Multatuli.online

30 december 1864

Brief van R.C. d'Ablaing van Giessenburg aan D. Koning. (Kopieboek 3, blz. 36. M.M.)

assidu: onverdroten, ijverig.

Waarde Heer

Dekker is weder aan het werk, en heeft mij beloofd geregeld voort te werken, mits ik hem voor ieder vel druks dat hij mij gereed tot afdrukken levert, terstond f 25,- uitbetaal.

Als een gevolg van de vele kosten die ik dit jaar gehad heb is het mij onmogelijk in 1865, eene som, tot deze voorschotten benoodigd, aan mijn bedrijfskapitaal te onttrekken en tot Mei 1866 daar buiten te houden. Werkt D. inderdaad voort, gelijk te hopen is, dan zou er eene som van f 3000, en meer zelfs successievelijk kunnen benoodigd zijn, dit is echter niet te denken.

Ik zoek thans iemand bij wien ik, naar mate gevorderd, (tegen 5% interest), over het hiertoe vereischte geld zou kunnen beschikken, telkens tegen overgifte van een Ex. van het afgedrukte blad dat de waarde tot dekking representeren moet. Op deze wijze bezwaar ik mij niet met de verpligting interest te betalen voor gelden die ik niet gebruik, en de geldschieter heeft de verzekering dat het onderpand of de waarde daar is, waarop hij voorschot geeft, en, mijne waarborg daarbij gerekend, dus op eene zekere wijze zijn geld belegd wordt. Eene juiste som als maximum te bepalen is onmogelijk; de ondervinding heeft mij echter geleerd dat het D. onmogelijk is langen tijd achter een door te werken, en dat eene nietigheid soms hem geheele maanden zijn werk doet staken, zoodat ik voor mij, mij overtuigd houd dat er in 1865 geen 120 vel à f 25,- door hem zullen worden in het licht gegeven, hoezeer, assidu doorwerkende, hij tot meer in staat is.

Is het U mogelijk en zijt ge genoeg overtuigd van mijne eerlijkheid mij dit crediet, hetzij onbepaald of voor eene zekere som te openen, dan zult ge mij bijzonder verpligten mij met een enkel woord voorloopig te berigten dat ik mij niet tot een ander behoef te wenden, hetgeen, dit beken ik u gaarne, ik zeer ongaarne zou doen. Het is nooit aangenaam buiten den vertrouwden kring, die bij mij al zeer klein is, te moeten erkennen dat men geen kapitalist en handelaar tevens is.

Na hartelijke groete

Geheel de uwe

R.C. d'Ablaing v.G.