november 1881 Telegram van Multatuli aan Maatschappij Elsevier]
[9 november 1881 Brief van Multatuli aan G.J.P. de la Valette]
[9 november 1881 Bespreking Max Havelaar in de Arnhemsche Crt.]
[11 november 1881 Brief van Multatuli aan E. Douwes Dekker en T.C. Douwes Dekker-Heijning]
[12 november 1881 Bericht over 5de druk Max Havelaar in De Nederlandsche Spectator]
[december 1881 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[1 december 1881 Brief van G.C. de Haas-Hanau aan Mimi]
[6 december 1881 Advertentie in de Arnhemsche Crt.]
[6 december 1881 Brief van Multatuli aan E. Douwes Dekker]
[13 december 1881 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[25 december 1881 Redaktioneel schrijven in het Algemeen Handelsblad]
[25 december 1881 M.T.H. Perelaer in het Algemeen Handelsblad]
[28 december 1881 Brief van Multatuli aan H.L.F. Pisuisse]
[28 december 1881 Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenberg v.d. Bosch]
[28 december 1881 Brief van Multatuli aan V. Bruinsma]
[29 december 1881 Brief van Multatuli aan J.M. Haspels]
[december 1881 Brief van Multatuli aan J. Versluys]
[29 december 1881 Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenberg v.d. Bosch]
[1881 Aantekeningen in het Memoriaal]
[Ongedateerde aantekeningen inzake de voordrachten 1878-1881]
Overzicht van de in 1881 door Multatuli gehouden voordrachten
[1 januari 1882 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[2 januari 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[2 januari 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[8 januari 1882 Artikel over Lebak in De Amsterdammer]
[8 januari 1882 Brief van Multatuli aan J.A. Roessingh van Iterson]
[8 januari 1882 Briet van G.C. de Haas-Hanau aan J.M. Haspels]
[11 januari 1882 Briefkaart van Multatuli aan V. Bruinsma]
[16 januari 1882 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[21 januari 1882 Artikel van C. Vosmaer in De Nederlandsche Spectator]
[22 januari 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[23 januari 1882 Brief van J.A. Roessingh van Iterson aan D.J. Korteweg]
[23 januari 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[29 januari 1882 Artikel van V. Bruinsma in De Amsterdammer]
[29 januari 1882 Brief van C.J.H. van den Broek aan V. Bruinsma]
[30 januari 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[30 januari 1882 Brief van S. Katz aan V. Bruinsma]
[30 januari 1882 Briefkaart van J. Blankman aan V. Bruinsma]
[31 januari 1882 Briefkaart van W.H. van Heijningen Jr. aan V. Bruinsma]
[januari 1882 Brochure van M.T.H. Perelaer]
[3 februari 1882 Brief van M.T.H. Perelaer aan V. Bruinsma]
[februari 1882 Ontwerp circulaire]
[4 februari 1882 Brief van D.J. Korteweg aan P.A. Tiele]
[5 februari 1882 Ingezonden Brief in De Amsterdammer]
[5 februari 1882 Artikel in de Kamper Crt.]
[februari 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[6 februari 1882 Brief van C.J.H. van den Broek aan V. Bruinsma]
[6 februari 1882 Brief van J. Deutz aan V. Bruinsma]
[6 februari 1882 Brief van J.A. Roessingh van Iterson aan A.S. Kok]
[7 februari 1882 Briefkaart van C. Vosmaer aan V. Bruinsma]
[Februari 1882 Brief van J. Versluys aan een onbekende]
[8 februari 1882 Brief van D.J. Korteweg aan P.A. Tiele]
[8 februari 1882 Brief van Edu aan een onbekende]
[8 februari 1882 Artikel in het Dagblad]
[9 februari 1882 Brief van M.T.H. Perelaer aan V. Bruinsma]
[9 februari 1882 Brief van M.T.H. Perelaer aan J.A. Roessingh van Iterson]
[9 februari 1882 Brief van J.A. Roessingh van Iterson aan A.S. Kok]
[9 februari 1882 Brief van Multatuli aan J.H. de Haas en G.C. de Haas-Hanau]
[10 februari 1882 Brief van W.J. Vervloet aan J.A. Roessingh van Iterson]
[11 februari 1882 Brief van W.H. van Heijningen Jr. aan V. Bruinsma]
[11 februari 1882 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[11 februari 1882 Briefkaart van F. van der Goes aan V. Bruinsma]
[11 februari 1882 Brief van J.M. Haspels aan V. Bruinsma]
[11 februari 1882 Brief van J. Manuel Engelbrecht aan De Amsterdammer]
[11 februari 1882 Brief van Mimi aan G.C. de Haas-Hanau]
[februari 1882 Portret van Wouter Bernhold]
[12 februari 1882 Brief van D.J. Korteweg aan P.A. Tiele]
[12 februari 1882 Artikel van V. Bruinsma in De Amsterdammer]
[12 februari 1882 Brief van P.W. van Gelderen aan V. Bruinsma]
[12 februari 1882 Brief van J.H. Geraets Jr. aan V. Bruinsma]
[12 februari 1882 Briefkaart van J.R. van Minden aan V. Bruinsma]
[12 februari 1882 Briefkaart van J. Vonk aan V. Bruinsma]
[12 februari 1882 Briefkaart van A. v. Baalen en A. Dorsman aan V. Bruinsma]
[12 februari 1882 Brief van J.A. Roessingh van Iterson aan D.J. Korteweg]
[12 februari 1882 Artikel in de Kamper Crt.]
