Multatuli.online

5 oktober 1878

Brief van G.L. Funke aan Multatuli. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-3 beschreven. (M.M.) Met gedrukt kopje G L Funke Heerengracht bij de Hartenstraat, 242.

Amsterdam, 5 Oct 1878

Beste Dekker! Heb dank voor de flinke geregelde hulp met bundel VI! Ook die bundel zal dus nu weldra in ons standaardformaat het licht zien, en daarmee zullen we vrij wat luî verblijden die reeds lang verlangend naar de goedkoopere editie uit zagen.

Dat Ge met Los niet zoo prettig hebt gewerkt als met Woest, kan ik mij best voorstellen. Het was echter moeielijk Los voorbij te gaan, io omdat hij de voorgaande bundels gedrukt had en 't dus practisch scheen met precies dezelfde letter voort te gaan en 2o omdat hij expres voor dezen bundel een geheel nieuwe editie van dien letter had aangeschaft en bovendien dringend om werk verlegen was. Vooral om de eerstgenoemde reden wilde ik ook bundel VII door hem laten bewerken zoodra Ge die persklaar hebt, doch met andere herdrukken ga ik naar Woest.

Zoo b.v. zou ik in 't volgend jaar gaarne eens een nieuwe editie geven van ‘Pruisen en Nederland’, van ‘Vorstenschool’ en van bundel I en II, welke beide bundels wel binnen een maand of wat opgeruimd zullen zijn. De twee eerstgenoemde zijn wel op verre na niet uitverkocht, maar liggen zoo goed als dood en daarom woû ik er door eene nette goedkoopere editie nieuw leven in brengen, iets dat zeker gelukken zal, nu er reeds zoo'n tijd sedert de uitgave verliep.

Als Ge U nu tot herzien wat opgewekt gevoelt, help mij dan zoo mogelijk tegen December met bundel VII, tegen Januari of vroeger met ‘Pruisen en Nederland’ en ‘Vorstenschool’, dan gaan we terstond daarmeê voort.

Hoe jammer dat Ge voortdurend zoo onwèl zijt! Wat zoudt Ge mij en honderden anderen anders kunnen verplichten met de voortzetting van Wouter's historie! Nu ik bundel VI weêr eens op nieuw heb gelezen en zoo genoot op elke bladzijde van uwe fijne teekening en uw tintelende humor, zijn me heel wat zuchten ontsnapt als ik bedacht dat Ge die kunstrijke reeks menschkundige schetsen misschien wel nooit zult voltooien. Welk voordeel onze litteratuur daardoor onthouden wordt, zal ik niet ramen, maar zeker is 't dat over eeuwen nog zal geklaagd worden over dit gemis, al zal men dankbaar waardeeren wat Ge niettemin gaaft. Denk vooral niet dat ik bedoel u iets te verwijten: 't is enkel een uiting van droefheid. -

Hebt Ge soms behoefte aan geld, gelief mij dan slechts te schrijven. Ge weet dat Ge 't tekort van '77 reeds lang hebt ingehaald?

Wees met de Uwe recht hartelijk van ons gegroet en houd u zoo ferm Ge kunt!

tt

GLF

Hoeveel ex. van herdruk VI zal ik U naar Wiesbaden zenden? En hebt Ge ook nog anderen dien ik ze namens U kan zenden?