Multatuli.online

16 maart 1887

Brief van F.M. Wibaut aan N. de Roever. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-3 en 4 (½) beschreven. (G.A. Amsterdam; fotokopie M.M.)

Vertrouwelijk.

Middelburg, 16 Maart, 1887

Amice,

Ik zal je morgen per postwissel f5.00 zenden voor de gedenksteen. Voor het toezenden eener circulaire zouden m.i. in aanmerking komen de Heeren:

H.C. de Wolff Wijnhaven 53 Rotterdam

Dr J.H. de Haas Rotterdam

Roessingh van Itterson Ingenieur te Tilburg

Mejuffrouw E. Freem Leerares Burgerschool voor Meisjes te Groningen

Dr J.H.C. Heyse Lid van Gedeputeerde Staten v. Zeeland Zierikzee-

wanneer het bedrag niet bij elkander komt schrijf mij dan eerst dan zal ik u nog eenige namen opgeven.

Je hebt me beloofd me eenige vrienden of kennissen op te geven van wie je weet dat ze een bedrag van eenige beteekenis voor een aan de Weduwe van Multatuli aan te bieden fonds zouden kunnen beschikbaar stellen en van wie je verwacht dat ze dit zullen doen. Mevrouw D.D. heeft alle ondersteuning voor haar zelven geweigerd. Zij wil echter aannemen een bedrag om de opvoeding van het pleegkind Wouter gedurende 10 jaar (hij is thans 11) uit te bekostigen wanneer dit door vereerders en vrienden van M. zonder openbaar optreden wordt bijeengebracht. Een zestal hee-ren, waaronder ik, belasten zich om gelden voor dat doel in te zamelen. Wij hebben ons verbonden om aan allen die wij met ons voornemen in kennis stellen geheimhouding te verzoeken; ik doe dat dus bij dezen doch maak eene uitzondering voor den heer C.V. Gerritsen wijl het mij voorkomt dat gij beter dan iemand anders aangewezen zijt om hem tot flinken bijdrage op te wekken. Spreek er voorloopig eens met hem over, wellicht kom ik de volgende week in Amsterdam en dan zoudt gij mij verplichten mij eens aan G. voor te stellen. Hij zou ook reeds thans zijnen bijdrage aan mij kunnen zenden; de bedoeling is om het aantal bijdragers zeer beperkt te doen zijn, d.w.z. in beperkten kring, te vragen, wij hopen dus op groote bijdragen. Het bijeengebrachte wordt aan Mevrouw D.D. ter hand gesteld; het is bij haar in goede handen, zij is een goede huishoudster en heeft in den laatste jaren van M's leven kunststukken verricht op het gebied van geldelijk beheer.

Ik ontving gisteren eene bijdrage van f250.-; dat is de goede soort. Aan Willem Zijnen kunt gij dit briefje wel in vertrouwen laten lezen.

Vriendelijk gegroet

tt

F.M. Wibaut