13 december 1873
Brief van Multatuli aan C.F. Loder. Enkel velletje postpapier, aan éen zijde beschreven. (M.M.)
Multatuli was door het delftse dispuut gevraagd om een feest bij te wonen; zie zijn brief d.d. 29 juni.
Wiesbaden 13 Decr 1873
Waarde Heer Loder!
Uw vriendelyk aanhouden treft my zeer, maar ik kan niet! Meer dan ooit zie ik heden de onmogelykheid in, my te verbinden, daar ik sedert 'n paar weken onwel ben. Indien ik byv. myn woord gegeven had voor 1o, 8 of 10, 12, 14 December, zou ik wel genoodzaakt geweest zyn dat woord te breken. Ik kan tegenwoordig niet rekenen op myn gezondheid, die zeer ondermynd is. Geloof toch niet, waarde Heer, dat er in deze zaak een rol wordt gespeeld door grove by-omstandigheden. Wanneer Vrye-Studie millionair was, zou ik genoodzaakt zyn hetzelfde antwoord te geven. De Jongeluî zyn altyd hoogstfatsoenlyk en royaal geweest, en als ik komen kon, ligt het bezwaar waarachtig niet in 't financiëele, maar ik kan niet, en betreur het!
Na vriendelyke groet, ook aan de andere Heeren, met achting
UEDDwDienaar
Douwes Dekker