27 september 1839
Brief van W. Douwes Dekker aan C. Abrahamsz-Douwes Dekker. Enkel vel postpapier, geheel beschreven. (M.M.). Fragmenten.
Amsterdam 1839 27 Sept.
Waarde Zuster,
Deze brief zal niet lang worden dewijl ik U weinig te schrijven weet en ten tweede geen tijd heb. hoe is dat mogelijk zal U misschien wel denken. hij heeft toch niets anders te doen. het is omdat ik strakjes monsteren moet. dus deze zal ook waarschijnlijk wel de laatste wezen. [1.] de laatste wezen: op 21 februari 1840 zou Willem over boord slaan op de Noordzee en omkomen, 17 jaar oud.
Moeder is op 't oogenblik weer geheel en al van haar stuk en ook reeds toen wij Uw brief ontvingen zoodat H.Ed. [2.] H.Ed.: hare edele = zij over de reis en U hulp in 't reizen nog weinig gedacht heeft, maar als H.Ed. wel word komt Moeder toch stellig. Dat C & A [3.] C & A: de geadresseerde Catharina was de oudste zuster van Pieter, Eduard en Willem, geboren in 1810 en in 1832 gehuwd met Cornelis Abrahamsz jr. om 't langste end trekken heb ik niet alleen aan Eduard maar ook aan Piet geschreven. (....)
Van E. hebben wij nog geen nadere tijding. in Vriesland [4.] Vriesland: Pieter (ook: Piet) was sedert 1837 predikant te Woudsend in Friesland. is alles wel.