Multatuli.online

5 juli 1875

Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr. Twee dubbele velletjes postpapier tot het midden van blz. 8 beschreven. (M.M.)

Wiesbaden, 5 Juli 1875

Waarde heer Waltman!

Reeds sedert langen tyd verweet ik my m'n zwygen, of beter gezegd het niet afdoen van de zaak met Specialiteiten waarop Gy recht hebt. Reeds vele maanden geleden zondt ge my f180. voor korrektie en een paar vellen nieuwe kopie! Nu, met groot genoegen zal ik m'n schuld afdoen. En het treft juist goed dat ik een middel weet om

1o Een zwarigheid optelossen waarmee ik aan het tobben was betreffende den nieuwen druk van Havelaar.
2o Het debiet van Specialiteiten te bevorderen.

Ziehier hoe dit in elkander zit. Ik korrigeerde Havelaar en voegde nummertjes tusschen den tekst, slaande op noten die achteraan komen zouden. 't Laatste nummertje is 173. Die nootjes zullen van verschillende aard zyn. De vertaling van een maleisch woord beslaat maar een half regeltje maar soms zou ik een noot wel willen uitbreiden tot 'n halve verhandeling. (byv. op 't woord ‘bevoegdheid’ om indische zaken te beoordeelen, iets dat juist in den bundel over Specialiteiten past.) Maar Funke die enigszins gebonden is aan de konditiën met inteekenaars, verzoekt my de noten niet verder te doen uitdyen dan tot (ik meen) 'n vel of drie, hoogstens. Nu zat ik in den brand om al die 173 genummerde wyshedens aftepassen op de juiste maat. Ziehier wat ik nu doe. Ik maak al de noten af, except die welke geschikt zyn voor Specialiteiten, en ik verwys dááromtrent naar de ‘1000 en eenige Hoofdstukken.’ Daar de Havelaar zeer veel gelezen wordt, is dit, dunkt my, een goede en geoorloofde reklame voor uw boekje. Ik namelyk ben niet tevreden over den opgang die 't gemaakt heeft, en hoop nog altyd dat stuk populairder te maken. De Mill. St. ook!

Uwe hartelyke belangstelling kennende, ben ik zeker u genoegen te doen door de mededeeling dat ik 't op dit oogenblik redelyk goed heb, en niet zoo telkens angstig in den brand zit als vroeger wel eens (ja, laat me maar zeggen: doorgaande) 't geval was. Ik heb dit gedeeltelyk te danken aan m'n lezingen (die me overigens zeer tegen de borst stuiten, want ze waren te licht en dicht om veel nut te stichten!) maar hoofdzakelyk aan de wyze waarop de heeren Le Gras, Van Zuylen en Haspels my behandeld hebben. Zonder de minste wettelyke verplichting betaalden my die heeren f25. van elke voorstelling van Vorstenschool. Niet omdat Juffr. K. dit gekonditioneerd had ('t schepsel had hiertoe geen volmacht) maar geheel uit vryen wil, en ondanks myn herhaalde verzekering dat ik niets eischte omdat Vorstenschool gedrukt, en alzoo publiek eigendom was. Ook in andere opzichten kan ik de bejegening van die heeren niet genoeg roemen. Zy verdienen dat het hun goed gaat. De afspraak is nu dat ik (als ik kan, hm hm!) vóór 't volgend saizoen een... blyspel maken zal. Maar dit wou ik al sedert lang, en 't is zeer moeielyk. Niets is makkelyker dan een klucht, een posse, een farce. Er moet iets in zitten, en toch niet zwaar op de hand wezen. Ons publiek is zeer veel-eischend. Eenvoudige vroolykheid wordt geminacht, en als ik gedachten en denkbeelden geef, kan men ze niet verteeren! Doch ik zal m'n best doen. Jammer dat ik m'n stemming niet voor 't kommandeeren heb. - Toch moet ik dankbaar erkennen op 't oogenblik goed gestemd te wezen. Sedert m'n vertrek van Lebak had ik 't zoo rustig niet! Onze woning (heel nederig voorzeker!) bevalt me best, en we hebben hier onze eigen meubels, iets dat ik na Lebak (d.i. nu sedert byna 20 jaren!) niet gehad heb. Met de zeer hooge Duitsche belasting mee betaal ik nu voor 2½ kamer en keukentje, nog minder dan vroeger voor één kamer met alkoofje! En in dat hokje moesten we slapen en m'n vrouw kooken op 'n petroleumlamp... áls ze iets te kooken had! Bovendien, behalve oude schulden uit m'n vóórtyd (die wachten moeten op 'n kompleet herstel van positie) heb ik nu niets te betalen dat presseert. Kortom, ik ben ryker dan iemand die nooit gebrek leed, en die nooit sidderde by 't vernemen van ridselen op den trap, zich verbeelden kan. Het is my een waar genoegen dit meetedeelen aan U die zich altyd jegens my zoo lief, vertrouwend en hartelyk gedragen heeft! En nu eerst dank ik U voor zeker briefje dat ik van U ontving, den dag na myn bezoek te Delft! Die zaak is geschikt, en ik wil er niet meer aan denken. Als ik naga hoe die Juffr. K. getracht heeft my - neen, 't publiek! - te overbluffen, en wel door my intelyven in haar plannetje van Amerikaansche humbug, word ik gloeiend. Ik hoop nu voor goed van haar af te zyn. Wel verneem ik dat ze my zooveel mogelyk zwart maakt en zichzelf een eerzuil sticht, door de vertelling dat ik haar spel alleen dáárom afkeurde wyl ze een aanval op haar deugd had afgewezen, maar ik zal berusten in die aardigheid. Even als V. Vloten zoekt ze aanleiding tot schryvery. Het beantwoorden zou nieuwe stof geven, en wat niet gekocht wordt om harent- of zynentwil, zou debiet vinden omdat ik er in betrokken was. Merci! Ik heb er geen lust aan zulk volk aan opgang te helpen, en dit zal ik dan ook by 'n paar gelegenheden zeggen.-

