Multatuli.online

20 maart 1866

Brief van R.C. d'Ablaing van Giessenburg aan Multatuli. (Kopieboek 4, blz. 3. M.M.)

Voor de tekst van het vonnis zie men 18 januari, en de aantekening bij 17 maart.

E. Douwes Dekker

Frankfort a/M

Amice!

Uw Vonnis is eindelijk beteekend en het afschrift bij mij bezorgd - wenscht ge dat ik het u opzende -

Van Vuuren is een week of wat geleden onverwachts bij mij weggeloopen. Hij heeft de monomanie zich te verbeelden dat hij op het punt staat schatrijk te worden, - wil daarom niet langer knecht zijn schrijft dag en nacht brochures en annonceert er reeds een heele lijst in het Handelsblad van heden - Treurige positie vooral voor zijne vrouw, die nu alleen met schoonmaken, de kost moet winnen - Zie, als ge eenigzins kunt, Fine wat geld te zenden wij zijn er erg om verlegen. De kinderen beginnen eindelijk wat beter te worden doch de gezondheid van mijn vrouw heeft geweldig geleden. In vier maanden heeft zij bijna geen nachtrust gehad, zij dien buiten dien reeds zoo sukkelend was.

Ingesloten een brief, heden voor U ontvangen.

Na vriendschappelijke groete

Geheel de uwe