22 augustus 1867
Brief van Multatuli aan M. Rooses. Enkel velletje postpapier, geheel beschreven. (A.M.V.C., Antwerpen; fotokopie M.M.)
Op de gefrankeerde enveloppe het adres: Den Heere Max Rooses
Korenlei 2
Gent, en het poststempel: Gand Station 22 Août 67.
Spoor, grande station: één uur
Zeer geachte Heer Rooses, Gister avend, of liever van nacht, was ik van voornemen heden nog hier te blyven om afscheid van U te nemen maar 't is beter dat ik ga. Jammer genoeg, want ik had in Gent nog een en ander te doen gehad. Ik had zoo gaarne dezen en genen gesproken, buiten den Congres-roes. Want een roes is het geweest! Ik had u willen bedanken voor vele blyken van hulpvaardigheid, en waarlyk, ik heb u meermalen bewonderd, dat ge, te midden van zooveel drukte, nog tyd en hart overhieldt om u met my te bemoeien.
't Is uwe schuld niet, dat ik geleden heb en treurig ben. Kunt gy dat begrypen? Ik denk neen, want ieder draagt zyn eigen likdorens. Toch wilde ik gaarne weten als zielkundige proef, of ge u rekenschap weet te geven van de zeer treurige stemming waarin ik Gent verlaat. Ik doe die vraag ook aan den heer Rolin-Jaquemyns.
te Keulen teruggekeerd, zal ik, na een paar dagen stilte, waaraan ik behoefte heb, na my wat verfrischt te hebben met het beschouwen en behandelen van mathematische waarheid, bedenken of er middel is om myne met Gent aangeknoopte betrekking voorttezetten. Als dat gelukt, zal ik U spoedig wederzien, en dat zal me een waar genoegen zyn.
Ik dank u hartelyk voor al wat ge voor my deedt, en neem van U de aangenaamste herinnering mede.
Met hoogachting en vriendschap
UEDDwDienaar
Douwes Dekker