8 augustus 1873
Brief van Multatuli aan J.L. Switzar. Half enkel velletjes postpapier, tot het midden van de keerzijde beschreven. (Particulier archief, Eindhoven; fotokopie M.M.)
Bij Multatuli's aanbod noteerde Lodewijk Prins: Met deze onstuimige charge bederft zwart zijn goede vooruitzichten. 6... Pd5: zou juist zijn geweest. Dat was toen trouwens al meer dan twintig jaar ‘bekend’. (Prins 1970, blz. 89)
Voor de vorige zet zie 2 augustus, voor de volgende zet 14 augustus.
Wbaden 8 Aug. 1873
Weledele Heer!
In antwoord op 6) E 4 - D 5, heb ik het genoegen hierby aantebieden.
6) E 5 - E4.
Wat overigens Uw voorstel aangaat om de kosten ten lasten te brengen van den verliezer, dit komt me goed voor, en ik neem het aan. By den heer F. gaat veel om, en door de drukte zou misschien dikwyls een onzer zetten blyven liggen.
By vergissing zeker, zyn bygaande postzegeltjes tusschen Uwen brief geraakt. Ik ben dus zoo vry, UWED die terug aantebieden.
Na vriendelyke groete met achting
UWEDDwDienaar
Douwes Dekker