Lijst van brieven op datum
juli 1886
van
Ymke Braunius Oeberius-Meyer
aan
Gosewina Carolina de Haas-Hanau (bio)
juli 1886
Brief van Y. Meijer aan mevr. G.C. de Haas-Hanau. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-3 beschreven. (M.M.)
Lieve Line. De warmte maakt me bijna incapable tot schrijven maar toch wil ik je nu even een hartelyk groetje zenden. Verleden week werd ik daartoe verhinderd door 'n logée. Misschien ware zelfs die groet nog in de pen gebleven indien ik je geen schijnbare inconsequentie van ons te biechten had.
Ja 't is waar lieve Line we gaan ons toch nog aan zoo'n malle trouwerij op het stadhuis onderwerpen. OB is toch bang dat ik later als hij mij eens mocht ontvallen te veel zal te verduren hebben van onze zedelyke maatschappij die zooveel speldeprikken in petto heeft voor zoo'n onzedelyke moeder als ik. Was die laffe comedie maar achter den rug. Als 't gebeurd is hoort ge 't wel eens. Zoo heel vlug marcheert het niet want OB en ik mogen niet trouwen zonder dispensatie van den Koning. 'n Huwelijk tusschen een zwager en schoonzuster [1.] schoonzuster: N. Braunius Oeberius was eerder gehuwd geweest met de overleden zuster van de briefschrijfster: Ytje Meijer. is bij de wet verboden.
Nog steeds leef ik een beetje in de hoop dat Mies zal komen. Dadelijk nà mijn schrijven waarin ik haar mijn a.s. bevalling meldde, kreeg ik 'n opgewonden brief - Ze moest en zou komen, maar later doemden er natuurlyk tal van bezwaren. Eergister kwamen er opgewekte brieven van Dek en Mies beiden. De fam. de Wolf is er nu zeker. Door haar hoort ge dan meer van alles. Of Wou nog mee zal komen? Dag lieve Line hartelyk gegroet van Ym en OB.