Volledige Werken. Deel 12. Brieven en dokumenten uit de jaren 1867-1868
[2 januari 1867 Van den Rijn (I)]
[3 januari 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[8 januari 1867 Van den Rijn (II)]
[9 januari 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[9 januari 1867 Advertentie Handelsblad]
[9 januari 1867 Brief van Huet aan Multatuli]
[10 januari 1867 Bericht in het Nieuwsblad voor den Boekhandel]
[10 januari 1867 Brief van d'Ablaing aan Multatuli]
[10 januari 1867 Brief van d'Ablaing aan Lebègue]
[11 januari 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[15 januari 1867 Van den Rijn (III)]
[16 januari 1867 Brief van d'Ablaing aan Multatuli]
[17 januari 1867 Bericht in het Nieuwsblad voor den Boekhandel]
[18 januari 1867 Van den Rijn (IV)]
[20 januari 1867 Uitnodiging van De Geyter aan Multatuli]
[23 januari 1867 Van den Rijn (V)]
[24 januari 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[26 januari 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[28 januari 1867 Brief van Baron van Dedem aan Van Vloten]
[29 januari 1867 Van den Rijn (VI)]
[3 februari 1867 Brief van Tine aan Potgieter]
[5 februari 1867 Van den Rijn (VII)]
[8 februari 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[8 februari 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[8 februari 1867 Van den Rijn (VIII)]
[11 februari 1867 Brief van d'Ablaing aan Van Gelder Zonen]
[12 februari 1867 Van den Rijn (IX)]
[12 februari 1867 Brief van d'Ablaing aan Van Bommel]
[13 februari 1867 Brief van Multatuli aan Ris]
[15 februari 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[19 februari 1867 Van den Rijn (X)]
[20 februari 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[22 februari 1867 Brief van Kallenberg vd Bosch aan Potgieter]
[23 februari 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[25 februari 1867 Van den Rijn (XI)]
[25 februari 1867 Circulaire voordracht te Antwerpen]
[25 februari 1867 Aankondiging in Le Précurseur]
[27 februari 1867 Aankondiging in Het Handelsblad]
[27 februari 1867 Aankondiging in De Koophandel]
[27 februari 1867 Bericht in Le Précurseur]
[27 februari 1867 Ingezonden Stuk in de Sneeker Courant]
[28 februari 1867 Brief van A. de Vos aan Multatuli]
[28 februari 1867 Voordracht van Multatuli te Antwerpen]
[28 februari 1867 Bericht in het Nieuwsblad voor den Boekhandel]
[28 februari 1867 Verslag in de De Koophandel]
[2 maart 1867 Brief van Multatuli aan De Vos]
[2 maart 1867 Artikel in De Vlinder]
[2 maart 1867 Tweede voordracht van Multatuli in Antwerpen]
[2 maart 1867 Ingezonden stuk in de Sneeker Courant]
[3 maart 1867 Mededeling over Multatuli's voordrachten]
[4 maart 1867 Van den Rijn (XII)]
[6 maart 1867 Ingezonden stuk in de Sneeker Courant]
[7 maart 1867 Van den Rijn (XIII)]
[9 maart 1867 Van den Rijn (XIV)]
[9 maart 1867 Ingezonden stuk in de Sneeker Courant]
[12 maart 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[12 maart 1867 Brief van d'Ablaing aan Van Helden]
[13 maart 1867 Van den Rijn (XV)]
[14 maart 1867 Brief van Tine aan Potgieter]
[16 maart 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[16 maart 1867 Rond den Heerd over Multatuli]
[17 maart 1867 Artikel in De Vooruitgang]
[20 maart 1867 Van den Rijn (XVI)]
[21 maart 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[22 maart 1867 Bericht over derde voordracht]
[23 maart 1867 Brief van Multatuli aan Van Vloten]
[24 maart 1867 Derde voordracht van Multatuli in Antwerpen]
[25 maart 1867 Van den Rijn (XVII)]
[26 maart 1867 Van den Rijn (XVIII)]
[28 maart 1867 Multatuli naar Kinderdijk]
[31 maart 1867 Multatuli keert terug naar Keulen]
[1 april 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[3 april 1867 Van den Rijn (XIX)]
[4 april 1867 Van den Rijn (XX)]
[4 april 1867 Brief van Multatuli aan Flemmich]
[4 april 1867 Brief van Multatuli aan Flemmich]
[5 april 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[5 april 1867 Van den Rijn (XXI)]
[6 april 1867 Brief van Multatuli aan mevrouw Flemmich]
[7 april 1867 Kritiek op Multatuli's derde voordracht]
[8 april 1867 Brief van Kallenberg vd Bosch aan Potgieter]
