15 april 1869
Brief van Multatuli aan J. de Geyter. Afschrift van onbekende hand. (M.M.)
Dordrecht 15 April 1869
Waarde de Geyter, ik ben hier op reis en ga morgen naar Nymegen, overmorgen naar Zutfen, Zondag Breda.
(Ik verdien ter nauwernood de reiskosten!)
Hoe 't zy, ik kan Maandag en volgende dagen voor Antwerpen en Gent bestemmen. Ziet gy kans om van U uit met Gent iets te bepalen? Zoo ja (of ook zoo neen) antwoord my s.v.p. te
Breda, hotel de Kroon
waar ik zondag avond zyn zal.
Ik zou zeer gaarne maandag ten uwent komen, en zal dat hoogstwaarschynlyk doen, ook al kunt ge my niet terstond gebruiken. Ik zal my dan de geheele week voor Antwerpen en Gent disponibel houden. Ge kunt dus (indien het overigens schikt zonder te groote opoffering) zelf den dag bepalen, en dat kan men te Gent ook doen, zonder nadere goedkeuring.
De vraag is maar of 't U gelegen komt de zaak met Gent te regelen. Wilt gy dit doen? In allen geval kom ik Maandag eens bij U, daar ik toch te Breda ben.
Groet uwe lieve vrouw.
Uw
Douwes Dekker