[13 februari 1882 Brief van J. Eekhof aan V. Bruinsma]
[13 februari 1882 Briefkaart van W.N. de Brakke aan V. Bruinsma]
[13 februari 1882 Briefkaart van J. Jeronimo de Vries aan V. Bruinsma]
[13 februari 1882 Briefkaart van P.W. Gosler aan V. Bruinsma]
[13 februari 1882 Brief van B.v. Ommeren aan V. Bruinsma]
[13 februari 1882 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[13 februari 1882 Briefkaart van Van den Berg aan V. Bruinsma]
[13 februari 1882 Brief van P.C. Vis aan V. Bruinsma]
[14 februari 1882 Brief van A.A. van Elk aan V. Bruinsma]
[14 februari 1882 Brief van J.H.C. Kern aan P.A. Tiele]
[14 februari 1882 Briefkaart van S.T.A.D. van de Berg aan V. Bruinsma]
[15 februari 1882 Brief van P.F. Vos aan V. Bruinsma]
[15 februari 1882 Briefkaart van N. Middelkoop aan V. Bruinsma]
[15 februari 1882 Briefkaart van M. Duparc aan V. Bruinsma]
[15 februari 1882 Briefkaart van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[15 februari 1882 Brief van J.C. de Vos aan J. Versluys]
[februari 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[15 februari 1882 Briefkaart van G.P. Rouffaer aan V. Bruinsma]
[15 februari 1882 Koncept-brief van D.J. Korteweg aan J.A. van den Broek]
[15 februari 1882 Brief van F. van der Goes aan V. Bruinsma]
[15 februari 1882 Brief van Multatuli aan D.R. Mansholt]
[februari 1882 Brief van W.H. van Dissel aan V. Bruinsma]
[februari 1882 Brief van Utrechtse studenten aan V. Bruinsma]
[16 februari 1882 Brief van P. Hulst aan V. Bruinsma]
[16 februari 1882 Brief van J.A. van den Broek aan D.J. Korteweg]
[17 februari 1882 Brief van J.H. Anschütz aan V. Bruinsma]
[17 februari 1882 Briefkaart van J. Hobbel aan V. Bruinsma]
[18 februari 1882 Brief van Multatuli aan M.C. van der Hoeven-Meyer]
[19 februari 1882 Briefkaart van G. Heymans aan V. Bruinsma]
[19 februari 1882 Brief van D.J. Korteweg aan P.A. Tiele]
[19 februari 1882 Koncept-brief van D.J. Korteweg aan A. des Amorie van der Hoeven]
[19 februari 1882 Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
[19 februari 1882 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[19 februari 1882 Artikel in de Kamper Crt.]
[20 februari 1882 Brief van P.F. Abell aan V. Bruinsma]
[20 februari 1882 Briefkaart van H.P. Grothe aan V. Bruinsma]
[20 februari 1882 Briefkaart van M.J. de Marees van Swinderen aan V. Bruinsma]
[20 februari 1882 Briefkaart van A.J. Fraens aan V. Bruinsma]
[20 februari 1882 Brief van C. van Nievelt aan het comité Huldeblijk]
[20 februari 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[21 februari 1882 Briefkaart van J. de Koo aan V. Bruinsma]
[21 februari 1882 Brief van A. des Amorie van der Hoeven aan D.J. Korteweg]
[23 februari 1882 Briefkaart van Vreedenberg aan V. Bruinsma]
[23 februari 1882 Brief van Multatuli aan G.J.P. de la Valette]
[24 februari 1882 Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[25 februari 1882 Brief van J.W. van Wijhe aan V. Bruinsma]
[26 februari 1882 Brief van J. Rietsema aan V. Bruinsma]
[26 februari 1882 Artikel W.B. Bergsma in De Amsterdammer]
[27 februari 1882 Artikel in de Provinciale Groninger Crt.]
[27 februari 1882 Brief van A.W. Tresling aan V. Bruinsma]
[27 februari 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[27 februari 1882 Brief van Multatuli aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[28 februari 1882 Brief van Multatuli aan J.B.H. Bremer en C. Bremer-Snelleman]
[28 februari 1882 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[maart 1882 Artikel van P. Westra in Noord en Zuid]
[maart 1882 Brief van J.W.E. Duitz aan V. Bruinsma]
[1 maart 1882 Verjaarsversje van Wouter voor Multatuli]
[2 maart 1882 Geschenk van mevr. G.C. de Haas-Hanau]
[2 maart 1882 Artikel in de Kamper Crt.]
[3 maart 1882 Brief van Mimi en Multatuli aan M.C. van der Hoeven-Meyer]
[3 maart 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[5 maart 1882 Ingezonden Brief van V. in De Amsterdammer]
[5 maart 1882 Brief van P.F. Abell aan V. Bruinsma]
[6 maart 1882 Brief van P.H. Ritter aan Multatuli]
[6 maart 1882 Brief van Multatuli aan G.C. de Haas-Hanau]
[7 maart 1882 Artikel van M.T.H. Perelaer in Het Vaderland]
[7 maart 1882 Briefkaart van Multatuli aan J. Waltman Jr.]
