15 augustus 1886
Brief van P.H. Ritter aan Multatuli. Dubbel velletje postpapier, geheel beschreven. (M.M.)
Utrecht 15 VIII '86
Hooggeachte Heer! Zoo even ontvang ik Uw briefkaart. Ge zult mijn brief nu wel hebben ontvangen. - Uw briefkaart zegt mij dat ik U onbeleefd lang liet wachten op antwoord. Vergeef me.-
Ik had zooveel in orde te brengen. Daarenboven: ik moest mij vooraf orienteeren op het schaakbord en in het schaakboek. -- Gisteren was Scheuer [1.] Scheuer: W.Ph. Scheuer, zie V.W. XXIV bij 4 maart 1887. bij ons. Weldra zal hij vertrekken. 't Ga den jongen goed!
Die fragmenten van Henri's kleeding [2.] Henri's kleeding: blijkbaar waren kledingstukken (luiers?) van P.H. Ritter jr. (destijds 3 jaar oud) bij het bezoek van 28 juli 1886 in Ingelheim achtergebleven. (vraag aan Mevrouw of Zij ons deze nonchalance niet al te euvel duiden zal; onze gedachten werden zoo vervuld met andere onderwerpen) moge ik Mevrouw beleefd verzoeken aan een arm kind in N. Ingelheim te geven; indien ze die waarde nog bezitten. Ontvang onzen dank voor uwe bereidwilligheid ze nog naar hier te expedieeren.-
Reeds langen tijd ben ik bezig aan het thema: leeren willen. ‘Leeren’ in de beteekenis van discere en van docere. Hoe kan men dat een ander, hoe kan men het zelf leeren? - Komt men hier niet in een cirkel? Om te leeren willen, moet men willen leeren willen. Daartoe moet men willen willen leeren willen enz. - Ik gaf u dien wil, zegt Fancy. - Dat is uw oplossing.-
Als ik gereed ben, zend ik u mijn werk.-
Nog eens: vergeef mij dat late antwoorden. Van huis tot huis de beleefde groeten.-
Uw
P.H. Ritter