[Bijlage Kopie van brief aan Multatuli, november 1866]
[april 1867 Nederland publiceert Huets beoordeling]
[9 april 1867 Mededeling postbeambte]
[9 april 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[10 april 1867 Van den Rijn (XXII)]
[11 april 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[12 april 1867 Brief van Multatuli aan Flemmich]
[14 april 1867 Brief van Multatuli aan mevrouw Flemmich]
[17 april 1867 Van den Rijn (XXIII)]
[20 april 1867 Van den Rijn (XXIV)]
[23 april 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[24 april 1867 Van den Rijn (XXV)]
[26 april 1867 Brief van Tine aan Potgieter]
[28 april 1867 Artikel over Multatuli in Het Vrije Woord]
[30 april 1867 Van den Rijn (XXVI)]
[1 mei 1867 Van den Rijn (XXVII)]
[2 mei 1867 Brief van De Vos aan Multatuli]
[6 mei 1867 Van den Rijn (XXVIII)]
[7 mei 1867 Van den Rijn (XXIX)]
[11 mei 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[11 mei 1867 Van den Rijn (XXX)]
[14 mei 1867 Van den Rijn (XXXI)]
[16 mei 1867 Van den Rijn (XXXII)]
[17 mei 1867 Van den Rijn (XXXIII)]
[21 mei 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[22 mei 1867 Van den Rijn (XXXIV)]
[27 mei 1867 Van den Rijn (XXXV)]
[28 mei 1867 Van den Rijn (XXXVI)]
[29 mei 1867 Van den Rijn (XXXVII)]
[31 mei 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[1 juni 1867 Artikel in The North British Review]
[3 juni 1867 Van den Rijn (XXXVIII)]
[6 juni 1867 Brief van Rooses aan De Geyter]
[7 juni 1867 Brief van J. van Lennep aan Multatuli]
[8 juni 1867 Van den Rijn (XXXIX)]
[10 juni 1867 Brief van Multatuli aan Van Lennep]
[14 juni 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[14 juni 1867 Brief van Multatuli aan Rooses]
[14 juni 1867 Brief van Tine aan Potgieter]
[17 juni 1867 Van den Rijn (XL)]
[21 juni 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[22 juni 1867 Van den Rijn (XLI)]
[22 juni 1867 Brief van Rooses aan Multatuli]
[24 juni 1867 Brief van d'Ablaing aan Van Hall]
[25 juni 1867 Brief van d'Ablaing aan Koorn]
[28 juni 1867 Van den Rijn (XLII)]
[1 juli 1867 Van Vloten krijgt ontslag als hoogleraar]
[4 juli 1867 Van den Rijn (XLIII)]
[5 juli 1867 Brief van Multatuli aan Rooses]
[6 juli 1867 Brief van Rooses aan De Geyter]
[10 juli 1867 Van den Rijn (XLIV)]
[22 juli 1867 Van den Rijn (XLV)]
[26 juli 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[27 juli 1867 Van den Rijn (XLVI)]
[29 juli 1867 Van den Rijn (XLVII)]
[29 juli 1867 Brief van d'Ablaing aan Scheurleer]
[1 augustus 1867 Artikel in de Revue Britannique]
[2 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Rooses]
[2 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[2 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Van Lennep]
[2 augustus 1867 Brief van Tine aan Potgieter]
[2 augustus 1867 Van den Rijn (XLVIII)]
[3 augustus 1867 Van den Rijn (XLIX)]
[9 augustus 1867 Van den Rijn (L)]
[10 augustus 1867 Van den Rijn (LI)]
[11 augustus 1867 Brief van J. van Lennep aan Multatuli]
[12 augustus 1867 Rondschrijven Van Crombrugghe's Genootschap]
[13 augustus 1867 Van den Rijn (LII)]
[14 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[14 augustus 1867 Van den Rijn (LIII)]
[14 augustus 1867 Programma van de feesten in Gent]
[17 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Rooses]
[17 augustus 1867 Aankondiging letterkundig feest]
[17 augustus 1867 Artikel in Het Volksbelang]
[19 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Rooses]
[19 augustus 1867 Programma feestavond]
[20 augustus 1867 Toespraak van Multatuli in het congres]
[20 augustus 1867 Verslag van Multatuli's toespraak]
[20 augustus 1867 Van den Rijn (LIV)]
[20 augustus 1867 Bericht in de Beurzencourant]
[21 augustus 1867 Multatuli op de derde Algemene Zitting]
[21 augustus 1867 Multatuli verdedigt De Geyter]
[21 augustus 1867 Multatuli aan het banket]
[21 augustus 1867 Van den Rijn (LV)]
[21 augustus 1867 Ingezonden brief van Rolin-Jaequemyns]
[21 augustus 1867 Verslag in Le commerce de Gand]
[21 augustus 1867 Bericht in Le Bien Public]
[21 augustus 1867 Bericht in Het Vlaemsche Land]