[8 maart 1882 Gedrukte brief van de voorlopige huldeblijkcommissie]
[8 maart 1882 Brief van J.A. Roessingh van Iterson aan D.J. Korteweg]
[8 maart 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[10 maart 1882 Ingezonden Stuk van H.J. Vervloet in het Algemeen Handelsblad]
[11 maart 1882 Briefkaart Zeeuwse onderwijzers aan V. Bruinsma]
[11 maart 1882 Vlugmaren van C. Vosmaer in De Nederlandsche Spectator]
[11 maart 1882 Briefkaart van J. de Groot aan V. Bruinsma]
[12 maart 1882 Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma]
[12 maart 1882 Brief van D.J. Korteweg aan V. Bruinsma]
[12 maart 1882 Ingezonden Brief van J.H. Geraets Jr. in De Amsterdammer]
[13 maart 1882 Ingezonden Stuk van Van der Hoeven in Het Vaderland]
[13 maart 1882 Brief van S.E.W. Roorda van Eysinga aan Multatuli]
[14 maart 1882 Brief van Multatuli aan P.H. Ritter]
[14 maart 1882 Brief van S.E.W. Roorda van Eysinga aan Multatuli]
[14 maart 1882 Brief van Multatuli aan C. Vosmaer]
[14 maart 1882 Brief van Multatuli aan W.A. Paap]
[15 maart 1882 Brief van Edu aan een onbekende]
[15 maart 1882 Brief van D.J. Korteweg aan enkele verspreiders van de circulaire]
[15 maart 1882 Gedrukte brief van de hoofd-commissie Huldeblijk]
[29 december 1881
Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenberg v.d. Bosch]
29 december 1881
Brief van Multatuli aan R.J.A. Kallenberg van den Bosch. Een dubbel, een enkel en twee dubbele velletjes postpapier, geheel beschreven. (M.M.)
Nieder-Ingelheim 29 Decr 81 beste van den Bosch! Gister schreef ik U 'n kort briefje, geheel in myn belang. Ik had Uw brief van 22 nog niet gelezen, juist omdat ik de indrukken die hy me zeker zou meedeelen, niet wou bederven door ze te vermengen met de aandoeningen die Perelaers stuk in my opwekte.
Iets later, zegge eenige uren, want ik werd gestoord. Op de oorzaken van die storing kom ik misschien terug. ‘Misschien’ want schryven is in sommige dingen zoo moeielyk. Liever sprak ik met U.)
Nu dan, uw brief gelezen hebbende, doet het me genoegen, den mynen gister maar vóór de lezing verzonden te hebben. Nu kan ik schryven òm te antwoorden, en niet als aanhangsel by de zaak van Perelaer. Daartoe voel ik behoefte. Ik dank u zeer voor uw vertrouwen. Ja, dàt is toch vriendschap! Dit ‘toch’ slaat op m'n matig geloof in wat de Duitschers en hun naschryvers daarvoor uitgeven. Als ik van Duitschers spreek bedoel ik niet de Duitschers waaronder ik my beweeg (Ik spreek nooit iemand) maar de Duitschers zooals ik ze uit boeken ken. Uit brieven, byv. van Lessing, Schiller, Göthe, Voss [1.] Voss: Johann Heinrich Voss (1751-1826), duits dichter, auteur van Luise (1795). ed. En uit romans vooral uit de Sturm und Drangperiode. Zelden begreep ik die vriendschappen. Ik kende er de eischen niet van. By zeer jonge menschen kwam ze my dikwyls voor als (onwillekeurig!) gemaskerde liefde, jazelfs (heel onschuldig namelyk) als verdwaalde geslachts drift. Lafontaine (de schryver die 't meest invloed heeft gehad op m'n gemoed) laat z'n ‘vrienden’ verbonden sluiten die vry precies lyken op 'n engagement. In m'n onnoozele jeugd nam ik zoo-iets als religie op. En ik had in '32 (ik: 12 jaar) en de volgende jaren 'n vrindje van die soort in den jongen Abraham van der Hoeven. (zie, als't u de moeite waard is, 't hoofdstuk ‘bergpoëzie’ in de Millioenen Studien.) Wat wy, kinderen, elkaar ‘als vriend’ schuldig meenden te zyn, weet ik niet recht. Ook niet alzoo wat de ‘onverbrekelyke trouw’ beteekende, die wy elkander toezegden. By later inzien begreep ik dat we volstrekt niet by elkaar pasten. Hy was misselyk deugdzaam, en theologizeerde al toen ik nog met den vlieger speelde. (Dit is 'n verkeerde tydsbepaling. Want dit doe ik nòg. Ook tol ik van tyd tot tyd, en hoop nog altyd niet ten-grave te dalen voor ik ‘scharmaaien’ geleerd heb. D.i. den tol uit te werpen, en dien zonder dat hy grond raakt, op de hand te vangen. Dit had ik in '30 een jongetje op straat zien doen. Toen beloofde ik mezelf dat ook te leeren. Zeg nu niet: als je dat dan nu nog niet kent - straks 63! - leer je 't nooit. Bedenk dat ik niet altyd in 't bezit was van tol en koord. Ook waren er byna altyd andere beletselen die m'n oefening in den weg stonden. Weinig menschen geven zich rekenschap van de moeite die 't inheeft, zich in tollen te oefenen. Telkens is er iets anders te doen! Van ‘tollen’ gesproken, van scharmaaien liever, hebt ge myn antwoord gelezen aan De Beer die me vroeg om levensbyzonderheden enz. voor 'n duitsch lexikon? Verbeelje, De Beer - en velen! - hebben niet eens begrepen dat dat 'n satyre was op de letterkundery en de beroemdighedens van zekere soort!)