Iets anders! Voor U breekt de komkommertyd aan, niet waar? Hebt ge ook lust, een paar dagen uittebreken, en ons te komen bezoeken? De kosten zyn gering. Ik meen dat een retourbillet maar op 24 à 26 gl. te staan komt. Daarvan zoudt ge aan de spoor een klein deel moeten cadeau doen, door terugkeerende, een stuk pr boot op den Ryn te doen (namelyk van Mainz tot Coblenz 't mooie brok) En die bootreis is zeer goedkoop, een paar thalers maar!

Nu, overigens zoudt ge niets noodig hebben, als ge ten-minste genoegen naamt met... een klein kamertje, en heel heel eenvoudige ja minder dan eenvoudige inrichting. Ge zult hartelyk ontvangen worden, en mooie wandelingen maken. Toe, doe 't maar! En bekommer U niet over vooruit schryven. Een telegram is voldoende. Dan kan ik U afhalen van de station. En ook zonder telegram, ge zoudt op elk oogenblik welkom zyn. In dit laatste geval, neem eene droschke (vigilante) en zeg:


Schwalbacherstrasse
9a
neun-a

Dan zal men U brengen voor een schoenmakers winkel (Fiedler) die er zeer onaanzienlyk uitziet. Ik woon daarboven, op de eerste verdieping. Kom maar terstond boven, dat is zoo de gewoonte hier. Ieder loopt het huis maar in. Van schellen weet men niet. 't Zou al mal moeten treffen, als wy niet thuis waren, en de meid ook niet. He, ik zou 't aardig vinden, als ge my eens kwaamt verrassen. Meer dan f30. mag u de heele reis niet kosten, zeg f40. (voor boot, droschke &c).-

Wees nu heel hartelyk van my gegroet en geloof my met ware achting en toegenegenheid

t.a.v.

Douwes Dekker

Neem geen sigaren mee. Die heb ik wel, of...

Ik bedenk me daar iets! 't Is toch beter dat ik weet of ge komt. Want dan zou ik U misschien een kleine kommissie opdragen, juist misschien over sigaren. En nog iets. Wilt ge s.v.p. eens by 'n bloemist informeeren naar een nieuw (???) soort bloemen, genaamd Japansche lelie (???) die, naar men beweert, de vliegen verjagen? Het moeten bollen zyn. Ik heb zoo'n hekel aan vliegen, en wou wel eens weten of 't waar is, en zoo ja, die methode toepassen. Ook hoor ik dat de bloemen zeer mooi zyn.-

Met Specialiteiten zal ik haast maken. Ook ikzelf wou graag dat de nieuwe druk gauw klaar was. Ik gis dat hy nu, na de bereddering over Vorstenschool, meer besproken zal worden dan de eerste.

Ook hoop ik dit van Mill. St. en zal er van myn kant myn best toe doen. Ik zeide u reeds dat er in M. St. een gaping is. Het prouveert niet voor recensenten (de al te welwillende Vosmaer inkluis) dat ze dit niet hebben opgemerkt. Juist die fout moet in de volgende uitgaaf verbeterd worden.