Multatuli.online

Lijst van brieven op datum

18 februari 1875

van

Multatuli

aan

Carel Vosmaer (bio)

 

Volledige Werken. Deel 25. Nagekomen brieven en dokumenten uit de jaren 1871-1886 en registers (1995)

terug naar lijst

18 februari 1875

Brief van Multatuli aan C. Vosmaer. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 3-4 gehalveerd door afscheuren. De rest geheel beschreven. (M.M.)

Rott. Donderdag

Avend

Best! Kyk, 't wondert me dat ik niet op dat Idee ben gekomen! Juist, rustig samen theedrinken, geen bereddering, geen pleizieren (term van Nonni) dit maal... godbewaarme dat ik kwaad van pleizier spreken zou! Wat zou ons maandagje wel denken? Reïteretur? [1.] Reïteretur?: of het herhaald moge worden? (lat.) Ja, heel graag!

Zoo ge hebt dus m'n brief? Daar vroeg ik naar in den gene van vandaag. (Te laat bezorgd is-i toch wel) Och, denk eens al die intimiteitjes, gelezen door 'n vreemde, door 'n dief? 't Is om te rillen, niet waar.-

Kunstkroniek? Ga je gang. 't Is grappig [2.] Kunstkroniek: Vosmaer wilde een tekstgedeelte uit een brief van Multatuli daar op laten nemen. (vgl. V.W. XVII, blz. 363)..

Je ‘onthouding’ zie ik niet voor iets verkeerds aan, o neen! 't Is geloof ik, je gentleman's plicht. Als je meê gevloekt had, zou ik misschien de prime abord [3.] de prime abord: in eerste instantie (fr.) niet hebben ingezien dat het 'n fout was geweest, maar nu keur ik het volkomen korrekt [4.] korrekt: oorspr. stond er juist.. nam: dat je 't niet deedt. 't Is al erg genoeg als men plichtshalve ruw en bar wezen moet. Wie 't ongenoodzaakt was, zou blyk geven van gebrek aan takt, smaak & karakter. Als je oordeel gevraagd of in functie gevorderd wordt is 't tyds genoeg, en dan kun je je termen fyntjes mesureeren, wat ik nu niet gedaan heb. Hierin echter had ik gelyk. M.K. [5.] M.K.: Mina Krüseman. heeft me willen foppen, blinddoeken beduvelen. Ik had het recht, me beleedigd te toonen.

Nu, daarover morgen avend meer!-

(....) beste kerel ik haal (....)

Ja zéker heb ik de stoof ontvangen! En niet eens bedankt! Nu, wèl heb ik aan de koopster gedacht!-

(....)