Multatuli.online

Lijst van correspondenten in alfabetische volgorde

A · B · C · D · E · F · G · H · I · J · K · L · M · N · O · P · Q · R · S · T · U · V · W · X · Y · Z

28 maart 1884

van

Gosewina Carolina de Haas-Hanau (bio)

aan

Mimi Douwes Dekker (bio)

 

deze brief in handschrift

download handschrift

Volledige Werken. Deel 23. Brieven en dokumenten uit de jaren 1884-1886 (1993)

terug naar lijst

28 maart 1884

Brief van mevr. G.C. de Haas-Hanau aan Mimi. Twee dubbele velletjes postpapier, geheel beschreven. (M.M.)

Rott. 28 Mrt 84

Lieve Mimi,

Dank voor je hartelijken brief. Hoe prettig dat Dek zich in den laatsten tijd zoo wel en goed gestemd voelt! Ik kan me begrijpen hoe gelukkig dit ook op uw stemming werkt. Als hij onwel en gedrukt is, kunt Gij toch onmogelijk opgeruimd zijn, Gij die zoo innig deelt in al zijn lief en leed. Wil hij werken, dan hoop ik dat zijn plan daaromtrent tot uitvoering komt, maar anders... - och! Ge weet hoe ik daarover denk, al sta ik in mijn meening tamelijk alleen. ‘Of ik de zaak van Dr Muller óók gelezen heb’? Nu dàt zou ik denken! Over die questie zond ik u dat flink stuk van Mr Levy, in de ‘Amsterdammer’. Of hebt Ge niet gemerkt dat dit van mij kwam? Nu dat doet er ook niet toe. Ge hebt het toch zeker ontvangen en gelezen. In alle opzichten ben ik het in die zaak eens met Mr Levij. En dat Dr Muller niet heeft bedankt of niet heeft kunnen bedanken, spijt me heel heel erg! Waarom waart Ge ‘verlucht’ toen Ge hoordet dat hij er zijn kostwinning niet aan gegeven heeft? Zou hij (hij is toch maar alléén) geen kans gezien hebben om op andere, meer eervolle wijze, voortaan aan den kost te komen? Een betrekking als de zijne, op de gestelde conditie waargenomen, staat toch, dunkt me, in moreele schatting, al heel laag. Gij meent misschien dat de heele rommel der sociaal democratie geen offer van een kostwinning waard is, dàt zou wáár kunnen wezen, maar doet hier naar mijn inzien, niets ter zake. Dr Muller leeft voor de behartiging der belangen van die richting, dat heeft hij getoond met woord en daad, wáár hij dit slechts doen kòn. Met hart en ziel ijvert en strijdt hij voor de zaak die hem heilig is. Wat doen nu curatoren? Ze stellen hem een alternatief dat laag en gemeen is. Als ze hem zijn ontslag hadden gegeven omdat hij is wàt hij is, dan zou daarvoor iets te zeggen zijn, maar hem, zoo als hij is, als leeraar te willen behouden op conditie dat hij niet toone wàt hij is en hoè hij denkt, dat vind ik eene, beide partijen onteerende propositie. Ja, het gestelde alternatief vind ik laag en gemeen; het geven van zijn ontslag zou ik alleen bekrompen gevonden hebben. Ik beklaag Dr Muller en heb diep medelijden met hem. Als leeraar, in 't publiek, van zijn chefs te moeten hooren: ‘voortaan stil en zoet zijn, of we zenden je weg’, is degradánt en 't moet voor M meer dan ellendig zijn niet te kunnen bedanken. Onder zóóveel tyranieke willekeur het hoofd te moeten buigen, vind ik zeer beklagenswaardig, ja daarvoor hoort een zelfbeeersing waarvan ik geen begrip heb. En hoe treurig zal voortaan M's zedelijk standpunt zijn tegenover zijn leerlingen! Iedereen weet natuurlijk van die zaak. Bah! Arme Muller, voor niets ter wereld zou ik in zijn plaats willen staan; 'k zou't niet kunnen, al zou ik mijn brood moeten bedelen. Curatoren hebben hem zijn positie in alle opzichten onmogelijk gemaakt! Hij was zoo vol vuur en ijver voor zijn zaak! En dat alles nu te moeten onderdrukken, omdat eenige fnuikers van recht en vrijheid, tegenover hem misbruik maken van hun gezag! (in zedelijken zin, met de wettelijken bemoei ik me niet.)

En wat zullen die autoriteiten een voldoening hebben nu, zoo naar wensch, de kroon op hun werk wordt gezet; nu ze hun slachtoffer gedwee het hoofd in den schoot zien leggen! - O! ik had wel willen schreiën toen ik van Snelleman (met wien ik in gezelschap was) hoorde dat Muller het voorstel in den geest van curatoren zou aannemen en 'k heb mij in dat gezelschap over die zaak heel heftig uitgelaten. Verbeeldje, Snellem. was tegen M en vóór curatoren! Begrijp je zoo iets? Zou dat reeds de slechte invloed zijn van zijn betrekking aan 'n krant? In dat gezelschap uitte ik onbewimpeld den wensch dat hij (Snelleman) ofschoon dagblad schrijver van beroep, tòch goed mensch moge blijven! Gelukkig nam hij mij dit niet kwalijk, ik zeg gelukkig omdat dit mij bewees dat zijn hart toch nog op de rechte plaats zit. Dupont en de Wolff waren het met mij eens, wat me om hunnent wil genoegen deed. Die arme Muller!

