*Waarschijnlijk 28 maart 1875
Brief van Mina Krüseman aan mevrouw Bosch. (Leven III, blz. 59-60).
een zoen: bij de eerste verschijning van D.D. op een repetitie van V. was Mevr. ten Hagen hem om den hals gevlogen, omdat ze ‘nog nooit een zoen gehad had van een man van genie!’ Andere gezoenden, trekt u dit eens aan!!!
(noot van M.K.)
Brussel Maart 75.
Beste Mevrouw!
Tot mijn spijt kan ik den 1sten April niet in Amsterdam wezen om Mevr. Kleine te zien, jammer! maar ik moet hier blijven tot den speeltijd. En ik heb 't zoo druk, O! O! O! O! 't is ongelooflijk wat een mensch te strijden heeft, als hij in de tooneelwereld eerlijk wil blijven en toch niet onder wil gaan. Nu moet ik weer plaats maken voor Mevr. ten Hagen, volgens het Vaderland. ‘Wat een zoen vermag!’ heb ik dadelijk aan mijn directeurtjes geschreven, die beweren van geen Vorstenschool met Mevr. ten Hagen iets vernomen te hebben. Van Mevr. Douwes Dekker als Hanna spreekt niemand, maar ik begrijp de intrigue wel en amuseer me alweer met 't uitpluizen van de zaak die niemand avoueeren durft.
Mina.