[22 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Rooses]
[22 augustus 1867 Verslag in de Gentsche Mercurius]
[22 augustus 1867 Artikel in Le Bien Public]
[23 augustus 1867 Bericht in de Beurzencourant]
[24 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[24 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[24 augustus 1867 Artikel in de Beurzencourant]
[24 augustus 1867 Artikel in Le Bien Public]
[26 augustus 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[26 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Vreede]
[26 augustus 1867 Brief van Multatuli aan Te Winkel]
[27 augustus 1867 Brief van Vreede aan Multatuli]
[27 augustus 1867 Van den Rijn (LVI)]
[27 augustus 1867 Ingezonden brief van Rolin-Jaequemyns]
[27 augustus 1867 Bericht Utrechtsch Dagblad]
[28 augustus 1867 Van den Rijn (LVII)]
[28 augustus 1867 Bericht Utrechtsch Dagblad]
[30 augustus 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[31 augustus 1867 Hoofdartikel in Het Volksbelang]
[augustus 1867 Brief van Multatuli aan Rooses]
[3 september 1867 Van den Rijn (LVIII)]
[10 september 1867 Van den Rijn (LIX)]
[10 september 1867 Brief van d'Ablaing aan Koning]
[13 september 1867 Van den Rijn (LX)]
[september 1867 Brief van Multatuli aan redactie Handelingen]
[17 september 1867 Van den Rijn (LXI)]
[19 september 1867 Van den Rijn (LXII)]
[20 september 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[23 september 1867 Van den Rijn (LXIII)]
[24 september 1867 Van den Rijn (LXIV)]
[26 september 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[28 september 1867 Van den Rijn (LXV)]
[2 oktober 1867 Brief van Tine aan Potgieter]
[3 oktober 1867 Van den Rijn (LXVI)]
[4 oktober 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[8 oktober 1867 Van den Rijn (LXVII)]
[10 oktober 1867 Van den Rijn (LXVIII)]
[12 oktober 1867 Brief van Multatuli aan Rooses]
[14 oktober 1867 Van den Rijn (LXIX)]
[14 oktober 1867 Brief van Kallenberg vd Bosch aan Potgieter]
[16 oktober 1867 Van den Rijn (LXX)]
[17 oktober 1867 Van den Rijn (LXXI)]
[19 oktober 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[19 oktober 1867 Bericht Sneeker Courant]
[23 oktober 1867 Van den Rijn (LXXII)]
[24 oktober 1867 Van den Rijn (LXXIII)]
[29 oktober 1867 Van den Rijn (LXXIV)]
[30 oktober 1867 Van den Rijn (LXXV)]
[1 november 1867 De Revue moderne publiceert Max Havelaar]
[5 november 1867 Van den Rijn (LXXVI)]
[8 november 1867 Brief van d'Ablaing aan De Mol van Otterloo]
[12 november 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[12 november 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[12 november 1867 Van den Rijn (LXXVII)]
[14 november 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[18 november 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[18 november 1867 Van den Rijn (LXXVIII)]
[19 november 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[21 november 1867 Brief van Multatuli aan De Geyter]
[22 november 1867 Van den Rijn (LXXIX)]
[23 november 1867 Feuilleton van H. de Pène]
[27 november 1867 Brief van Multatuli aan Rochussen]
[28 november 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[29 november 1867 Van den Rijn (LXXX)]
[30 november 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[3 december 1867 Van den Rijn (LXXXI)]
[6 december 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[7 december 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[7 december 1867 Van den Rijn (LXXXII)]
[10 december 1867 Van den Rijn (LXXXIII)]
[12 december 1867 Van den Rijn (LXXXIV)]
[13 december 1867 Rekest van Multatuli aan de Koning]
[13 december 1867 Van den Rijn (LXXXV)]
[14 december 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[15 december 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[15 december 1867 Huet schrijft een voorbericht]
[18 december 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[Bijlage De verkladde blaadjes]
[Bijlage Mededeling van C.Th. van Deventer]
[18 december 1867 Brief van Tine aan Potgieter]
[19 december 1867 De Minister van Justitie schrijft de Proc. Gen.]
