* 26 augustus 1867
Brief van Multatuli aan J. de Geyter. Afschrift van onbekende hand. (M.M.)
Keulen, 26 Aug. 67
Waarde de Geyter,
Een weinig bekomen van de vermoeienissen der reis, van de hitte, van die (niet altyd aangename) indrukken die het Congres my heeft veroorzaakt, schryf ik U: 1o om u myn spyt uit te drukken dat ik u zoo weinig heb gesproken; 2o om U te vragen of ge my uw vers wilt toezenden, dat ik zeer schoon vond; 3o om u te verzoeken my op de hoogte te houden van de Vlaamsche pers voor zooverre het voorval met Vreede betreft.-
Uwe verstoordheid dat ik uwe party opnam tegen de verkeerde opvatting van Lenaertz zal wel verflauwd zyn. Zoo neen, 't kan me niet schelen, en in een gelyk geval zou ik 't weer doen. Ik kon 't niet verdragen dat uw zeer forsche krygsroep werd uitgemaakt voor een genadekreet. De opvatting was al te gek.
Wees met uwe vrouw vriendelyk gegroet van uw liefhebbende
Douwes Dekker
Ik heb lang geweifeld om in Antwerpen te komen, doch dan had ik 't geld verreisd dat ik voor andere dingen noodig heb.
Anders was ik nu by U.