Multatuli.online

Lijst van brieven op datum

14 november 1887

van

Johannes Bosscha Jr. (bio)

aan

Abraham Seyne Kok (bio)

 

deze brief in handschrift

download handschrift

terug naar lijst

14 november 1887. Brief van Johannes Bosscha aan Abraham Seyne Kok. Over Multatuli 3 (1979)

 

Haarlem 14 Nov. 1887.
Waarde Heer Kok,

 

'k Heb eenigen tijd in boeken en papieren moeten zoeken, om nog een overtollig exemplaar van Pruisen en Nederland te vinden. Thans zend ik het U met eene weemoedige gedachte aan den edelen schrijver, die het, door verlichte vaderlandsliefde gedreven, in tijden van gevaar samen stelde, toen de bittere Pruisenhaat uit de hofkringen van koningin Sophie aangeblazen, elders ongeduld en wrevel in bedenkelijke mate begon op te wekken. Het geschrift wekte zoozeer haar toorn ... dat Multatuli de pen opnam. De Schrijver oogstte slechts miskenning en spot ... in Nederland. Maar hij had de stille voldoening dat zijne woorden hunne werking niet gemist hadden. Ik herinner mij nog hoe een paar jaren na de verschijning de vredelievende Koningin van Pruisen bij gelegenheid eener receptie van afgevaardigden van het Roode Kruis, in de Witte zaal van het Koninklijk slot te Berlijn, toen haar mijn Vader werd voorgesteld op het vernemen van zijn naam, deze eenvoudige woorden sprak ‘Vous avez rendu un grand service à votre patrie’

Maar ik laat mij te ver voeren. Voor dergelijke, zelfs vertrouwelijke mededeelingen, is het thans de tijd nog niet. Gij zult dit gewis in acht nemen.

Het was mij aangenaam U een kleinen dienst te kunnen bewijzen, maar ik neem er de waarde aanstonds van weg door U een wederdienst te vragen. Gij hebt eenigen tijd geleden in de Nieuwe Rotterd. Courant een en ander medegedeeld over het Collegium Arausiacum door Frederik Hendrik te Breda gesticht en dat door de zonen van Constanter bezocht werd. In de Oeuvres Complètes de Christiaan Huygens waarvan het eerste Deel weldra door de zorg der Hollandsche Maatschappij van Wetenschappen zal verschijnen komen onderscheidene brieven voor gewisseld door Vader Constantijn met Dauber, en Rivet, bijzonderheden bevattende over de Bredasche school. Gaarne zou ik nu een afdruk van uwe mededeelingen bezitten. Wellicht kunt gij aan mijn wensch voldoen, en mij het nummer bezorgen der N. Rott. Courant waarin het voorkomt. Zoo U dit niet mogelijk is kunt ge mij denkelijk wel datum en volgnummer van het Blad opgeven.

Ontvang, inmiddels, vriendschappelijke groeten van Uwen toegenegen

JBosscha