Ter eere van Bram van der Hoeven moet ik erkennen dat hy 1o me trouw schreef toen ik in septr '38 naar Indie vertrokken was. (Maar ik was ontrouw. Want ik kon maar niet aan't antwoorden komen. Als door 'n schok had ik m'n bekomst van praatjes over Jezus Christus. En dáárvoor toch schreef hy. 2o dat-i van z'n trouw 'n blyk gaf door (in '40?) in 'n voorberichtje van z'n doctorale dissertatie die hy aan 'n anderen ‘vriend’ opdroeg, my te gedenken, en te verklaren dat die eer eigenlyk my toekwam. Maar: ik was door plaats en levensloop van hem gescheiden, zeide hy. O ja, en door m'n zwygen op z'n brieven over Jezus Christus. Indien hy in leven was gebleven, zou dat 'n kurieuze verhouding hebben gegeven. Vóór m'n vertrek naar Indie had ik den moed niet, hem ronduit te zeggen dat die dingen me verveelden.
Alzoo: wat is vriendschap? Welnu, ik voelde er iets van by 't lezen van Uw brief. Die behoefte zekere aandoeningen - vooral de liefste, de innigste, de geheimste, by iemand uittestorten die ze begrypt en waardeert. Ik dank U, beste van den Bosch. Ge hebt juist gevoeld. En ook ik heb jegens U die behoefte. Vandaar dat ik Uw brief ongelezen liet, tot na 't verzenden van den mynen. Ik kon gissen dat ge my over intime dingen zoudt schryven in antwoord op myn vorigen. Dit doet ge ook. En heel graag wou ik 't óók doen, maar ik ben zoo angstig voor schryven. Het denkbeeld dat het plebs na uw en myn dood zich met m'n intime uitingen zal vermaken, doet me rillen. Op dien tegenzin in publiciteit heb ik reeds in den Havelaar gedoeld. Nooit kon ik dien overwinnen, en ik ben zoo vry te gelooven dat dit voor me prouveert. Weinig vrouwen en meisjes, ook de meest pudieke [2.] pudiek: zedig., zullen zoo opzien tegen 't ontblooten van zekere [3.] zekere: oorspr. stond er eenige. lichaamsdeelen voor den tot onderzoek geroepen arts, dan ik voor 't toonen van m'n gemoed aan ‘publiek.’ En tòch ben ik juist het tegendeel van achterhoudend, d.i. jegens iemand dien ik liefheb. Liefhebben is juist: geven, gedachten geven, ziel geven. Ziedaar dan ook de oorzaak (en de reden!) van m'n tegenzin in 't schryven voor 'n publiek dat ik niet liefheb! Ik veracht het vulgus [4.] vulgus: het (lagere) volk (lat.). En meen niet dat ik met dit woord hen bedoel die (konventioneel meestal) voor abject doorgaan. Ook niet de zoog.d onbeschaafden of ongeletterden. Ook zelfs niet de bedryvers van kwade daden, (iets anders dan misdadigers van professie.) Neen, ik bedoel de ordinaire wezens die nooit uit den koers raakten omdat ze... nooit in zee staken, laat staan stormen braveerden. Daaruit bestaat de meerderheid. Die meerderheid heeft den boventoon in Regeering, in Volksvertegenwoordiging, in rechtszalen, polemiek, in wysbegeerte (god betert!) in letterkunde, in wat ze poëzie blieven te noemen, (meestal niets dan kinderachtige versjes makery.) Die meerderheid heerscht overal! Dat walgt me. Vandaar dan ook de sarkasmen in antwoord op De Beers verzoek. -
‘Zou deze of die gemoedsuiting gelezen worden door zùlk volk.’ Ziedaar wat me zoo hindert in 't schryven. Het klopt nu zoo juist dat ik reeds gister U schreef dat ik U liever spreken wilde. -
Nu ga ik even Uw brief doorloopen.
Niemand beter dan ik begrypt dat men niet of niet terstond antwoordt. Geef u svp nooit moeite de oorzaken daarvan optegeven. Ziedaar een gemakkelykheid die m'n z'n vriend schuldig is. Laten wy met stiptheid in antwoorden onzen vyanden reden van verwyt ontnemen. -
Uw verhouding tot haar. Ziedaar nu al 'n onderwerp dat groote schade lydt by behandeling in 'n brief. Wat al schoone indrukken moet ge binnenhouden! En hoe omzichtig moet ik wezen in 't beantwoorden. Ge wyst op Uw leeftyd, alsof die met aandoeningen van de hier passende soort in stryd wezen zou! Waarlyk niet! Een vreemde zou kunnen meenen dat myn oordeel hier niet geldt, omdat ik zelf 63 jaren oud ben en dus geneigd kon zyn de grenzen voor 't oorbare op dien leeftyd, wyder uittezetten dan goed is. Als ik me vergis, dan is dàt voorzeker de oorzaak van m'n scheefzien niet. Dat gevoel en indrukken als de uwen niet afhangen van de jaren, blykt uit het feit dat ze by U bestaan. Neen, dit is geen bewys. 't Zou 'n monster kunnen wezen. Welnu dan, monsters zyn zeldzaam (anders waren ze geen monsters, maar norm) en hartelyke poëtische genegenheid op onze jaren is niet zeldzaam. Ik ga verder: ze is in den regel nobeler, fyner, adelyker dan de banale verliefdheid van de jeugd. En de fynst bewerktuigde vrouwen voelen zich 't meest aangetrokken door zùlke liefde! Wat nu volgt, klinkt vreemd en lokt tot spot uit, maar ik meen waar te zyn. Ik geloof zeer dikwyls te zullen overwinnen in 'n tournooi om vrouwenharten, in dien m'n mededingers allen beneden de 25 jaren zyn. Maar de te veroveren vrouwen moeten... van adel wezen, van zielen adel! Zeker klinkt deze bewering verwaand [5.] verwaand: oorspr. stond er hoogmoedig. en ‘fat.’ In-weerwil van dien schyn, durf ik ze volhouden. Hoogmoed steekt er zeker in, o ja, et je m'en flatte! [6.] et je m'en flatte: en ik ga er prat op (fr.) Ik zou me schamen als ik niet hoogmoedig was.
