30 november 1873
Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr. Enkel velletje postpapier, dubbel gevouwen en tot onderaan de derde bladzijde beschreven. (M.M.)
Wbaden. 30 Novr 1873
Waarde Heer Waltman,
Ja, ik zond U dat ‘Schoolblad’ voor 'n aardigheid. Het is namelyk opmerkelyk dat de M. St. die volstrekt niet ‘schoolsch’ zyn, juist in dát blad het eerst behandeld worden. Ik ben zeer bly dat er op m'n ‘Cyfers’ niet méér of erger aanmerkingen zyn, let wel: van 'n vakman. Komiek is het, dat hy van die berekeningen de hoofdzaak schynt te maken. Daaruit kan men den vakman proeven. Ik antwoord hem voorloopig vriendschappelyk in 't Schoolblad, doch behoud m'n ware repliek eigenlyk voor 'n herdruk. Wanneer ik m'n antw. nummer ontvang, zal ik 't u zenden.
Wees intusschen zoo goed, een ‘Specialiteiten’
aan den Heer J. Versluys
Leeraar aan de
R.H. Burgerschool te Groningen
te zenden. Hy zond my een door hem geschreven werk over de hoogere algebra, en ik moet dit reciproceeren. Ik ben zoo vry U te verzoeken het te frankeeren, en debiteer my. Anders ben ik verlegen. Ik zal m'n schuld aanzuiveren door 'n creditpost ten-uwen-behoeve by den Heer Funke. Maar ik zal met Uzelf ook wel weer in rekening komen.
Wees vriendelyk gegroet
tt
DD