Multatuli.online

4 april 1883

Brief van Multatuli aan H. de Vries. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-3 en 4 (½) beschreven. (M.M.)

Nieder-Ingelheim 4 april '83

Waarde De Vries! Dank voor brief, beschuit en deken. Het terugzenden van dien lap was niet noodig. Dat de beschuit, ten-gevolge waarschynlyk van de vriendelyke bemoeienis der Steuerbeambten [1.] Steuerbeambten: hier: douaniers (du.)., vergruisd aankwam, spreekt vanzelf. Zoolang die barbaarsche Ink. Rechten bestaan, behoeft men niet te bluffen op beschaving, verlichting, e.d. Maar de volkeren hebben wat ze verdienen. Ze kiezen immers hun regeerders? Onder de duizende volksvertegenwoordigers in Europa is er geen enkele die de afschaffing van dien middeleeuwschen roof-afkoop durft te-berde brengen, zoo min als 'n werkelyke scheiding van Kerk & Staat, zoomin ook als vryheid van onderwys. Komiek toch dat er overal personen zyn die zich uitgeven voor ‘liberaal’. Jammer dat men niet te-gelyk lachen en spuwen kan, zelfs niet lachen en fluiten. - Wat m'n asthma aangaat, ik weet niet wat ik er van zeggen moet, en dit bezwaart me. Onjuistheid in m'n rapport zou U aanleiding kunnen geven tot verkeerde behandeling van andere lyders. Soms voel ik me wèl, (zooals byv. op dit oogenblik) maar op-eens ben ik weer beklemd zonder daarvan juist altyd de oorzaak te kunnen opgeven. Een onverwacht bericht, 'n plotseling opkomende gedachte, kan my op-eens den adem doen verliezen. Dit wyst op invloeden van zenuwachtigen aard niet waar? Maar (of niet: ‘maar’) ook voel ik plotselinge beklemming by overgang van warmte in kou, en ook na de minste lichamelyke inspanning. Boven alles ben ik benauwd des morgens, vóór den stoelgang die overigens zeer geregeld plaats heeft. (een deugd die door artsen niet genoeg gepredikt wordt! De meeste ouders weten niet dat het plicht is de kinderen daaraan te wennen!)-

Wat moet ik, na dit alles, over de werking der arsenik pillen zeggen? Zeker is m'n aamborstigheid niet erger dan vroeger, maar... ik vermyd ook verre of althans stygende, wandelingen, en houd me - voor zoover ik dat in m'n macht heb - kunstmatig rustig. Evenmin mag ik alzoo verzekeren dat de arsenik my - voor alsnog! - genezen heeft. Ik moet u dit zeggen, al doet het me leed, omdat ik zoo bang ben U verkeerde aanwyzingen te geven. My verwondert de onvoldoende uitslag der zaak in't geheel niet. Ge weet met hoe weinig hoop ik my aan de kuur onderwierp. Toch heb ik religieus de pillen ingenomen, en ik zal daarmee voortgaan tot ge my halt toeroept. Ik beschouw my meer als onderwerp van studie, dan als gewoon patient die op genezing hoopt. Daaraan geloof ik niet.-

In de couranten lees ik dat men er in geslaagd is (te Stutgart, meen ik) honden en katten 'n stuk van den long aftenemen en ze, na volkomen herstelling van de operatie, in 't leven te houden. Men was nu bezig dit experiment toetepassen op 'n teringlyder. Zoo zegt 'n krant. Men hoeft het dus niet te gelooven. Hebt ge er van gehoord?


(Meen niet dat ik dit nieuwtje in verband breng met myn asthma die, naar ik meen, niet te maken heeft met tuberculose.

M'n vrouw die 'n dik gezicht heeft van kiespyn, laat U vriendelyk groeten. Wouter is springlevend. Wat mezelf betreft, ik geloof dat ik vry wel zou zyn, en dat ook het asthma minder wezen zou, als ik me minder ergerde over de publieke zaak. Wat 'n laffe knoeiboel dat parlementje spelen! Merkt het Volk dan niet dat men 't voor den gek houdt?

Adieu, met vrouw & kinderen hartelyk gegroet van

tt

DD