Multatuli.online

30 maart 1881

Brief van Multatuli aan Mimi. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-3 en 4(⅔) beschreven. (M.M.)

Gorkum, Woensdag ochtend lieve beste Mies! Den heelen dag van gister ben ik hier gebleven. Ik genoot van de afzondering. De hartelykheid van de De Haasen is boven beschryving, maar... 't drukt! En 't logeeren is lastig, ook om de gêne in 't verzenden van brieven. In 'n logement kan ik elk oogenblik (en vooral savends laat) brieven in de bus laten doen. Enfin!

Voor m'n vertrek (eergister) van Rotterdam kwam je telegram. Ik wist niet wat ik hoorde toen de Haas riep: van Bingen! 't Is flink, dat moet ik zeggen. En ik dacht dat je misschien nog te Emmerich zat! Myn brief aan jou kon ik alweer te Rottm niet tydig op de bus krygen. Vandaar de verzending van Dord. Ook andere brieven kon ik te Rottm niet tydig kwytraken.

Eergist'ravend telegrafeerde ik je van hier dat ik tot vandaag namiddag te Gorkum blyven zou. Ik heb dus hoop hier nog wat van je te hooren. Je begrypt hoe nieuwsgierig ik ben te weten hoe je alles gevonden hebt. Op teleurstellingen moeten we gefasst [1.] gefasst: voorbereid (du.) zyn. Als de geheele uitslag der bouwery maar niet tegenvalt. Dat alle byzonderheden in orde zyn mag ik me niet voorstellen. We moeten ook bedenken dat een nauwkeurige dagelyksche kontrôle vereischt zou geworden zyn. Daar die er nu niet geweest is, moeten wy ons schikken in 't redelyk-goede.

Eergister heb ik hier niet met genoegen gesproken. De zaal was weer schraal bezet, en de demonstratie van tevredenheid flauw. - Ik ben zoo bly dat je mooi weer treft. Hier is't heerlyk. Wat zal je't druk hebben! Ik begryp wel dat je geen lange br. schryven kunt. Maar ik ben heel nieuwsgierig naar den indruk die 't geheel op je maakt. En waar je logeert? En je heen en weer trekken over den Ryn! En wat Wouter zegt van z'n z.g.d. weer ‘thuis-zyn.’ Ja, heel ‘zoogenaamd’ nog. -

De afspraak met de Haasen is dat ik Vrydag d.i. nà Tiel daar terug kom. Ik denk daar twee, drie dagen te blyven en dan naar Zürcher. Zeker zal ik Utrecht van Amsterdam uit, afdoen. Straks schryf ik aan Zürcher en vraag of-i me Maandag of Dinsdag ontvangen kan? Liever ging ik naar huis, dat begryp je, onverschillig of òns huis klaar is dan of ik ‘im Hirsch’ [2.] im Hirsch: ‘In het Hert’; naam van logement (du.) (?) zou moeten gaan. -

Gister heb ik veel in l'Assommoir [3.] L'assommoir: ‘De kroeg’, zeer succesvolle roman van Zola uit 1876. van Zola gelezen. Veel leelyks en veel schoons. Van alles wat ik tot nog toe òver hem (of over z'n zgn. richting - zegge: manier - las) is niets degelyk! Z'n bestryders en z'n vereerders slaan evenzeer den plank mis. Aan Valette moet ik zeggen: heb je geen walg van al dat leelyke? En: zie je niet hoe slecht hy schryft? Aan Vosmaer c.s. [4.] c.s.: cum suis, en de zijnen (lat.) ‘Bewonder je dat meesterlykschoone niet?’ Nu daarover later. -

Ik ben zoo bly om't mooie weer, voornk voor jou! 't Zou wat schelen voor je als 't regende of sneeuwde! 't treft zoo heerlyk. God weet waar je vandaag al mee bezig bent! Zeker neem je Hemes in dienst.

En of je te Geisenheim je boeltje in orde gevonden hebt? Wil je de nachtwachts wat geven? -

Ik doe dezen nu nog hier op de post. Misschien reist hy met de boot met me mee.

Dag Mies, hou je dapper. Dag Wou. -

Vrydag tot Maandag ben ik by de Haas.


Schied.e Singel

Ik vraag Zürcher ofi me Dinsdag ontvangen kan- [5.] De rest van de brief in blauw potlood, onderaan blz. 3 en op blz. 4 toegevoegd.

Je brief van maandag avend nog hier (Gorkum) ontvangen.

Ik was al aan 't inpakken. Al wat je schryft valt me meê! Dankje wel voor alles. Gelukkig dat m'n telegram me hier nu nog je brief heeft bezorgd. Dag Mies en Wou

Ik ben heel bly met je brief.