[20 december 1867 Van den Rijn (LXXXVI)]
[21 december 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[23 december 1867 Brief van Huet aan Multatuli]
[24 december 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[24 december 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[24 december 1867 President Rechtbank schrijft Off. v. Justitie]
[27 december 1867 Van den Rijn (LXXXVII)]
[30 december 1867 Advies van de Officier van Justitie inzake rekest]
[31 december 1867 Brief van Multatuli aan Huet]
[31 december 1867 Brief van Multatuli aan Tine]
[31 december 1867 Van den Rijn (LXXXVII)]
[1 januari 1868 De Revue moderne publiceert Max Havelaar]
[3 januari 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[3 januari 1868 Besluit tot Kamerontbinding]
[4 januari 1868 Wintgens minister van Justitie]
[7 januari 1868 Rappel van de Minister van Justitie]
[8 januari 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[8 januari 1868 Van den Rijn (I)]
[8 januari 1868 Advies van de Rechtbank te Amsterdam]
[9 januari 1868 Brief van Huet aan Multatuli]
[9 januari 1868 Rapport van de Procureur-generaal]
[10 januari 1868 Rapport van de Minister van Justitie]
[11 januari 1868 Van den Rijn (II)]
[11 januari 1868 Besluit van de koning inzake gratie]
[11 januari 1868 Bericht aan de Procureur-generaal]
[12 januari 1868 Brief van Nahuijs aan d'Ablaing]
[13 januari 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[14 januari 1868 Brief van d'Ablaing aan Nahuijs]
[16 januari 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[16 januari 1868 Van den Rijn (III)]
[17 januari 1868 Van den Rijn (IV)]
[18 januari 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[18 januari 1868 Brief van Nahuijs aan d'Ablaing]
[18 januari 1868 Brief van Nahuijs aan d'Ablaing]
[19 januari 1868 Brief van d'Ablaing aan Nahuijs]
[21 januari 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[22 januari 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[22 januari 1868 Verkiezingen Tweede Kamer]
[24 januari 1868 Van den Rijn (V)]
[25 januari 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[25 januari 1868 Van den Rijn (VI)]
[25 januari 1868 Brief van Tine aan Stéphanie]
[29 januari 1868 Van den Rijn (VII)]
[30 januari 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[1 februari 1868 Van den Rijn (VIII)]
[februari 1868 De Engelse vertaling van de M.H. verschijnt]
[4 februari 1868 Van den Rijn (IX)]
[6 februari 1868 Brief van Tine aan Stéphanie]
[8 februari 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[8 februari 1868 Brief van Rochussen aan Multatuli]
[10 februari 1868 Brief van Multatuli aan Rochussen]
[10 februari 1868 Beoordeling in de Daily News]
[12 februari 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[12 februari 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[14 februari 1868 Van den Rijn (X)]
[14 februari 1868 Beoordeling in de Evening Star]
[15 februari 1868 Brief van Huet aan Multatuli]
[17 februari 1868 Van den Rijn (XI)]
[19 februari 1868 Van den Rijn (XII)]
[20 februari 1868 Brief van Kallenberg vd Bosch aan Potgieter]
[25 februari 1868 Van den Rijn (XIII)]
[3 maart 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[3 maart 1868 Multatuli gaat naar Den Haag]
[4 maart 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[4 maart 1868 Van den Rijn (XIV)]