Wat nu U betreft, ik begryp volkomen dat men U hoogacht, eert en... lief heeft. Ik beweer volstrekt niet dat de zedelyke en intellektueele bevruchting altyd uitgaat van den man, maar meestal is dit wel zoo, en daarvoor is de naar ontwikkeling strevende vrouw dankbaar. Zy wil kennis, begrip en vooral samenvattende poëzie in zich opzuigen, een schoone afspiegeling van de (ook geenszins verachtelyke!) physische behoefte. En ook de noodzakelyke teruggave, het baren, de wisselwerking, ook dáárin spiegelt zich de stoffelyke natuur in den geest af! Dat andere is ook niet te verachten (zooals verdraaide moralisten... voorgeven te beweren) maar 't eenzyn naar den geest staat hooger! En juist dáárom zullen de naar 't hoogere begeerige vrouwen zich eer door U aangetrokken voelen dan door 'n jongen man die gewoonlyk minder leveren kan, ja dikwyls geheel impotent is!
Myn oordeel over vrouwen is gedeeltelyk nog onbestemd, ge-deeltelyk ànders dan 't boekerig konventioneele. ‘De’ vrouw is... dàt, dàt & dàt. Onder al die datten vond ik er zelden een dat niet evenzeer van toepassing was op ‘den’ man, op de mensch alzoo. Toch zyn er drie [7.] drie: oorspr. stond er 'n paar. dingen die ik meer in 't byzonder meen opgemerkt te hebben in vrouwen. Niets van babbelen, nieuwsgierigheid, ontrouw (!) e.d. tenzy die of dergelyke dingen voortkomen uit... het straks volgend no 2!
Nummer één der vrouwenspecialiteit is dat opzuigend vermogen, of: die neiging tot opzuigen. Het - vermeerderd en verbeterd - weergeven, het baren, is niet zoo algemeen. Sommigen zyn onvruchtbaar, doch niet zooveel als er onmachtigen worden gevonden onder de mannen. Ook by onvruchtbaarheid is die neiging tot in zich opnemen van indrukken, reeds iets schoons. Wel lydt de gever in zekeren zin dan bankroet voor z'n gedane ziele-uitgaaf, maar dat uitgeven-zelf bracht genot mee (even als in 't physieke alweer!) Zeer schoon is die neiging als 't ontvangene met woekerwinst wordt weergegeven. Dat is 't ideaal. Doch, hoe ook afloopende, de begeerte om te ontvangen met of zonder bevruchting dan, is iets liefelyks op zichzelf, en ze staat als no 1 op 't lystje der goede eigenschappen.
Maar m'n no 2 is minder mooi. Het betreft het eerbegrip dat - naar ik vrees, want ik weifel nog - by de vrouw minder sterk dan by den man ontwikkeld is. Het komt me voor dat de vrouw minder besef heeft dan wy, van ridderlykheid. Dikwyls heeft me deze opmerking [8.] opmerking: (hier) konstatering. smart veroorzaakt.
(Dit ½ blaadje is overgeschreven. Gister avend schreef ik over dit onderwerp een en ander dat me nu minder geschikt voorkomt. Die belemmering in uiting is irritant.)
M'n gissing dan is te aannemelyker omdat de oorzaak voor de hand schynt te liggen. Ik schryf dat (betrekkelyk) gemis aan ridderlyk eergevoel aan 't uitsluitend beoefenen der zedelykheids begrippen die in verband staan met het geslachtsleven. Ook dáárin openbaart zich deugd, maar dat is niet de deugd! Een kind die, daartoe herhaaldelyk vermaand, z'n schryfboekje rein houdt, doet wèl. Maar onjuist is 't begrip [9.] is 't begrip: oorspr. stond er zou 't begrip wezen., dat hy daarom al z'n andere plichtjes - waaronder meer belangryke! - zou mogen verwaarloozen. Dit nu is, meen ik, van toepassing op veel vrouwen. Angstig bewaken zy dat eene soortje van ‘eer’ en daaruit vloeit, naar 't schynt, voort dat ze van andere, hooger staande eer minder besef hebben dan wy. Naar myn opvatting kan 't openbaren van 'n toevertrouwd geheim hoogst misdadig wezen, zegge: hoogst. Ja, erger dan diefstal, erger dan overlegden moord! Veel erger dus ook dan 't overtreden der (gedeeltelyk konventioneele) reglementjes op de... physische zedelykhedens. Volgens zekere moraliteitsbegrippen zou men om de bravigheid van ongehuwde vrouwen te keuren, eigenlyk z'n toevlucht tot 'n accoucheur moeten nemen. En dit geschiedt dan ook.
(te Berlyn werd zekere oplichtster, ‘die Goldprinzessin’ [10.] die Goldprinzessin: de goudprinses (du.) na veroordeeld te zyn tot? jaren tuchthuis, geinspecteerd. Ze was... maagd, en dus 'n braaf meissie. Wel zeker! Ik zeg: 't ware haar beter geweest als Pasiphae [11.] Pasiphae: vrouw van Minos en moeder van de Minotaurus (half mens-half stier). den stier van Dedalus [12.] Dedalus: de bouwmeester van het Kretenzisch labyrint waarin de Minotaurus werd opgesloten. by zich intelaten dan - zooals zy deed - door valsche vertellingen en nagemaakte brieven 'n oude dame aan den bedelstaf te brengen.)
