Multatuli.online

Lijst van correspondenten in alfabetische volgorde

A · B · C · D · E · F · G · H · I · J · K · L · M · N · O · P · Q · R · S · T · U · V · W · X · Y · Z

16 augustus 1863

van

Multatuli

aan

Mimi Douwes Dekker (bio)

 

Volledige Werken. Deel 11. Brieven en dokumenten uit de jaren 1862-1866 (1977)

terug naar lijst

* Waarschijnlijk 16 augustus 1863

Fragment van een brief van Multatuli aan Mimi. (Brieven I, blz. 59; Brieven WB I, blz. 35)

Door Mimi enkel gedateerd met het jaartal 1863.

Dit fragment is wellicht deel geweest van dezelfde brief waartoe ook het volgende fragment behoort, dat eveneens overwegend in het Frans is geschreven. Un manuscript de 1843: zie VW IX, blz. 144-145 en 161-182.

Caroline: Carolina Joanna Versteegh, Multatuli's eerste grote liefde, Batavia 1841; zie VW VIII, blz. 68-69, 85-92, 98 en 696.

Golgotha: zie Idee 57; VW II, blz. 320.

Van de Pool: Carel Salomon van der Pool, vriend van Multatuli te Natal; zie VW VIII, blz. 695.

Ce que j'appelle ma sotte sagesse - tu as vu que je m'en plains dans mes Idées:

‘Niets is geheel waar en zelfs dat niet.’

‘Wysheid... bitter omdat ze nog maar half was.’

Le ‘nog maar’ est curieux et assez sot. Que de présomption dans ce ‘maar’ qui indique la différence d'alors avec à présent. N'est ce pas ta petite soeur qui dirait: toen ik nog 'n kind was?

Cette sotte sagesse, j'en ai un monument que je te montrerai un jour. C'est un manuscript de 1843. J'étais à Natal, seul ou presque seul. Un amour malheureux m'avait conduit là (amour malheureux: style de roman). Enfin, je devais à mon caractère un peu de désespoir. Cela nous pose magnifiquement. Ah, Caroline comme tu as bien fait de si mal agir! Que de perspicacité dans ta bêtise! Que d'amour dans ta froideur! Le savais-tu qu'il me fallait le baptème du malheur pour me rendre heureux? Avais-tu pressenti dans ton ignorance ‘dat er geen weg ten hemel is dan over Golgotha?’

Enfin... je jouissais d'un coeur déchiré. Je faisais des vers et autres sottises. Je donnai des fêtes. Ah j'étais magnifique! On en parle encore dans le pays. Vingt mille personnes se masquaient et se costumaient pour fêter dignement le désespoir du ‘kwajongen’.

En ik zelf was een aanspreker en een arlequin. Van de Pool, de mil. - commandant is dood. Hy was Napoleon. Maar Sem, de drooge Sem, leeft nog. Hy is meen ik agent der N.H.M. te Soerabaya. Zy beiden en Gendt waren er by toen ik Saffo nasprong.-

Où en étais-je? Saffo, Sem - Sem que j'appelais Pig, puisqu'il se nommait P.I.G. - Bien, moi, j'étais un ‘aanspreker’. Jamais les malais de Sumatra n'avaient vu un ‘hollandse aanspreker’ un individu du reste qu'on trouverait assez curieux partout ailleurs.

Et je ‘aansprak’ alle menschen, et je traduisais en malais la formule ordinaire ‘Ik maak je bekend dat overleden is...’

en daarop volgden dan geestighedens als: de welvaart van Natal nadat de engelschen 't hebben overgegeven aan de hollanders enz. En op eens ‘sprak ik aan’ en zeide: dat overleden is myn liefde, myn liefde, myn ongelukkige liefde, en ik berstte in tranen uit en was als gek. O, die malle Caroline, wat 'n eer!