Multatuli.online

13 september 1873

Brief van Multatuli aan J. Waltman Jr. Dubbel vel postpapier, geheel beschreven, en strookje postpapier tot halverwege de keerzijde beschreven. (M.M.)

Wiesbaden 13 Septr 1873

Geachte heer Waltman!

Zoo-even ontving ik Uwe vriendelyke letteren van eergister, en ik haast my daarop te antwoorden.

De proef van vel 24 heb ik gister middag ontv., en gisteravend verzonden. Ik verzocht revisie, en noteerde daar op dat de hollandsche tekst der circulaire heden volgen zou. Die gaat dus hierby. Vergeef die dubbele moeite! De oorzaak is dat de strekking van dit laatste vel - iets geheel materieels! - de puntjes op de i's vordert. Reeds nu zie ik dat men in 't Handelsblad my de prioriteit ontzegt. Zoo-iets is derhalve geen litterarische zaak, maar iets van 'n pleidooi of proces, waarby men z'n rechten moet waarborgen. Aan 'tHB. heb ik reeds geantwoord. De vraag is of t nuttig zal zyn, dit ook in Mill. St. te doen. Misschien wél! Want: kranten gaan voorby en Mill. Studien blyven. Doch gister by 't verzenden van de proef, was ik niet helder van hoofd, en vertrouwde myzelf niet anders toe, dan wat gewone correctie, in de hoop de zaak haar beslag te geven in de revisie.-

Steeds waren de proeven zeer mooi. Ik begreep wel, dat ik dit meer aan U, dan aan de Drukkery te danken had. Doch ook wat de Drukkery aangaat, ben ik zeer tevreden. (Misschien ten-onrechte: want wie weet hoe Gy hebt te tobben gehad, vóór ik de proeven te zien kreeg!)

Myn vragen naar vel 24, was niet om mal te jachten, maar uit vrees dat er 'n proef weg was, en dan berouwt het later, als men te lang getoefd heeft er naar te vragen. Indien ik met UED in relatie blyf, hetgeen ik hoop, kunt gy gerust rekenen op byna onmiddelyke terugzending van proeven. Als 't meer dan twee posten langer duurt dan omgaande, zou er een weg zyn!-

Aan tydschriften? Ook ik ben daarin niet thuis. 't Gebeurt dat zoo'n redactie 7e klas, zich 'n air van gewicht geeft, door zich van 'n boek aftemaken met 'n oppervlakkig praatje. Doch ik houd den heer Funke voor zeer bekwaam, en zal hem om raad vragen, zonder nu juist te zeggen dat de vraag van U komt. Ik zal aldus schryven: ‘De heer W. laat aan my over, aan wie de Mill. St. moeten gezonden worden. Wat raadt ge my?’

De heer F. weet, byv. wie gewoon zyn my stelselmatig tegentewerken, en daarmee zouden we ons eigen glazen ingooien. Dát hoeft niet!-

Present. Exempl? Daarop heb ik geen aanspraak. Ik ontv. geregeld twee schoone vellen. Eén daarvan bederf ik door correctie voor herdruk, en één heb ik weggegeven. Indien UED nu zoo goed was my twee Exx. (ingenaaid hoeft niet) te zenden, dan ben ik zeer tevreden. En dan wilde ik gaarne een lystje zenden van pres. Exempl. die ik betalen zal. Ten-gevolge van myn geseur nu met het laatste vel, heeft dit zoo'n groote haast niet. Ik zal 't u zenden by de revisie.

Ik hoop hartelyk met U in relatie te blyven. Dan zal ik ook verrekenen wat U door myn talmen schade veroorzaakt is. Taxeer dit over 'n maand of wat, S.V.P., als er zal gebleken zyn hoe de zaak marcheert. UED kunt altyd staat-maken op de meest mogelyke loyauteit, gelyk ik geen de minste reden heb aan de Uwe te twyfelen. Dit geeft zeer aangename verhoudingen.

Na vriendelyke groete met hoogachting

UEDDwDienaar

Douwes Dekker

Er zyn toch in Holland lage menschen. Men haast zich in 't Handelsblad te verklaren dat myn voorstel ‘lang niet nieuw’ en sedert jaren in Engeland bekend is.

Welnu, de Engelsche minister noemt het in 'n officiëel schryven: ‘Your invention for utilisation of railwaytickets.’ Daarop beroep ik my.

Ik zit nu te practiseeren hoe ik dit nog in 't slot van Mill. Studiën een plaatsje geef. Het kan in 'n paar regels geschieden. Ik wil niet verder gaan dan 'n kwart vel óver de 24. Daarom ook dat vernauwen van wit. Overal slechts ½ regel, en geen heele.

Nog iets: als Gy de goedheid hebt my twee oningenaaide Exx te zenden, neem dan daaruit de vellen 19 & 20. Die heb ik tweemaal ik bedoel: tweemaal dubbel, ontvangen, en ze zullen dus by U mankeeren.-

Er is nog 'n reden die my gister belette de proef van 24 terstond goed te maken. Ik wacht elken dag brieven uit Engeland over die zaak. Vóór ik de revisie kryg, zal ik er meer van weten. Maar voorloopig is de brief van den Engelschen Minister van binnenl. zaken voldoende.