Multatuli.online

12 maart 1882

Brief van J. Versluys aan V. Bruinsma. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-3 beschreven. (M.M.)

Amsterdam 12 Maart '82

Amice,

Dat myn naam niet onder de oproeping stond, was een der vele verzuimen van v.d. Goes. De lyst van namen was ook slecht nagezien. Ik had voor U opgegeven niet alleen den titel maar bovendien dat U onder de B hoorde en niet onder de V.

Ik heb nu gezegd dat voortaan het drukwerk zal gecorrigeerd worden door v.d. Goes en door my samen.

Ik begryp ook niet dat ge die oproeping zoo laat hebt ontvangen; een paar heeren waren geheel vergeten. Dat is nu alles zeer vervelend, maar men kan al niet veel meer doen dan zyn opinie er over zeggen, voorkomen dat dergelyke verzuimen herhaald worden en verder zyn ziel in lydzaamheid bezitten.

Den heelen loop van zaken alhier vertel ik U by gelegenheid wel eens. Ik zou een paar vellen postpapier noodig hebben om het voornaamste daarvan mee te deelen.

De verg. was gisteren bezocht door een 30 onderteekenaars, waaronder ook de heeren Perelaer en Vervloet. We hebben met zeer veel genoegen kennis gemaakt. Dat zyn flinke mannen vol geestdrift.

Alles is goed van stapel geloopen. Uw plannen of die van de heer Perelaer zyn ook ter sprake gekomen, maar niemand was ten slotte voor uitstel of wyziging.

De heer Perelaer zal nu ook eens een stuk opstellen dat voor verdere plannen als grondslag zou kunnen dienen. Ik weet daarvoor op 't oogenblik geen beter man en hy overlegt stellig bovendien met den heer Vervloet.

Hoe gy kunt meenen dat Vosmaer de man zou zyn om iets dergelyks of wat ook op touw te zetten, is my een raadsel. Zelfs nu zoo weinig van hem werd gevraagd, heeft hy zich weer lam aangesteld. Hy heeft tot tweemaal toe beloofd Campbell [1.] Campbell: Marinus F.A.G. Campbell (1819-1890), nederlands letterkundige, bibliothecaris van de K.B. te Den Haag. en Jacobson [2.] Jacobson: A.L. Jacobson te Rotterdam, echtgenoot van mevr. Rosa Jacobson-Fleck. te zullen vragen. Daarvoor is hem 2 of 3 keer geschreven. Schippers is op hem af gestuurd en telkens beste beloften. Maar toen er niets kwam schreef ik hem Dinsdag nog even om hem te herinneren aan zyn belofte. Vrydag komt hy aanzetten met 2 heel andere lui en met de meedeeling, dat hy onmogelyk menschen kon vragen van wie hy niet zeker was dat ze zouden willen meedoen.

Het stuk in de Prov. Gron. heb ik niet gelezen.

Met myn Schoolblad dien ik wel te wachten, tot myn broer hier rustig zit. Hy verhuist met 1 Mei.

En hiermee moet ik eindigen om nog een aantal brieven te gaan schryven.

100 circulaires worden U gezonden.

Vele groeten ook van Gonne, die hier gisteren gekomen is.

tt

J Versluys