Multatuli.online

15 mei 1887

Brief van Mimi aan F. Smit Kleine. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-3 en 4 (½) beschreven. (N.L.M.D., Den Haag; fotokopie M.M.)

N. Ing. 15 Mei 1887

Geachte Heer!

Behalve in 't engelsch is de M.H. ook in 't fransch en duitsch vertaald.

In 't fransch door A J Nieuwenhuis en Crisafulli uitgaaf paris E Dentu 1876

In 't duitsch door Th Stromer. Berlin. Verlag von Gotthard U E Müller, 1875.

Beide uitermate slecht. zoodat D. eraan gedegouteerd was. Van beoordelingen van die quasi-vertalingen - weten we niets. - Mynheer Stromer heeft er heele stukken uitgelaten, v.a. het woord van Pène, het motto van Barbertje, byna het gansche lied van Saidjah, enz. enz.

witte mieren vertaalt hy schweinsnieren
pantalon vertaalt hy pantoffeln
klapperwater vertaalt hy reiswasser

dat de heer by ons gediend wordt vertaald hij dass der Herr bei uns speisen kann enz. enz. enz. erbarmelyk! en ⅓ geschrapt-

Kort na 't verschynen van den Havelaar is er in de (ik meen dat de titel was) ‘Monatshefte für literatur’ een beoordeling van den M H. en tevens vertaling van Saidjah opgenomen; maar kan 't niet nauwkeurig nazien daar we dat tydschrift niet bezitten.-

Overigens is nooit iets van beteekenis vertaald. ofschoon de probeersels by dozynen tellen!-

Nahuys was nu bezig met het spaansch, maar ook dat traineert. Na't verschynen van den eng. Havelaar verschenen beoordelingen in:

Contemperary Review April 1868
Westminster Review apr 1868
British Quarterly apr 1868
North British Review June 67
Revue Britanique Aout 67
Revue Moderne Novembre 67
Revue Moderne Janvier 68
Morning Post 26 March 68
Morning Post 2 May 68
Morning Post 8 May 68
Evening Star 14 Febr. 68
Morning Journal 28 March 68
Pall Mall Gazette 27 June 68
Scotsman 1 April 68
Scotsman 11 June 68
Atheneum 8 Aug 68
Daily News 10 Febr 68
Een heele lijst! Wij hebben die allen-

Ofschoon ik dankbaar ben voor uwe bedoeling zoo meen ik toch, waarde Heer, U te moeten verzoeken uw artikel direct aan Dr Barth te zenden. Gy zult dien schroom van my begrypen, dat weet ik. Geheel, geheel ingenomen kan ik eigenlyk met niets zyn dat over Hem geschreven wordt. Myn eigen woorden zyn me als 't ware te koud - te ontheiligend. Ik weet dat Gy de taak met hart hebt ondernomen, dat is my genoeg... neen, bitte, zend my niets! - Ik hoop ge dit verzoek begrypt...

Zeker heeft U de ‘Onafgew. Bl.’ reeds ontvangen.

Met de meeste hoogachting

Uw toegenegen

M Douwes Dekker-Schepel