Waarschijnlijk eind maart 1862
Brief van Multatuli aan R.C. d'Ablaing van Giessenburg (firma R.C. Meijer). Facsimile in: Tété, Technisch tijdschrift voor de grafische industrie, zesde jaargang, nr. 12, December 1951, blz. 304-305.
Het origineel is, volgens mededeling aldaar, in rode inkt geschreven.
Waarde Heer Meijer!
Ik gis dat gij op deze proef zult zetten: afdrukken.
Eilieve, wie verzekert U dat men op de drukkerij niet weêr een fout zal maken in die vier tusschengevoegde woorden op 118?
- Dat heeft men ook gedaan op vel 1. Daar had ik op de laaste persrevisie ‘wat’ veranderd in ‘iets’. Men drukte iest.
Nu op bladz. 123. In de vorige proef die hierbij gaat heb ik in werkelijkheid iets veranderd, en uit overmaat van duidelijkheid het woord onder de pagina geschreven. Ik vraag U of daarin nog weer eene drukfout mogt gemaakt worden.
De wezenlijke correctie is al vervelend genoeg maar ik vind dat men vorderen kan dat zij ten minste geen fout maken in een paar bijgevoegde woorden die duidelijk geschreven staan.
Na vriendelijke groete
tav
DD