Multatuli.online

21 augustus 1883

Brief van Multatuli aan J.G. Robbers. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-3 en 4 (⅔) beschreven. (M.M.)

Nieder-Ingelheim, 21 Aug 1883.

Waarde heer Robbers!

Meen in godsnaam niet dat ik U en m'n verplichting jegens U vergeet. Ik tob met allerlei inwendige bezwaren, doch hiermede hebt Gy als verantwoordelyk Directeur eener handelszaak niets te maken.

Wat ik U nu schryven wil, is dit. Uw rechtmatige eisch bestaat uit twee deelen. Primo hebt ge recht op Kopy, ook om de waarde van het door U gekochte te verhoogen. Maar in de 2e plaats komt u zekerheid toe betreffende de 2000 gl die ge my vertrouwend voorschoot. Kan 't u eenig genoegen verschaffen als ik u doe geruststellen omtrent dit tweede punt? Geheel zeker ben ik niet, maar ik geloof wel dat ik U, wat dàt aangaat wel aan securiteit helpen kan.

Meen niet dat ik dit voorstel om me met 'n slenter aftehelpen van de verplichting om Kopy te leveren. Volstrekt niet! Maar 't drukt me zoo dat gy om mynentwil tegenover uw lastgevers in 't aspect komt van 'n roekeloos beheerder. Ik verklaar uit drukkelyk dat ik evenzeer als zonder die beoogde garantie aansprakelyk blyf voor Kopy. Dit spreekt trouwens vanzelf want indien ik er in slaag een soliede persoon voor die 2000 gl te doen instaan, laad ik omtrent die persoon dezelfde verplichting op my, daar ik toch op 't oogenblik geen kans zie hem anders dan door 't leveren van schryvery te voldoen. Hoe dit zy, ik wil en zal Kopy leveren. Als ik nu maar eerst van de grief verlost ben dat gy om mynentwil voor 'n slordige koopman zoudt worden uitgemaakt. Dat hebt ge waarachtig niet aan my verdiend!-

Wat de reden van m'n getob is? Ziek ben ik volstrekt niet. Integendeel. Lichamelyk voel ik me op nbeetje asthma na, dat ook maar by buien komt, zeer wel. Maar ik voel me puriteinsch, keutelig, schroomvallig in denken en uitdrukken. Geen woord dat ik schryf, bevalt me. Ook zelfs by 't schryven van part. brieven is dit het geval. Ik verscheur telkens 't geschrevene. Als ik 'n blaadje één dag laat liggen, ben ik zeker dat het liggen blyft, want niets bevalt me by 't nalezen. Dit lot zal ook dezen brief te beurt vallen als ik hem niet terstond weg zend.

Voorloopig heel vriendelyk en hoogachtend gegroet van

UEDDWDienaar

Douwes Dekker