Waarschijnlijk 30 augustus 1877
Brief van Multatuli aan Willem Pik. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-2 en 3 (onderaan) beschreven. (M.M.)
Wb. Donderdag
Wel, m'n beste jongen, als je aanst. Saterdag hier komt, zal je je prachtige kamer bezet vinden! 'n heele historie! Eergister ontving ik 'n telegram uit München, van m'n zoon die van Venetie herwaarts op weg, - nu dat doet er niet toe, maar zeker is 't dat ik hem morgen hier wacht.
Nu weet ik niet wat U 't best schikt, nam. òf in 'n logement logeeren (d.h. [1.] d.h.: (das heisst) dat wil zeggen (du.) slapen alleen) òf dat ge eerst Zondag ochtend met 1e trein hier komt, en 's avends weer vertrekt? Doe wat u 't best voorkomt, en deel me uw beslissing mee. Ik heb 'n hekel aan logementen, en ik ben zoo bang dat men nergens U 'n kamer beneden de 60, 70 trappen hoog zal aanwyzen. Dit verontrust me om uw ziek been, en daarom zou ik U haast aanraden niet voor Zondag ochtend te komen en dan rechtstreeks naar Schwalbacherstrasse. Ik ben zoo bang dat we U verleden week te veel hebben laten loopen. Dat zal niet weer gebeuren.
Schryf me 'n woordje, en wees vriendelyk gegroet van
tt
DD
Ik zit tot over de ooren in verdriet en zorg! Maar dit is voor U geen reden om zondag niet hier te komen, als ge 'r maar genoegen mee neemt dat m'n stemming niet heel vroolyk is.