Denk niet, lieve Mimi, dat ik Muller's partij trek omdat ik het zoo in alles eens ben met de sociaal-democraten. O! neen, de partij als zoodanig kan me evenmin schelen als andere partijen, ik laat zelfs in't midden of hun richting in 't algemeen goed of verkeerd is, maar ik heb eerbied voor ieder, die, als dr Muller, met ijver en energie de belangen voorstaat, van hetgeen hij nuttig en noodig acht voor 't heil der menschheid en die met open vizier daaraan zijn beste krachten wijdt.

En die arme lehrer is ook op zoo ruwe manier behandeld! Ik wil waarlijk wel gelooven dat hij ontsteld was toen hij zijn ontslag kreeg! - En hoe naar voor wou nu weêr een anderen meester te moeten krijgen!

Ik heb aan Riekje nog niets gezegd dat er voor haar een portretje van Wou zal komen, des te grooter zal de verrassing zijn.

Dat de zoutevisch goed is en in orde is overgekomen doet me genoegen. Als ze op is en Dek mocht er meer van verlangen, dan zult Ge mij wel waarschuwen, nietwaar, Mies?

O! Ja, Gij vraagt den datum van Lientjes verjaardag: 12 April, de dag vóór Paaschen.

Verbeeld je hoe kinderlijk zij nog is: de groote pop (een exemplaar dat ik zelf als kind van 3 jaar van mijn ouders gekregen heb) gaf ik aan haar toen ze 5 jaar oud was en dus zal dat nu eerdaags 10 jaar zijn dat ze die kreeg. Nu die pop heeft ze 14 dagen geleden reeds in haar fraaiste costuum gekleed en netjes gekapt om op haar verjaardag op waardige wijs meê feest te vieren! En in vollen ernst hoor!

1ste Paaschdag zal ze een klein partijtje krijgen van meisjes harer classe van de burgerschool. Twee jaar geleden gaven we haar dat ook, toen speelden we een komedie stukje, maar hiervoor zijn we dit jaar niet in de gelegenheid geweest. Ook leidt dat Lientje te veel af, dat gedurig repeteeren vooral daar ze er zooveel liefhebberij in heeft. Nu ik hoop dat de meisjes zich toch wel zullen amuseeren en zal er natuurlijk voor doen wat ik kan. Op de school maakt Lientje het beter dan verleden jaar. De leeraren en leeraressen zijn over het algemeen veel beter over haar tevreden. De directrice zegt dat ze met haar hoofd beter bij de zaak is. Verleden jaar was ze erg verstrooid en afgetrokken. Nu we zullen zien aan 't eind van 't jaar!

Hé, uit de derde hand heb ik vernomen dat Jet Dupont [1.] Jet Dupont: Henriëtte J. Dupont (1860-1927). niet naar de academie zal gaan maar zich als leerares in de fransche taal bij 't middelbaar onderwijs wil vestigen. Het heet dat de ziekelijke toestand van haar moeder daar toe aanleiding gaf.-

Toen ze 3 jaar geleden naar 't gymnasium ging met 't plan om doctor in de letteren te worden, was haar moeder net even ziekelijk als nu en is dit al 10, à 12 jaren lang bijna even erg als nu. Enfin wáárom ze van haar plan afstapt is ook eigenlijk háár zaak, maar dan gaf ik dunkt me liever geen reden op dan een die voor goede vrienden en kennissen onaannemelijk is. Haar beide vriendinnen zetten de studie voort.

Mies, ik geloof dat dit een heele slordige brief is, maar ik zit midden onder de pratende kinderen, die soms verboden moeten worden omdat ze aan 't kibbelen zijn en vreeselijk aan de tafel stooten. Ik eindig dus maar liever, om met moederlijke waardigheid de kleintjes ‘te recht te brengen’ en naar bed te helpen.

Breng mijn zeer hartelijke groeten aan Dek over en zeg den kleinen Wou dat wij heel dikwijls over hem spreken en aan hem denken.

Dag, lieve Mimi, ik hoop dat het met uw huis naar wensch zal gaan. Ik geloof graag dat Ge een beslissing met angst en beven te gemoet ziet. Ik deel hartelijk in uw gevoelen. Adieu, lieve, een kus van tt. Lien

Ik heb laatst 't velletje dat ik van U gekregen heb bij de Wolfjes voor gelezen. Ze vonden het heel mooi even als ik en vooral niet alledaagsch. Vraag bij gelegenheid eens aan u zus Betsy of ze mij het bewuste eens wil zenden dat ik van haar ter lezing kreeg toen ik bij U logeerde? Mag ik dit dan overschrijven, dan zal ik het haar daarna in dank terug zenden. Ik weet haar adres niet.