Waarschijnlijk maart 1862
Brief van Multatuli aan R.C. d'Ablaing van Giessenburg.
Enkel velletje papier, klein formaat, aan een zijde beschreven. (M.M.)
Waarde d'Ablaing!
Ik ben verd... ziek. Mijn keel is gezwollen. Ik heb koorts gehad van gistermiddag 2 uur tot - ja, 't is nog niet uit.
- Maar iets anders. - Och, zou je een kwartier kunnen uitbreken. Ik ben zoo slap dat ik moeite heb om te schrijven ik wil u spreken over de ideen. Is 't U mogelijk even bij mij te komen, een kwartier maar.