Ideën, tweede bundel
456.
Neen, niet altyd suikergoed! Het kan kleur ook zyn.
Dat blykt uit de volgende vertelling.
Een kind meende dat er verf was te verkrygen uit den regenboog, en daar 't hemzelf wat vér scheen, verzocht-i een ouder broeder die verf voor hem te halen. Hy beloofde, daarvoor ten loon, de helft van z'n speelgoed.
De ouder broeder ging op weg, en vernam al zeer spoedig dat er geen kleursel te garen was uit nevel. Maar hy nam zich terstond voor, die nieuwe wetenschap geheim te houden voor z'n broertje, om niet z'n deel te verliezen aan het speelgoed.
Hy vond 'n stukje verweerd glas. Dit maakte hy vochtig, en zeide den kleine dat deze vochtigheid de verf was, die hy had opgevangen van den regenboog.
Het kind, de kleur van 't glas nemende voor die van 't vocht, was teleurgesteld. Want mooi zyn zulke verweerde kleuren niet. Maar toch betaalde hy 't beloofde loon, wyl z'n broeder - naar diens zeggen - de verf had gehaald van zo vér.