Multatuli.online

augustus 1886

Twee bewaard gebleven fragmenten van een brief van mevr. G.C. de Haas-Hanau aan Mimi. Knipsel van 15 × 8 cm, aan weerszijden beschreven. (M.M.)

Lieve Mies,

Uit Dek's brief blijkt dat hij aan 't werk gaat. Rust en stilte in huis is dus noodzakelijk. Ik ben bang dat Lien (al is ze nòg zoo geschikt) aanleiding geeft tot te veel leven en onrust, vooral daar de kinderen door 't slechte weêr zoo in huis moeten zijn. Mag ik U allerdringendst verzoeken zoo Ge daarvan iets bespeurt, ons dit terstond, onbewimpeld te schrijven? Als Haas dan soms niet kan, dan kom ik haar halen, wanneer Gyl. wilt en 't noodig oordeelt. Och! geneer je niet as je blieft en laat ze Dek toch niet hinderlyk zijn! Och toe! as je blieft!

Zoo lang ik niets van je hoor, zal ik maar denken dat ze onschadelijk is.

Ik durf niet veel schrijven. Groet Dek en Wou. Duizendmaal dank voor al uw zorg en hartelijkheid. (....)

hoor Lien. [1.] Dit gedeelte was kennelijk aan dochter Lien gericht. Ik heb reden U dit bijzonder op 't gemoed te drukken.