Het uitsluitend zoeken van deugd in 't niet toegeven aan verboden geslachtsdrift, maakt ongevoelig voor zekere loyauteit die wy mannen in acht nemen op straffe van jean foutre's [13.] Jean Foutre: lummel, slappeling (fr.) te zyn. By veel aanrakingen van... (ik zoek 'n woord) van: galanten aard heeft de man even veel, soms meer te verliezen door indiskretie dan de vrouw. Welnu byna altyd vat hy die verplichting konscientieuser op. Ook wordt hy zwaarder [14.] zwaarder: oorspr. gevolgd door dan zy. veroordeeld als hy haar door onbescheidenheid kompromitteert dan als zy hèm, zyn intiem leven te kyk geeft aan 't Publiek, en dit zachter oordeel over háár indiskretie bewyst dat ze algemeener, schynbaar minder schandelyk is.
Wy achten ons tot loyauteit verplicht ook: jegens 'n gewezen beminde, jegens 'n vrouw die òns verraden heeft, jegens 'n mededinger, jegens 'n medeminaar zelfs. De vrouw schynt zich van die ridderlykheid ontslagen te meenen. Besef heeft zy er wel van. Anders zou ze die eigenschap niet vorderen in den man.
Ik erken dat by de meeste huwelyken (al of niet voor den Burg. St. gesloten. Dat is my volkomen onverschillig) de vrouw met ordinair opgevatte ‘trouw’ volstaan kan. Waar geen ideën, geen principes zyn meegedeeld of ingeprent, kunnen geen ideën worden aangekleefd, geen principes verdedigd. Als de man verzuimt z'n vrouw tot zeker standpunt opteheffen, kan zy ook zich niet schuldig maken aan 't verlaten van dat standpunt. Maar waar dit ànders is, waar de man wel inderdaad haar tot deelgenoot van zyn indrukken en begrippen heeft... trachten te maken, daar is n.m.i. 'n désaveu [15.] désaveu: verloochening, ontrouw (fr.), of erger: 'n afwyking in de daad, erger ontrouw dan wat gewoonlyk daarvoor doorgaat. Ik zou 't m'n beminde vergeven indien ze - mits in zekere omstandigheden en onder invloed van zekere gegevens - physiek ontrouw ware geweest. Maar 't krenken van m'n eer door 't verraden byv. van 't geheim dat 'n vriend my had toevertrouwd, zou ik niet vergeven.
In zeker verhaal las ik in m'n jeugd van 'n Korsikaan die z'n kind doodschoot omdat het aan de policie de schuilplaats aanwees van 'n vluchteling dien de vader by zich verborgen had. Dit begreep ik, en ik sympathiseerde met dien vader. Welnu, veel vrouwen zien niet in hoe misdadig, hoe eerloos ze zyn als ze de rol van dat kind spelen.
Eens van Suez naar Kaïro, party moetende maken [16.] party maken: (hier) voor z'n genoegen een groepje vormen. met nog vyf personen voor een der vele wagens die 'n 300 tal reizigers door de woestyn zouden vervoeren, vóór er spoor was, heb ik me laten bepraten spel te breken. Er waren byzondere redenen die dat party-maken eenigszins pikant deden zyn. Welnu, nog voel ik bittere schaamte over m'n woordbreuk. Dit gevoel is, meen ik, by vrouwen onbekend of minder sterk, tenzy er liefde (maar ze moet beantwoord zyn!) in 't spel is. Het komt me voor dat de vrouw meer dan wy, haar oordeel laat afhangen van haar indruk. Wien ze liefheeft hangt ze aan, wien ze niet liefheeft veroordeelt zy, en tegen denzulken is alles geoorloofd. Van my zelf durf ik ingemoede verzekeren dat m'n ergste vyand mets wagen zou door in 'n rechtzaak my tot lid van de Jury te hebben. Eer zou ik neiging voelen tot verzachting dan tot verscherping van 't vonnis. Ongelukkig de delinquent die van 't oordeel der vrouwen afhangt! Wie groene handschoenen draagt, zal den moord wel gedaan hebben, want... zy houdt niet van groene handschoenen. &c -
Te Padang [17.] In Padang verbleef Multatuli van september 1843 tot september 1844. Van amoureuze avonturen, anders dan het samenwonen met Si Oepi Keteh is in deze periode niets bekend. was ik eens allerkomiekst door 'n vrouw gefopt. Och, 'n gekke geschiedenis, twee drie jaar te voren had ze my te Batavia zeer aangehaald. Tal van vurige brieven. Maar ik, 'n nuchtere deugdzaamachtige Lafontainig [18.] Lafontainig: August H.J. Lafontaine (1758-1831), duits schrijver van meer dan 150 sentimentele familieromans.-sentimenteelige jongen, bepreekte haar. O, misselyk! Dit zeg ik nu, maar toen meen-de ik me al eens heel mooi te gedragen. Stinkend pedant. Doch zie, later te Padang haar weer ontmoetende was ik ontbolsterd en (gelyk altyd) de slinger sloeg den anderen kant uit. Ik vond het aardig, den Funklas [19.] Funklas: niet gevonden., den Lovelace [20.] Lovelace: Robert Lovelace, mannelijke hoofdfiguur in Samuel Richardson's Clarissa Harlowe. uittehangen. ‘Aardig’ meer niet. Van liefde, van verliefdheid zelfs, geen spoor. Nu maakte ik háár 't hof. En dit werd aangenomen, aangemoedigd zelfs, en wel tot ik de uiligheid beging haar 'n briefje te schryven. In antwoord kreeg ik... 'n brief van haar man! Hy verbood my z'n huis. Er stond in: ‘dank zy der deugd myner brave gade &c’ (Die twee deftige ‘er’s zie ik nog altyd staan. Ik begreep er niets van. Toen ik haar 't laatst zag was haar stemming alles behalve deuruitjagerig, en myn briefje was inderdaad dáármee in overeenstemming, volstrekt niet met de op eens ontwaakte deugdzaamachtigheid. Ik was woedend, en vloog er heen. De man was niet te huis en dit had ik kunnen berekenen. Ze ontving me... lachend! Als iemand die zeggen wil: gefopt! In't gesprek dat nu volgde, zeide ik:
- Maar hoe kon je in godsnaam zoo doen? Je wist toch welke briefjes je my op Batavia schreef. Als ik die nu eens toonde aan je man?
