*25 oktober 1886
Briefkaart van Multatuli aan W.J.C.A. Zürcher. Met poststempels Rotterdam 25 oct 86 en Amsterdam 26 oct 86 en geadresseerd aan Mr. W.J.C.A. Zürcher Hemonykaai Amsterdam. (Particulier archief; afschrift M.M.)
Ook voor Baarslag en Dolhain S.v.P.
W.Z. Ik zie daar 't artikeltje weer, dat me voorkomt ad majorum Gideonis Huetti gloriam [1.] ad majorem Gideonis Huetti gloriam: tot meerdere glorie van Gideon Huet (zoon van Conrad Busken Huet) (lat.) geforgeerd [2.] forgeren: in elkaar zetten (nr. het fr.: forger) te zyn. Die indruk blyft, maar één blyk daarvan vervalt. Er staat niet: R P (rél. prot.) [3.] rél. prot.: van protestants geloof (fr.) maar: R P R (rél. prétendue réformée) [4.] rél. prétendue réformée: zogenaamd hervormd van geloof (fr.) Dat stimmt alzoo. Ik had die 2e R over 't hoofd gezien. Maar ‘moix’ met x, ‘Huet’ met ü blyf ik verdacht vinden. Dit echter kan aan 't afschrift liggen. Van meer belang is de geheele vorm. Let eens, byv. op 't ‘moy’ [5.] moy: in de 17de eeuw geen ongebruikelijke schrijfwijze voor moi = mij (fr.) (van Colbert?) [6.] Colbert: Jean-Baptiste Colbert (1619-1683), Frans staatsman, hervormer der financiën onder Lodewijk XIV. dat in 'n stuk staat waaronder de Koning zelf eigenhandig z'n naam zet. Ik geloof niet dat de kanselary van 1685 zulke vormfouten maakte. En waarom dàt stuk op perkament? Men kon toch in '85 van 1600 niet weten dat het zou moeten bewaard worden als oudheid en... reclamemiddel!
Gegr.
tt
Dek