31 juli 1878
Brief van Mimi aan C. Vosmaer. Twee dubbele velletjes postpapier, waarvan blz. 1-7 en 8 (½) beschreven. (Vosmaer-archief, A.R.A. 's-Gravenhage; fotokopie M.M.)
Wiesbaden 31 Juli 78.
Beste Vos. Dek en ik waren hartelyk bly met je brief. wat ik wel extra dien te zeggen, daar het wel al een maand geleden is ik hem ontving en zulk lang wachten met antwoorden niet juist blyk geeft van de ingenomenheid waarmee we je goeden brief ontvingen. - Och, ik vind het leven niet heel mooi dezen laatsten tyd - dat wil zeggen by veel goeds in vergelyking van vroeger soms is alles toch naar omdat dek zoo onwel is. Sedert zyn thuiskomst heeft hy nog geen rust gehad, iets waaraan hy toch groote behoefte had - Hy is tegelyk zeer zenuwachtig overspannen en zwak - en dikwyls bitter gestemd. Sedert 2 dagen zyn we nu goddank zonder logés Ik zeg goddank want ofschoon de meeste gasten ons welkom waren als goede vrienden was 't toch broodnoodig dat dek eens niet meer spreekt dan hy lust heeft, of zichzelf nurksch voelt, omdati zwygt. wat i ook niet verdragen kan. en nu, marte-laar als i is, denkt hy alweer aan voordrachten in't najaar te houden! 't maakt me puur ziek.
Het eenige goede is ons kind, Wouter. 'n lieve engel - dek is dol op 't kind en ik vergeef hem z'n onviervoetigheid omdat i zoo knap en intelligent als i is zonder studie den weg gevonden heeft tot deks hart. twee en 'n half jaar! maar daarby zoo levendig en gehoorzaam kalm en intelligent en gezond en hartelyk - o 'n engel, heusch. Dek waarschuwt me al dat die intelligentie in eens kan blyven staan. nu, in godsnaam voorloopig is 't kind 'n heerlykheid. hy noemt zich zelf met het grootste aplomb: Wouter Douwes Dekker, 'n lief kind! o komisch. je begrypt dat we een hollandertje van hem maken.
Wel Vos, ik begryp hoe interessant het voor je was zoo'n tyd in Italie te zyn. Voor jou meer dan voor veele anderen - en hoe je er de vermoeienissen voor over had. Want dat je arme reis-compagnon zoo ziek is geworden doet me van die vermoeienissen niets gerings denken, oef!
's avonds
Hartelyk dank ook voor je Ilias! [1.] Ilias: Vosmaer publiceerde een vertaling van dit Homerische epos in de jaren 1878-1880. Primo: wat ziet het er keurig uit! Zoo klassiek zelfs de omslag en alles. Ja, zeker heb ik het gelezen. en met veel genoegen. Dek moest er by te pas komen (‘'t knappe kind’) om me de namen te vertalen. Alexandros = Paris [2.] Alexandros = Paris: twee namen voor de tweede zoon van koning Priamos van Troje. enz. enz, maar ik moet zeggen dat ik naar 't vervolg verlang. Ja ik vind het schoon - en dan zoo oud - en ook toen ging Thetis naast haar minnaar-tyran zitten en omvatte zyn knieen met haar linker arm en streelde zn kin met haar rechter hand en fleemde en was geraakt en praatte als 'n vrouw van nu - of liever zoo beschreef het Homerus - ja het bevalt - en weet je het verwondert me zoo dat het bevalt. O Vos wat zal je me nu onbeschaafd vinden, maar 't is waar ik verlang nr 't vervolg. en dat het zoo oud is is zoo aandoenlyk... voor iemand die nog niet veel ouds leerde kennen.
Non is 'n paar dagen na deks thuiskomst 8 daag by ons geweest. Ze is namelyk in München (niet Weenen) dus in de buurt. haar komst gold voornamelyk een goed woord voor Edu te doen. Non zelf is dek goddank erg meegevallen. Zy is 'n snoepje! Lang slank blond heel blank prachtig roode lippen, blond haar. eigenlyk niet mooi maar bekoorlyk. Ze ziet er uit nr 17 jaar in plaats van 21 wat ze is. Zoo pedant als haar brieven zoo kinderlyk is zy en gracieus. alles lief. maar... maar... er blyven veel haken en oogen en alles werd behandeld, enfin het is waar, ze is dek vreemd en dat is hard voor hem. Ze had beloofd dezen zomer hier te komen gedurende haar vacantie maar deks toestand en de opwindingen doen me hopen dat daar niets van komt. Wat Nons artisteschap betreft ze teekent beeldig maar dek beweert dat ze geen artiste is. en... en... ik geloof dat dek gelyk heeft. Non is volhardend yverig en eerzuchtig - zoo heeft ze talent veroverd. Ze kan teekenen - net andersom als Minthrop, die zonder te kunnen teekenen zn artiste-schap verraadde. nu, ik wil haar kunst niet verkleinen integendeel. ik acht die lang niet gering - alleen wanneer ze als kunstenaar niet heel hoog staat is't jammer dat ze daarom dek verwaarloosde. Met Non en my is 't vry goed gegaan. Zy was vriendelyk en ik geloof wel ze nu weet ik haar geen kwaad wil. Heeft Texeira [4.] Texeira: de nederlandsche consul te Venetië. je ook over Edu gesproken? O dat is heel erg - nadat hy van ons wegliep doolt i rond - altyd had hy hulp noodig, en voor 'n paar daag schreef hy aan dek of hy weer mocht komen. Het is heel pynlyk - dek weet letterlyk geen raad met hem. ik weet nog niet of hy komen zal. Ook deze questie maakt D. heelemaal van streek. Op 't oogenblik ligt dek met koorts te bed. ik hoop hy daarna wat ontspant zal zyn vooral van geest. arme dek!
Dag beste Vos. Och aan schryven van my valt tegenwoordig niet te denken en 't helpt by slot van rekening toch niet. 'n druppel in een emmer. later als ik eens lust heb en je wilt me dan helpen byv. aan Banier [5.] De Banier: ‘Tijdschrift voor het jonge Holland’, 1875-1880, onder redaktie van Frits Smit Kleine en Marcellus Emants. graag. Ik heb ook 't land aan ten Brink. maar ik wou toen maar iets doen pour acquis de conscience [3.] pour acquit de conscience: om mijn geweten te sussen (fr.) tegenover Loman. anders niet. die Huet met zn roman Robert Bruce!
En nu met 'n hartelyken handdruk en veel groeten van m'n armen dek
quite yours
Mimi