[6 maart 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[7 maart 1868 Artikel van Nahuijs in de Ned. Spectator]
[9 maart 1868 Brief van Multatuli aan Rochussen]
[9 maart 1868 Brief van Rochussen aan Van Zuylen]
[10 maart 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[10 maart 1868 Brief van Tine aan Stéphanie]
[11 maart 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[12 maart 1868 Koninklijk besluit inzake opdracht Huet]
[13 maart 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[14 maart 1868 Artikel in de Sneeker Courant]
[16 maart 1868 Artikel in de Friesche Courant]
[16 maart 1868 Brief van Tine aan Potgieter]
[18 maart 1868 Brief van Multatuli aan Hasselman]
[19 maart 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[22 maart 1868 Brief van De Geyter aan d'Ablaing]
[23 maart 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[23 maart 1868 Brief van Multatuli aan Hasselman]
[23 maart 1868 Artikel in de Friesche Courant]
[24 maart 1868 Van den Rijn (XV)]
[26 maart 1868 Onderhoud met Hasselman]
[26 maart 1868 Artikel in de Friesche Courant]
[27 maart 1868 Brief van Multatuli aan Hasselman]
[28 maart 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[29 maart 1868 Voordracht van Multatuli in Utrecht]
[31 maart 1868 Bericht over Multatuli's voordracht]
[31 maart 1868 Van den Rijn (XVI)]
[1 april 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[1 april 1868 Beoordeling in The British Quaterly Review]
[1 april 1868 Beoordeling in The Westminster Review]
[1 april 1868 Beoordeling in The Contemporary Review]
[3 april 1868 Brief van Huet aan Multatuli]
[3 april 1868 Tine int een wissel]
[5 april 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[5 april 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[6 april 1868 Brief van Multatuli aan Hasselman]
[6 april 1868 Brief van Huet aan Multatuli]
[11 april 1868 Het zwarte boek I in de Sneeker Courant]
[15 april 1868 Het zwarte boek II]
[april 1868 Opinions of the Press]
[17 april 1868 Van den Rijn (XVII)]
[17 april 1868 Brief van Huet aan Multatuli]
[18 april 1868 Het zwarte boek III in de Sneeker Courant]
[19 april 1868 Brief van Multatuli aan Huet]
[21 april 1868 Van den Rijn (XVIII)]
[22 april 1868 Brief van Multatuli aan Tine]
[24 april 1868 Brief van De Geyter aan d'Ablaing]
[24 april 1868 L.A. te Winkel overlijdt]
[25 april 1868 Van den Rijn (XIX)]
[25 april 1868 Het zwarte boek IV in de Sneeker Courant]
[28 april 1868 Begroting van Buitenlandse Zaken verworpen]
[12 november 1867
Brief van Multatuli aan Tine]
12 november 1867
Brief van Multatuli aan Tine. Dubbel en enkel velletje postpapier, tot het midden van blz. 5 beschreven en als vouwbrief verzonden. (M.M.)
Op blz. 6 het adres: Madame E.H. Douwes Dekker baronne de Wijnbergen via di Rugabella Coll. fem. Le Comte-Vigo Milan Italie.
Keulen 12 November
lieve lieve tine, Ja, ik heb Stefanie's brief, en nu van daag ook jou brief en ik ben er eigenlyk bedroefd over want ik zie als hoofdzaak in die verandering niets als dat jy die rust en kalmte noodig had (zooals je by de invitatie naar Milaan beloofd was) nu veel zorg en moeite hebben zult. Je hoest dat is my het voornaamste in de zaak en daardoor valt alles wat anders goed zou kunnen zyn weg. Ik ben zeer ongerust!
