6 augustus 1876
Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr. Dubbel velletje postpapier, geheel beschreven. (M.M.)
Wiesbaden 6 Augs 76
Waarde heer Waltman!
Ik zal U Zondag avend van den trein halen en... u in een prachtig logement brengen, o prachtig! Zonder gekheid, uw kamertje zal klein wezen en er is van beide zyden fideliteit noodig om U er in te stoppen, maar een paar voorgangers waren uit vriendelykheid er mee tevreden, en dit zult gy ook wel zyn, vooral daar wy U hartelyk en eenvoudig ontvangen zullen.
Daar ik 'n stomme spoorafhaler ben en 't soms gebeuren kon dat ik U niet vond [1.] vond: oorspr. stond er vondt. (het is zondagsavend gewoonlyk vol met terugkeerende pierewaaiers) verzoek ik U in dat geval 'n ‘droschke’ (vigilant) of ‘dienstmann’ te nemen, die u naar
Schwalbacherstrasse 9a
brengt.
Het is, na 'n heelen dag sporens prettiger zich eens te vertreden, dan weer in 'n rytuig te gaan. Zeg in-geval wy elkaer misliepen aan koetsier of voerman
Der Kaserne gegenüber bei Schuhmachermeister Fiedler.
Die industrieel namelyk woont onder my, en de ingang is naast z'n winkel (die trouwens zondag-avends gesloten is, maar er hangt 'n bordjen uit.)-
Ik ben zeker dat ge met genoegen by ons wezen zult, wy zyn als gy en houden van 't eenvoudige. Ons woninkje is klein, maar huiselyk en gezellig.-
Och, de lelies zyn niet uitgekomen! We hebben lang lang gewacht, maar er kwam niets te voorschyn. Zulke vliegenflesschen heb ik hier gezien. Belast er u dus niet mee. Andere kommissies heb ik op 't oogenblik niet, doch als me voor vrydag nog iets in den zin komt, zal ik zoo vry zyn van Uw vriendelyk aanbod gebruik te maken. En wel zullen wy U verzoeken, van hier gaande een klein pakje voor ons meetenemen, inh. een paar boeken die den heer Vosmaer behooren.
Wees intusschen heel vriendelyk gegroet van
t.a.v.
DouwesDekker
Als we ons op voet van styve deftigheid moesten stellen, zou ik u dat kleine kamertje niet durven presenteeren, maar nu durf ik wel. Vosmaer, Versluys (van Groningen) Verschuer [2.] Verschuer: Adriaan Daniël, baron van Verschuer (1848-1924), kapitein bij de marine. (van de Marine) en Roorda (uit Zwitserland) hebben er genoegen mee genomen. De kamer doet er niet toe, als we u maar goed laten zien dat ge welkom zyt, niet waar?