19 februari 1875
Brief van Multatuli aan J.L. Switzar. Dubbel velletje postpapier, beschreven. (M.M.)
Voor de vorige zet zie 15 februari, voor de volgende zet 24 februari.
Rotterdam 19 febr. 1875
Geachte heer & Vriend
Ik begin met U beleefd dank te zeggen voor de toezending van 't Jaarboekje. Tot-nog-toe had ik het te druk met de repetitien van m'n Vorstenschool, om de gespeelde partyen - en vooral de Uwen! - te kunnen volgen. Daaraan echter zal ik 't eerste uurtje besteden, dat ik vry heb.
Maar, eilieve, waarom staat myn naam niet op de lyst der leden? Ik was toch immers lid over 't jaar 1874? Of heb ik dit mis?
Wat ónze party aangaat, ik ontving
28) | b6 - e6:† | |
29) | g6 - e6: | |
29) | d7 - d6 | |
Antw. | 30) | e6 - e7† |
Daar UWD natuurlykerwyze, om geen pion te verliezen, Uw Kasteel er tusschen plaatst, neem ik.
Alzoo:
30) | d6 - d7 | |
31) | e7 - d7:† | |
Op Uw | 31) | C7 - d7: |
volgt | 32) | e2 - e3. |
Na vriendelyke groete ben ik met de meeste hoogachting
UEDDWDienaar
Douwes Dekker