Vraag je my wat ik deed en doe? Ik tob en lyd. Tot in myn slaap toe zoek ik naar middelen om je terug te krygen, en daarop nu te hooren dat ik omdat ik iemand heb die je remplaceert als het ware berust in de onnatuurlyke scheiding, is wel hard. Dat je omtrent my niet goed ingelicht bent door Stefanie, die ‘gehoord had’ dat ik by elken uitgever geld kan krygen voor myn schryven, (hetgeen doodeenvoudig een leugen is) begryp ik heel goed. Stefanie heeft bovendien een zonderlinge wyze van voorstelling. In haar brief over de school LeComte spreekt ze over ‘je benoeming tot directrice’ als of je gered was! Ze roert slechts even ter loops je gezondheidstoestand aan, alsof dat byzaak was en of niet juist de groote beslommering waarin je nu geraakt bent (zonder geldelyk voordeel, dat je dan toch waarachtig wel noodig had!) je nadeelig wezen zal. Ik ben zeer ongerust. Al had je nu fr. 6000 's jaars, dan nog kan dat immers zoo niet blyven, daar je borst lydend is. O god 't is zoo bitter. Je bent niet op die conditie naar Italie gegaan! Stefanie schryft er over alsof je gered bent. Heel natuurlyk, de invitatie naar Italie moet met goed gevolg bekroond worden - al ga jy dan ook te gronde! Ik blyf er by dat jy niet anders doen kon dan te gaan, maar noodlottig is het! De scheiding zou zoo lang niet geduurd hebben als je in de buurt had kunnen blyven. Er was slechts één reden die het wettigde, dat was jou welzyn en dat van de kinderen. En dat is wat de kinderen aangaat slechts gedeeltelyk, en wat jou aangaat, in het geheel niet bereikt. Voor my is het overigens van een noodlottigen invloed geweest. Honderdmaal is 't voorgekomen dat ik met jou en de kinderen had kunnen proberen ons huisselyk interigten, en daardoor weder aanrakingen had kunnen aanknoopen die nu afgebroken zyn, maar nu was er voor eene hereeniging zoovéél nodig dat er geen beginnen aan was. Intussen wordt overal dat zyn van jou in Italie my verweten en ik ga er onder gebukt. Meen niet dat Mimi ooit een bezwaar was. Zy heeft my in 't leven gehouden, en duldt nu sedert jaren de grootste ellende met meer moed dan ik den laatsten tyd had.
Die toespeling in je brief is wel bitter voor me. Maar 't komt omdat je niet weet hoe ik tob. Ik myd het schryven daarover - en dit is natuurlyk want je begrypt hoe het my smart je eigen leed te vermeerderen door verdrietige brieven. Ook is het meedeelen van tobbery, die dagelyksche afwisseling van hoop en vrees en eindelyke mislukking zoo bitter. Dan lyd ik het geledene nog eens. Daar heb je nu byv. de Vlaamsche zaak. Maanden lang heb ik daarover in correspondentie geweest. Naar myn beste weten heb ik geschreven om de menschen op te wekken my te gebruiken: Zóó dat ik jou en de kinderen kon terug roepen en ons in Belgie een vaderland verschaffen’. Gedurende al dien tyd was ik altyd à la veille om van gebrek omtekomen, en god weet hoe ik 't gemaakt heb om te kunnen wachten. Dikwyls telde ik den tyd dien ik nog leven kon by uren. Als ik drie dagen verblyf en voedsel voor my had was ik bly. Nu, na al myn geschryf daarover, na alle praatjes van sympathie wil men niets doen. Dat heeft my bezig gehouden van Augustus af! Wat ik van dien tyd af geleden heb is niet te beschryven. Als ik 'savends te bed liggende aan jou en de kinderen denk, gaat er een schok door my. Met geduld en overleg (en altyd in de vrees dat ik niet in leven blyven kon tot den uitslag) heb ik myn best gedaan. De slotsom is geweest dat ik met moeite fr 200 voorschot heb gekregen (van een millioenair!) voor een lezing die ik te Gent zal komen houden, omdat ik ronduit schreef dat ik van gebrek omkwam.
Na zoo'n mislukking zak ik weer in elkaêr en ik heb tyd noodig om wat te bekomen. Zóó is myn leven en je doet my verwyten!
Ik zit erg in den brand met den brief van Stefanie. Ik mag om jou en Edu niet zeggen hoe ik over alles denk, en ik ben woedend over die invitatie naar Italie. - Ook beschouw ik nu haar ophemelen van de zeer verdrietige zaak met die directie van de school, als gemaakt om zich te dekken, alsof de reis naar Italie toch een verstandige zaak was geweest! Als 't er om gedaan was om ons eens vooral te gronde te rigten, kon het niet beter overlegd zijn. Jy moest het aannemen. Je kon ook niet weten dat er zoo weinig ernst was in de betuiging om je rust te verschaffen. En dat kon ik ook niet weten. Ook ik was zoo bly! En nu, nu ben ik meer ongerust dan ooit.
Wij beiden hadden aanspraak gehad op wat rust en kalmte. In plaats daarvan is 't juist andersom geworden. Schryven? Ik? Ik heb werk om dezen brief te schryven. Wat denken zulke menschen wel! Schryven? Als ik dagelyks in angst zit voor eten en wonen? Op den 29 October wist ik niet waar ik den 1 November slapen zou. En nu weet ik 't niet tegen December. Doch dat is nog 16 dagen en zulk bezwaar tel ik niet meer. Ik ben gewend aan angst voor morgen. Maar is dat een toestand om te kunnen schryven? Bovendien ik ben geen schryver. 10000 maal heb ik dat gezegd en men wil my niet gelooven. Stefanie wist my te vertellen dat het Gouvernement my zou helpen. Dat wist zy! 't Is om razend te worden.
