13 november 1886
Brief van P.H. Ritter aan Multatuli. De passage in blauw is geschreven door Multatuli. (M.M.). Geëditeerd door UvA werkgroep-Blom (2019), zie ook Over Multatuli 56 (2006), p. 16-17. De aangehaalde woorden staan in Idee 136 in Ideën I van Multatuli. Onbekend is welke brief wordt bedoeld.Salamanka: Verwijst naar een lezing die Multatuli in 1868 gaf voor het Delftse studentengenootschap Vrije Studie. De lezing is opgenomen als Idee 590 in Ideën III.
32.) Thh1 – h5
33.) d5 – d6 Kb8 – c8
34.) Kg2 – f2. Th h5 – d5
Stand heden:
Wit: K f2, Th e1, S f1, p: a2, b2, d6.
Zw: K c8; Th e8, h5; p: a7, b7, c5, e4, f4.
Ja, hoe speel ik? 28 Juli gaf ik mij zelf op als ‘matig’. Ik heb weinig geschaakt en zag tot op heden nooit een schaakboek in. Ook in andere dingen dan schaken heb ik leiding en handleiding veronachtzaamd; het lezen Uwer ideeën (denk aan Uw geestig: ‘verschoold’, ‘verdokterd’)[ ] heeft dat gedaan. Zeker ben ik hierin verder gegaan dan Uw bedoeling is geweest. Ik denk aan Uw brief van Aug[ ]; en aan Uw wederom zoo geestig ‘Salamanka’ uit vrije studie[ ]. O, Ik wilde zoo gaarne een paar dagen met U spreken!
Thans dit: Zeg mij hoe ik speel. – Zeg mij ook of ik mij zelf in bovengenoemde levensopvatting heb te herzien. U.S.[ ]
R. –