Multatuli.online

Februari 1882

Brief van J. Versluys aan een onbekende. Achterzijde van de proefdruk der circulaire, geheel beschreven. (M.M.)

Amice

Hierachter een circulaire [1.] Zie voor de tekst van de circulaire bij 15 maart., die ik meende dat reeds in Uw bezit zou zyn. Ze is vastgesteld alhier door een zestal lui, waaronder Korteweg en ik. Ook Zurcher en Paap. Iterson uit Tilburg is er ook eens voor over geweest. -

Onder de circulaire nu moeten we een 40 a 50 namen hebben en daaronder natuurlyk ook de Uwe. Vosmaer doet mee, J. Schippers, Hartogh Heys v Zouteveen [2.] Dr. H.A. Hartogh Heys van Zouteveen (1841-1890), nederlands natuurkundige en hoofdredakteur van de ‘Nieuwe Provinciale Drentsche en Asser Courant’., Doorenbos, de Koo, v.d. Goes, de Vos, D.R. Mansholt, Brongersma [3.] Brongersma: Dr. H. Brongersma, direkteur van de H.B.S. in Haarlem., Roorda van Eisinga, en meer anderen.

Geheel beantwoordt de circulaire niet aan Uw beschryving maar langs dezen weg kunnen we de kaart van 't land eens leeren kennen. Valt dit mee, dan is er eenige kans, dat ook een meer formeel verwyt aan de Regeering zal slagen.

Op kleinigheden moet men natuurlyk niet letten. Ik had ook nog gaarne een paar dingen anders gehad, maar dat gaat zoo. We hebben verscheiden malen vergaderd eer we het eens waren, en zelfs dreigde op de laatste vergadering de boel weer uiteen te spatten.

Het doel is nu om eerst de circulaire te verspreiden onder kennissen en daarna nog eens even te adverteeren om onbekende vrienden op te visschen. Het zou natuurlyk een soort echec zyn, als we niet slaagden in 't byeenbrengen van een flinke som, en tevens wilden we nu hatelyk geschryf vermyden.

Meld my svp. even dat het goed is dat we Uwe naam onder de circulaire zetten.

Vele groeten

tt

J. Versluys

P.S. Van Mansholt verneem ik dat Dekker van de offervaardigheid der natie geen hoogen dunk heeft. Hy wordt op de hoogte gehouden.

De Koo is zeer welwillend maar uit een onderschrift in de Amsterdammer zult ge gezien hebben, dat hy omtrent de Havelaarszaak zelf, het onrecht in de Oost, niet op de hoogte is.

Twee lui zyn bezig met bouwstoffen te verzamelen voor een geschiedenis van Bantam.

Een formeel protest zou uitvoerig moeten zyn. Het zou de hoofdargumenten moeten bevatten. Een brochure zou wellicht nog het best zyn, dat wil zeggen: een stuk van eenige bladzyden. Ik geloof na de ervaring nu weer opgedaan, dat daarby één persoon de zaak zou moeten richten en opstellen.

JV