7 juni 1867
Brief van J. van Lennep aan Multatuli. Enkel velletje postpapier, dubbel gevouwen en voor de helft beschreven. (M.M.)
Het verzoek van Multatuli, waarop deze brief het antwoord vormt, is niet teruggevonden.
WelEdelgeb. Heer
Ik zou u voorlang de f125 hebben gezonden, die mij de Hr De Ruyter, volgens de afrekening over den Max Havelaar, in Juli 1866 ter hand stelde; doch uw adres was mij onbekend en ik heb mij vruchteloos daar naar geïnformeerd. Morgen doet de Hr Praetorius het u toekomen in een aangeteekenden brief, en daarvoor zult gij mij de quitantie wel willen zenden.
Ik weet niet, of de afrekening in aanst. Juli iets noemenswaards zal opleveren; doch in elk geval zal 't mij aangenaam zijn tegen dien tijd opgave te hebben van uw adres.
Met de meest welwillende gevoelens steeds
UwdvDr
JvanLennep
Amst 7 Juni 1867