- Jack in office
- jagon
- jalons
- jang die pertoean
- Jason
- Javase Courant
- jaxsa
- je l'ignore pas
- Je lève bannière, n'en suivre ne peux
- Je sais qu'un tel discours de moi paraît étrange
- je tombe des nues
- Jeremia
- Jesaias
- Jezabel
- Joas
- joeroemoedie
- joeroengan
- Jokrissiade
- Jong, Cornelia Hendrika de
- Jorissen, Eduard Johan Pieter -
- jouir
- Judith
- Judith Geertruid van -
- Junius, Brieven van -
- Junot, Andoche, hertog van Abrantes -
- Jupiter
- jure
- jure et facto
- jurisprudentie
- jus belli
- jus gentium
- jus primi occupantis
- justificatoir
- justum ac tenacem
Jorissen, Eduard Johan Pieter -
: Nederlands godgeleerde, rechtsgeleerde en publicist (1829-1912); aanvankelijk vrijzinnig predikant, o.a. te Groningen; legde dit ambt in 1868 neer; was als journalist werkzaam en vestigde zich in 1876 op uitnodiging van president Burgers in Zuid-Afrika.