- O, zei ze heel pacifiek, ik wist zeker dat je dàt nooit doen zou! ‘Dáár heb je gelyk in!’ riep ik, en ik vloog heen. Hy maakte me zwart waar-i kon. Ik nam 't den stumpert niet kwalyk. Maar zy deed het ook, en dat vond ik wel wat erg. Toch heb ik de briefjes nooit getoond.
(Voor 3 jaar is me gebleken dat dit geschiedenisje toch bekend is geraakt. Niet door my, maar 'n andere dame [21.] Mevrouw Elisabeth L. Mulock Houwer-Syriër, in 1878 woonachtig in Zierikzee, was een jeugdvriendin van Multatuli uit Indië. (een vyandin van haar) had perspicaciteit [22.] perspicaciteit: inzicht (naar het frans: perspicacité). uit haar geput, en door 't aan elkaar knoopen van brokstukjes de zaak vry wel tot 'n geheel geconstrueerd. Die dame ontmoette ik in 79 in Zeeland. Zy was 't die me vroeg of ik haar nu de kus geven wou die ik in 1839 (!) uit jongensachtigen schroom terug hield. Ik meen U dat verteld te hebben.) -
Voorbeelden bewyzen niets, dat weet ik. De staaltjes die ik aanhaalde, strekken slechts om aanleiding tot opletten te geven. Ik zou ze met vele anderen kunnen vermeerderen. Maken zich niet veel mannen schuldig aan dezelfde... insoliditeit, kwade trouw, gebrek aan ‘eer?’ O zeker. Maar by den man gaat het dan ook inderdaad voor valschheid door, terwyl ik beweer dat de vrouw zich die dingen niet aantrekt, of althans ze niet zoo hoog opneemt. Niets vindt de vrouw natuurlyker en plichtmatiger dan dat de man haar diskreet behandelt. Best, dit is recht! Maar van wederkeerigheid in die verplichting hebben zy geen (of minder) besef. Doch ook in andere verhoudingen meen ik dat m'n opmerking doorgaat. (Uitzonderingen doen niet ter zake.) Menige vrouw die zich liever zou laten martelen dan zich overtegeven aan 'n vreemde, zal geen ‘oneer’ vinden in 't bekladden van 'n mededingster, of in 't verraden van 'n geheim waarmee de ware eer van haar man gemoeid is. Dat is de echte trouw niet!
Van ‘trouw’ gesproken, ik ken 'n dame die... ja kyk, 't getal van haar tevredengestelde minnaars optegeven zou moeielyk zyn. Ik ben overtuigd dat zy zelf dit niet zou kunnen doen. Ik zelf heb haar eens gezegd: meid je hebt hèm (den amant du jour [23.] amant du jour: minnaar van dat moment (fr.)) niet lief maar je bent verliefd op je aanhoudende afwisseling van verliefdheid. Met 'n oprechtheid om te kussen, dacht ze even na, en zei: ik geloof dat je gelyk hebt! Nu kan ik niet zeggen dat ik dat mooi vond. Ook liet de keus byna altyd veel te wenschen over. Soms viel die in 't crapuleuse [24.] crapuleux: liederlijk (fr.). (Dit is weer op dit oogenblik 't geval. Ze betaalt 'n onwaardig être [25.] être: (ook) ellendeling (fr.). Gemeener kan het niet.)
Welnu, in zekeren zin, en niet in den allerlaagsten zin, is die vrouw haar man, gedurende zyn leven trouw geweest. In zekeren zin bleef ze hem trouw nà zn dood. Want... haar levensopvatting was de zyne! Hy was 'n uit-stekend mensch die op niemand geleek. Toen zy eens (gedurende zyn leven nog) weer iemand aan 't lyntje had gehad, vond ik haar erg bedroefd. Ze biechtte en vermaakte zich met wat smart over de verwaarloozing die ze van haar laatsten minnaar ondervond. De vent had genoeg van haar en liet haar zitten. Ik hield m'n gewone preek, drong op arbeid aan (ze is ryk en heeft niets te doen) en kon niet verder helpen. Eenigen tyd daarna schreef ze my zeer opgeruimd. Een gevolg van myn raad? O neen. Ze had haar nood aan haar man geklaagd, en die had den ontrouwen minnaar ‘ongemakkelyk op z'n plaats gezet’. Dat deed haar goed, en ze kon weer van voren af aan beginnen met 'n ander. Wat ze dan ook gedaan heeft tot op dezen dag, de verwelkte schoonheid (voor zoover die er ooit geweest is) vervangende door klinkende munt. En 't schynt wel of ze sedert het invoeren van die methode, minder behoefte heeft dan vroeger aan 'n ‘trou-wen’ man, die ‘ontrouwe’ minnaars korrigeert. Die vrouw nu (en daarop komt deze historie neer) was in zekeren zin, en niet in den laagsten zin trouwer aan haar man dan menige andere die nooit 'n vreemde in haar alkoof zag. Ik herinner my haar eens gezegd te hebben: meid, meid, je dringt jezelf altyd verliefdhedens op. Ik ben zeker als x x x (haar man) te water lag met al je minnaars, en je had de keus, hem of de anderen te redden, dat je al je minnaars doodeenvoudig zou laten verdrinken.’ En ook toen zei ze heel pacifiek: ‘Ja, dat geloof ik ook!’
