Lijst van correspondenten in alfabetische volgorde
23 augustus 1862
van
R.C. d' Ablaing van Giessenburg (bio)
aan
Paul Nijhoff
Volledige Werken. Deel 11. Brieven en dokumenten uit de jaren 1862-1866 (1977)
23 augustus 1862
Brief van R.C. d'Ablaing van Giessenburg aan Nijhoff te Arnhem. (Kopieboek 2, blz. 49. M.M.)
M.
Het spijt mij zeer u te moeten refereren naar den noot aan den voet van mijne facturen, houdende waarschuwing dat de in commissie gezonden vellen 1-6 der Ideen van Multatuli niet afzonderlijk verkrijgbaar waren, doch het abt. tot en met vel 26 aan het koopen dezer vellen verbonden was.
Ik plaatste deze noot om alle vergissing te voorkomen, te meer daar het getal overgedrukte bladen, ingerigt om als eerste afleveringen afzonderlijk verkocht te worden, zeer gering was. Het is mij onmogelijk op het oogenblik van mijne bepaling af te wijken; de afleveringen zijn sedert lang uitverkocht, en ik heb de weinige Ex. die ik van het werk over heb, te zeer noodig om er twee defect te maken. UEd houde mij dus ten goede dat ik u in dit geval onmogelijk van de twee abonnementen ontslaan kan. U gevoelt zelf dat ik door het afzonderlijk afleveren der eerste aflevering geen enkel Ex: méér heb overgehouden dan noodig was voor de complete Exemplaren 1e. bundel.
In alle gevallen, waarin het mij slechts mogelijk zij, zal het mij een genoegen zijn u van dienst te wezen.
Ik heb de eer mij met de meeste achting te noemen UEDwD.