Ik hoor dat er in allerlei revues over my gesproken wordt. (Revue moderne, Revue Brittannique, North English review) Dat benadeelt my nog! Ja, want als ik dan hier of daar in hoogen nood beken dat ik ver-legen ben om 5 franc, discrediteert dit nog erger dan by een ander. Dit heb ik nu ook weer in Belgie ondervonden. Nu moet ik (als ik reisgeld heb naar Gent om die fr. 200 inteverdienen door een lezing. O god ik heb ze niets te zeggen, dan een vloek over hun beroerdheid. En als ik dat doe, juichen ze my toe en zeggen dat ik zoo mooi spreek. Maar als ik dan hulp vraag noemen ze my een gemeene kerel. - Dat je in de omstandigheden van die school zóó deed als je gedaan hebt begryp ik best. Maar 't is een offer, geen hulp of redding voor jou. En zoo toch stelt Stefanie het voor. Ik ben erg ongerust, en ik vind dat Stefanie - maar basta! -
Stefanie zei me ‘dat ik je toch vooral geen bedroevende brieven moest schryven, want dat was zoo nadeelig voor je gestel’. Ogod hoe vreesselyk. Is dat nu domheid of spotterny? In allen geval is 't wreed.
Zeg lieve beste tine, je schryft niets over conditien - och dat kan me ook niet schelen, als je maar je gemak kon nemen en beter worden. Waar niets is, kan niets gegeven worden, de conditien zullen dus wel arm zyn, maar dat is de hoofdzaak niet. Want al kreeg je nu ruim inkomen, wat helpt het, als je gestel te gronde gaat.
Dat Edu gedropen is doet my genoegen. Je begrypt wel hoe ik 't meen. Het is beter voor hem dan toejuiching. Dat is de pest voor zyn karakter. Ook daarover ben ik verdrietig gestemd. Dat missen van de kinderen is al te wreed. En die lieve non Ogod ik mag er niet aan denken. 't Is om krankzinnig te worden. En men wil dat ik boeken schryven zal! Dat zou men niet vorderen van iemand die hoofdpyn had, maar smart begrypt men niet.
Myn drama moet ik nu trachten af te maken. Maar 't deugt niet en 't zal niet gaan. Bedenk dat ik altyd ‘heel mooi’ moet schryven. Als myn werk (in zulke omstandigheden voortgebragt!) maar middelmatig is, ben ik ook de renommée van schryver kwyt, en dan heb ik totaal niets meer. Je zoudt eens zien hoe gaauw ieder over my heen zou vallen die nu niets durft tegen my schryven, zoodra ik iets middelmatigs had geleverd. Ik heb nu de keus om òf niet te schryven en myn roem te bewaren met honger, òf wel te schryven en dan myn roem te verliezen wat ook geen brood geven zou. Ik vind dat ik het weten moet of ik iets te schryven heb. Waarom bevalt Stefanie niet? Ik raad haar aan om eens een tweeling ter wereld te brengen. He, ja, dat zou goed zyn, dat ‘zou’ ik doen in haar geval. O, die zou-wers! Iemand die my 't schryven wil opdringen waar dit niet voort komt uit myzelf toont dat hy nooit een letter van myn geschryf begrepen heeft.-
Zeg, zou 't niet kunnen dat jy mondelings bedankte voor den brief? Ik zie geen kans om myn bitterheid te verbergen, want ik kan niet laten jou gezondheid hoofdzaak te noemen, en ook kan ik niet mee instemmen met den toon van Stefanie die precies schryft of je nu gered bent. Aan de andere kant zou 't niet antwoorden onbeleefd kunnen schynen en dan is 't min goed om Edu! O t is zoo moeielyk! Mijn hoofd is suf -
Savends laat.
Kyk hoe gek daar liet ik dezen brief liggen omdat hy zoo verdrietig was, en daar lees ik in den Haarlemmer dat men een redacteur vraagt voor een blad. Ik schryf er over. en om nu van avond nog weg te krygen sluit ik in haast.
Dag beste tine. Dapper ben je als je gezondheid maar goed was. Dag onmathematische edu dag lieve non, dag beste kinderen.