(Ik behoef U niet te zeggen dat ik geen party trek voor haar levensopvatting en gedrag. Ajakkes! Neen, ik wys maar op 't één-zyn met den man in denkbeelden, geheel afgescheiden van de waarde dier denkbeelden zelf. Die waren afschuwelyk, doch... er was oprechtheid en konsekwentie in. Dat hy, van zyn kant hetzelfde pad bewandelde, spreekt vanzelf. En ook zy zou met pleizier 'n dame hebben aangevlogen die hèm verwaarloosd had. Dan zou't geweest zyn: ‘Wat! Wil jy niet meer met m'n man slapen? Wat verbeelje je wel jou vuile kanalje. Toe, in 't bed by hem, of ik zal je & c &c -
Ja, ja 't realismus van Zola is 'n pover ‘mus’je! Er valt heel wat anders te ontsluieren dan hy op zyn gebrekkig standpuntje doen kan. Menschkunde is dun gezaaid -
Mn no 2 is niet afgehandeld. Waar zou't heen als ik de stof uitputte? -
Wat dan, 3o de vrouwen onvoorwaardelyk boven ons stelt, is iets dat ik reeds aanroerde vóór ik die nummering begon, iets dat van toepassing is op Uw geval. En waar ik in no 2 weifelend [26.] weifelend: oorspr. stond er twijfelzuchtig. oordeelde, hier durf ik spreken met zekerheid. De vrouw schat in den man 't hoogere, terwyl de man in de vrouw 't lagere hoog stelt. Ik zou in de jongensachtige domheid kunnen vervallen te verlieven op 'n dom schepsel wier physiek my aantrok. De vrouw die met my gelyk staat in ontwikkeling, aanleg, aspiratien &c verlieft niet op 'n mooien knecht. (Uitzonderingen bewyzen alweer 't tegendeel niet. Er zyn wel is waar ‘dames’ die zich ‘afgeven’ met bedienden of onbeschaafden, maar haar getal is niet noemenswaard by 't aantal ‘heeren’ die zich laten charmeeren door onbeduidende wezentjes als ze maar physisch aantrekkelyk zyn. Gesteld dat ‘betaalde wellust (ik vermyd het woord ‘prostitutie’ omdat de beteekenis daarvan definitie noodig heeft) gesteld dat betaalde nagemaakte liefde in de zeden viel en onaangevochten kon worden gevent, dan zou 'n huis met mooie jongens niet zulke goede zaken maken als 'n dergel. etablissement met meisjes.
(tenzy 't eerste... door mannen bezocht werd! Die armzalige vuiligheid neemt overal toe. En, by de bekrompenheid waarmee de gezonde zedelykheid wordt op gevat, kan 't niet anders. Wilgen zyn geen leelyke boomen, maar ze worden leelyk door 't knotten. De natuur laat zich niet dwingen. Door 't sluiten der veiligheidskleppen berst de ketel. Wie van twee deuren de eene sluit, moet zich niet verwonderen als de andere drukker gepasseerd wordt. Waar men gezonde aspiratien smoort, doet de ‘aard der dingen’ zich op andere wys gelden. Maar ze drukt 'n stempel van vuiligheid, als protest tegen 'n ondergane verkrachting, op wat anders liefelyk zou voor den dag gekomen zyn. En let eens op het toenemen van... Lesbische liefde! Eilieve, wat moeten de arme schepsels anders? met háár heb ik innig medelyden, en (misschien gek) ik kan me niet opwinden tot afschuw zoo als wel 't geval is ten-opzichte van dat andere. Toch beweer ik dat wet & policie er zich niet mee moesten bemoeien. Zulke zaken gaan den wetgever (en den policie kommissaris!) niet aan. Wel: publiek schandaal, verkrachting, lichamelyke laesie. [27.] laesie: kwetsuren.) -
O, vergeef die vlek. Dat komt er van als men parastreept. [28.] parastrepen: Multatoli placht de verschillende paragrafen van zijn brieven te scheiden door krachtige strepen, horizontaal, beginnende in de linkermarge en variërend in lengte van 2 tot 8 à 10 cm. Onder ‘laesie’ viel de streep ditmaal zo dik uit dat het papier inscheurde en er een inktvlek ontstond. -
Van de 1000 dingen die ik U te zeggen had heb ik er maar 2 of 3 behandeld. En... gebrekkig! Eilieve, als ik nu niet uitschei blyft de brief misschien heelemaal liggen. Dedalus had geen stier voor Pasiphaë gemaakt, maar haar in 'n koeienhuid genaaid om zoodoende met 'n stier te paren. Prosit! Als de stier zich maar niet bezeerd heeft! Overigens is 't my wel.
Dag beste kerel. Dank voor Uw vriendschap! Reken op de myne! Och, ik had U veel te schryven! Misschien vat ik binnen 'n paar dagen weer de pen op. Groet haar.
Uw liefh DD